Voorgesteld tijdens het Wetgevingsoverleg van 28 april 2021
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
constaterende dat in het wetsvoorstel wordt gesproken over gevaccineerde personen als mogelijke uitzonderingsgevallen;
overwegende dat in dit geval een vaccinatiebewijs vanzelfsprekend is om de gevaccineerde status aan te kunnen tonen;
overwegende dat er nog geen appreciatie ligt van het advies van de Gezondheidsraad over ethische en juridische bezwaren tegen een vaccinatiebewijs;
spreekt uit dat er geen onomkeerbare stappen worden genomen voor het invoeren en gebruiken van welke vorm van een vaccinatiebewijs of vaccinatiepaspoort dan ook, voordat de Kamer kennis heeft kunnen nemen van de appreciatie van het kabinet en daar een deugdelijk debat over is gevoerd,
en gaat over tot de orde van de dag.
Kuzu