Ontvangen 5 april 2022
De ondergetekende stelt het volgende subamendement voor:
Het nader gewijzigd amendement van het lid Bromet c.s. (stuk nr. 84) wordt als volgt gewijzigd:
I
Aan het met onderdeel I, onderdeel Qb, voorgestelde artikel 29b wordt een lid toegevoegd, luidende:
4. Voor de toepassing van het eerste lid geldt een erfstelling of legaat niet als bijdrage.
II
Aan het met onderdeel III, onderdeel Ta, voorgestelde artikel 32a wordt een lid toegevoegd, luidende:
4. Voor de toepassing van het eerste lid geldt een erfstelling of legaat niet als bijdrage.
De indiener beoogt met dit amendement giften die komen uit een erfenis of legaat vrij te stellen van het voorgestelde maximum. De indiener is van mening dat mensen na hun overlijden in staat moeten worden gesteld om hun nalatenschap in dienst te stellen van een politiek idee dat hen na aan het hart is geweest. Deze individuen moeten net als in de huidige situatie de vrije keuze kunnen hebben om een deel of hun gehele nalatenschap hiervoor na te laten.
De principiële bezwaren tegen giften zonder maximum zijn volgens de indiener niet van toepassing op erfenissen en legaten. Erfenissen en legaten zijn immers in hun aard uniek. Vanwege het overlijden van de donateur kan er bijvoorbeeld geen sprake meer zijn van een verwachte wederdienst. Giften inzetten om verkiezingen op het laatste moment nog te beïnvloeden is vrijwel uitgesloten. Tot slot kan ieder individu slechts eenmaal een erfenis of legaat nalaten. Dit alles maakt dat de leden een uitzondering op het voorgestelde giftenplafond wenselijk achten.
Teunissen