Ontvangen 2 december 2009
De ondergetekenden stellen het volgende amendement voor:
Artikel 2.23 komt te luiden:
Artikel 2.23 [Vergunning biotechnologie]
1. Het is verboden om uitsluitend voor sportprestaties of vermaak het genetisch materiaal van dieren te wijzigen op een wijze die voorbij gaat aan de natuurlijke barrières van geslachtelijke voortplanting en van recombinatie.
2.Het is zonder vergunning verboden:
a. het genetisch materiaal van dieren te wijzigen op een wijze die voorbij gaat aan de natuurlijke barrières van geslachtelijke voortplanting en van recombinatie;
b. biotechnologische technieken bij een dier of een dierlijk embryo toe te passen.
3. Het eerste lid is niet van toepassing op handelingen als bedoeld in het eerste lid voor zover die handelingen worden verricht ten behoeve van biomedisch onderzoek.
4. Onze Minister verleent een vergunning slechts indien naar zijn oordeel:
a. de handelingen geen onaanvaardbare gevolgen hebben voor de gezondheid of het welzijn van dieren; en
b. tegen de handelingen geen ethische bezwaren bestaan.
5. Hoofdstuk 7 is van overeenkomstige toepassing op de vergunning, bedoeld in artikel 2.23, eerste lid, met dien verstande dat artikel 7.1 niet van toepassing is.
6. In afwijking van artikel 7.7, eerste lid, vraagt Onze Minister telkenmale omtrent een verzoek om vergunning als bedoeld in het eerste lid advies van een door hem met betrekking tot dat verzoek in te stellen commissie van onafhankelijke deskundigen.
Na artikel 2.23 wordt een artikel ingevoegd, luidende:
Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur kunnen handelingen worden aangewezen ten aanzien waarvan in ieder geval niet is voldaan aan de voorwaarden, bedoeld in artikel 2.23, derde lid.
In artikel 10.1 wordt na het derde lid een lid toegevoegd, luidende:
4. Indien Onze Minister voornemens is een vrijstelling te verlenen van het bepaalde in artikel 2.23, wordt het ontwerp van de vrijstelling in de Staatscourant bekend gemaakt en aan een ieder de gelegenheid geboden om binnen vier weken na de dag waarop de bekendmaking is geschied, wensen en bedenkingen ter kennis van Onze Minister te brengen. Gelijktijdig met de bekendmaking wordt het ontwerp van de vrijstelling aan beide kamers der Staten-Generaal overgelegd en medegedeeld aan direct belanghebbenden.
In artikel 10.10 wordt de zinsnede «en 2.16, eerste lid,» vervangen door: 2.16, eerste lid, en 2.23a.
Dit amendement strekt ertoe in de wet zelf regels op te nemen ten aanzien van biotechnologie bij dieren in plaats van regels bij AMvB. Hiermee blijft het nee, tenzij principe zoals dat ook in de GWWD van toepassing was gehanteerd. Juist voor een maatschappelijk gevoelig thema als biotechnologie bij dieren is het van belang dat de norm uit de wet zelf blijkt, in dit geval dat het zonder vergunning verboden is het genetisch materiaal van dieren te wijzigen op een wijze die voorbij gaat aan de natuurlijke barrières van geslachtelijke voortplanting en van recombinatie en biotechnologische technieken bij een dier of een dierlijk embryo toe te passen.
Cramer
Waalkens
Ormel
Van der Vlies