Ontvangen ter Griffie op 15 april 2016.
De voordracht voor de vast te stellen algemene maatregel van bestuur is aan de Kamer overgelegd tot en met 13 mei 2016.
De voordracht voor de vast te stellen algemene maatregel van bestuur kan niet eerder worden gedaan dan op 14 mei 2016.
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 15 april 2016
Hierbij zend ik u het ontwerp van het Besluit subsidiëring sloop- en ombouwkosten pelsdierhouderij1. Het ontwerpbesluit strekt ertoe een tegemoetkoming te verlenen in de kosten van sloop en ombouw van gebouwen die, als gevolg van de Wet verbod pelsdierhouderij, hun functie verliezen (artikel 7 van de Wet verbod pelsdierhouderij). Hierbij ontvangt u tevens ter informatie de Regeling subsidiëring sloop- en ombouwkosten pelsdierhouderij2, waarin bedragen en nadere regels ten aanzien van de subsidie voor de sloop- en ombouwkosten zijn opgenomen.
De voorlegging geschiedt in het kader van de wettelijk voorgeschreven voorhangprocedure (artikel 7, tweede lid, van de Wet verbod pelsdierhouderij), en biedt uw Kamer de mogelijkheid zich uit te spreken over het ontwerpbesluit voordat het aan de Raad van State zal worden voorgelegd. Op grond van de aangehaalde bepaling geschiedt de voordracht aan de Koning ter verkrijging van het advies van de Raad van State over het ontwerpbesluit niet eerder dan vier weken nadat het ontwerpbesluit aan beide Kamers der Staten-Generaal is overgelegd.
Dit ontwerpbesluit is al eerder bij uw Kamer voorgehangen (Kamerstuk 30 826, nr. 38). Na een schriftelijk overleg (Kamerstuk 30 826, nr. 40) is deze voorhangprocedure afgerond. Na deze voorhangprocedure is het besluit genotificeerd bij de Europese Commissie omdat het besluit staatssteunmaatregelen bevat. De Europese Commissie heeft de staatssteunmaatregel goedgekeurd.
Naar aanleiding van de notificatieprocedure bij de Europese Commissie moesten er wijzigingen worden aangebracht alvorens de goedkeuring kon worden verkregen. In het kader van de schriftelijke vragen over het besluit in de voorhangprocedure (Kamerstuk 30 826, nr. 40) is toegezegd dat als de notificatieprocedure tot ingrijpende wijzigingen van het ontwerpbesluit leidt, het ontwerpbesluit opnieuw aan uw Kamer wordt voorgelegd. Ik meen voor een zorgvuldige procedure het ontwerpbesluit opnieuw aan uw Kamer te moeten voorhangen. De wijzigingen naar aanleiding van de staatssteunprocedure zal ik hieronder nader toelichten.
Aan artikel 2 is een nieuw tweede lid toegevoegd, waarmee bepaald wordt dat alleen aan een nertsenhouder subsidie kan worden toegekend. In de oorspronkelijke versie konden ook kopers van de grond subsidie ontvangen. Volgens de staatssteunrichtsnoeren is steun alleen mogelijk aan de primaire landbouwproducent, in dit geval de nertsenhouder.
Aan artikel 7 is een nieuw vijfde lid toegevoegd, zodat een voorziening getroffen kan worden voor subsidieverlening aan een grote onderneming, zoals gedefinieerd in bijlage I bij verordening (EU) 702/20143. Als een zogenoemde grote onderneming een aanvraag doet voor subsidie, kan het maximale subsidiebedrag eventueel beperkt worden. Op grond van de staatssteunrichtsnoeren mogen grote ondernemingen namelijk alleen investeringssteun ontvangen als aan bepaalde voorwaarden is voldaan. Overigens is de verwachting dat er geen enkele nertsenhouder een «grote onderneming» in bedoelde zin is.
Artikel 11, onderdeel c, is gewijzigd, om de looptijd van de regelgeving te bepalen. De versie die eerder aan uw Kamer is voorgelegd (Kamerstuk 30 826, nr. 38), bevatte een voorgestelde looptijd tot en met 2024. Op grond van de Europese staatssteunregels is openstelling niet langer dan 7 jaar toegestaan. De looptijd is beperkt tot 31 december 2022. Dit betekent dat de aanvraag moet zijn ingediend voor 1 maart 2022 en de subsidie moet zijn toegekend voor 31 december 2022. In de nota van toelichting4 aangegeven dat beoogd wordt dat gedurende de gehele overgangstermijn van de wet tot 1 januari 2024 de nertsenhouders subsidie kunnen ontvangen. Als dit beleid ongewijzigd wordt doorgezet, dan zal de regelgeving vóór 31 december 2022 opnieuw bij de Europese Commissie ter goedkeuring moeten worden aangemeld. Daarnaast bleek het staatssteuntechnisch niet mogelijk om de openstelling tot 1 jaar na afloop van de overgangstermijn voort te zetten. De eerdere gedachte was de pelsdierhouders tot 1 januari 2025 subsidie te laten aanvragen. Staatsteunregels bepalen echter dat alleen actieve houders van pelsdieren subsidie kunnen aanvragen en ontvangen. Dit betekent in de praktijk dat de subsidie moet zijn aangevraagd voor maart 2023 en de subsidie moet zijn toegekend voor 1 januari 2024. De daadwerkelijke sloop of ombouw mag wel plaatsvinden na 1 januari 2024.
Artikel 13, derde lid, is gewijzigd, opdat slechts subsidie kan worden toegekend als niet op een andere locatie een nieuwe nertsenhouderij wordt opgestart. Op grond van de staatssteunrichtsnoeren mag een eenmaal (met subsidie) gesloten nertsenhouderij niet op een andere locatie verder gaan.
De voortgang van het ontwerpbesluit hangt mede samen met de civiele procedure over de Wet verbod pelsdierhouderij. Het is belangrijk dat de procedure ten behoeve van de totstandkoming van deze regelgeving doorgaat, zodat de subsidieregelgeving kan worden opengesteld als er meer duidelijkheid is in de gerechtelijke procedure. Ik zal besluiten over de inwerkingtreding van de subsidieregelgeving nadat er een uitspraak door de Hoge Raad is gedaan.
De Staatssecretaris van Economische Zaken, M.H.P. van Dam