Voorgesteld 29 maart 2023
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
overwegende dat kinderrechters op basis van feitenonderzoek ingrijpende kinderbeschermingsmaatregelen kunnen opleggen;
overwegende dat de kwaliteit van feitenonderzoek rond de aanvraag van machtigingen voor uithuisplaatsingen ernstig onder druk staat, zoals vorig jaar nog bleek uit rapporten van professor Bruning en van de Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd;
overwegende dat het verwerken van de reactie van jeugdigen en ouders op het rapport, het afhandelen van klachten en de inzet van een deskundige vertrouwenspersoon of cliëntondersteuner cruciaal zijn voor de kwaliteit van feitenonderzoeken en daarmee ook voor effectieve rechtsbescherming van ouders;
constaterende dat het momenteel niet te achterhalen is hoe vaak kinderrechters feitenonderzoeken hebben teruggestuurd of aanpassingen verwerkt wilden zien, omdat deze gegevens niet worden geregistreerd;
verzoekt de regering nadrukkelijk bij de betrokken organisaties (Raad voor de Kinderbescherming, Gl’s, de Raad voor de rechtspraak en de gerechten) de kwaliteit van feitenonderzoeken onder de aandacht te brengen en de omgang met gebrekkige feitenonderzoeken door rechters mee te nemen bij de reflectie op het eigen handelen van de betrokken organisaties,
en gaat over tot de orde van de dag.
Verkuijlen
Raemakers
Peters