Ontvangen 5 mei 2021
De ondergetekende stelt het volgende amendement voor:
I
In artikel I, onderdeel C, wordt aan het voorgestelde artikel 58ra een lid toegevoegd, luidende:
7. Het is verboden om voor deelname aan of toegang tot activiteiten of voorzieningen in openbare plaatsen of publieke plaatsen eisen te stellen met betrekking tot het beschikken over een testuitslag, tenzij daarvoor regels als bedoeld in het eerste of tweede lid zijn gesteld.
II
In artikel I, wordt onderdeel D als volgt gewijzigd:
1. Na onderdeel 2 wordt een onderdeel ingevoegd, luidende:
2a. Onder vernummering van het derde tot en met vijfde lid tot vierde tot en met zesde lid wordt een lid ingevoegd, luidende:
3. Met een hechtenis van ten hoogste zes maanden of een geldboete van de derde categorie wordt gestraft degene die handelt in strijd met artikel 58ra, zevende lid.
2. In onderdeel 3 wordt «het vierde lid» vervangen door «het vijfde lid (nieuw)».
De regering geeft in de toelichting aan dat de mogelijkheid van onverplicht toegangsbeleid niet wordt verboden omdat dit de vrijheid van ondernemingen en instellingen onnodig zou inperken. De indiener vindt echter dat burgers altijd vrij toegang moeten houden tot essentiële activiteiten en voorzieningen, zoals bijvoorbeeld het openbaar vervoer, overheidsgebouwen of buurthuizen. Hij vindt het onwenselijk dat de mogelijkheid wordt opengelaten dat zulke publieke voorzieningen of instellingen een onverplicht toegangsbeleid kunnen voeren. Hij stelt daarom voor om alsnog een expliciet verbod in de wet op te nemen voor het voeren van een toegangsbeleid met testbewijzen voor activiteiten en voorzieningen in openbare of publieke plaatsen. Voor besloten plaatsen blijft een onverplicht toegangsbeleid wel mogelijk.
Van der Staaij