Ontvangen 8 maart 2022
De ondergetekende stelt het volgende amendement voor:
I
In artikel I wordt na onderdeel C een onderdeel ingevoegd, luidende:
Ca
Na artikel 5 wordt een artikel ingevoegd, luidende:
1. Onze Minister houdt een digitaal openbaar register bij van door een politieke partij krachtens het eerste lid van de artikelen 2 tot en met 5, onderscheidenlijk de door Onze Minister krachtens artikel 5, derde lid, aangewezen neveninstellingen. De partij stelt Onze Minister schriftelijk in kennis van wijzigingen in de door haar aangewezen neveninstellingen.
2. De politieke partij vermeldt op de hoofdpagina van haar website de vindplaats van het in het eerste lid genoemde register.
3. Bij algemene maatregel van bestuur worden regels gesteld over de registratie van rechtspersonen die uitsluitend of in hoofdzaak erop zijn gericht stelselmatig of structureel ten bate van een vereniging als bedoeld in artikel 31, dan wel van een of meer leden van een fractie in de Tweede Kamer der Staten-Generaal die als gevolg van een splitsing is ontstaan, activiteiten of werkzaamheden te verrichten en de vereniging, onderscheidenlijk die leden, daar kennelijk voordeel bij hebben.
II
In artikel I wordt na onderdeel K een onderdeel ingevoegd, luidende:
Ka
Na het opschrift van paragraaf 3 wordt een artikel ingevoegd, luidende:
Voor de toepassing van deze paragraaf worden onder de door een politieke partij ontvangen bijdragen tevens verstaan de bijdragen die ontvangen zijn door een bij of krachtens artikel 5a geregistreerde neveninstelling en door kandidaten geplaatst op de kandidatenlijst van die partij. De neveninstelling of kandidaat meldt een door haar ontvangen bijdrage daartoe binnen een week na ontvangst aan de politieke partij door toezending van een overzicht van de door die neveninstelling of kandidaat ontvangen bijdrage of bijdragen, met daarbij de gegevens, bedoeld in artikel 21, eerste lid.
III
Aan artikel I, onderdeel S, wordt toegevoegd «en wordt toegevoegd «, met dien verstande dat onder door de vereniging ontvangen bijdragen tevens worden verstaan de bijdragen die ontvangen zijn door een rechtspersoon als bedoeld in artikel 5a, derde lid, en door kandidaten geplaatst op de kandidatenlijst van de vereniging»».
IV
In artikel I wordt na onderdeel T een onderdeel ingevoegd, luidende:
Ta
Artikel 33 wordt als volgt gewijzigd:
1. In het eerste lid wordt «en de nieuwe fractie die als gevolg hiervan is ontstaan, blijkens de in artikel 16, eerste lid, bedoelde gezamenlijke verklaring, met een vereniging als bedoeld in dat artikel is verbonden, zijn op deze vereniging als politieke partij» vervangen door «zijn op de nieuwe fractie die als gevolg hiervan is ontstaan».
2. In het tweede lid wordt «de nieuwe fractie die» vervangen door «een nieuwe fractie» en vervalt «, met toepassing van artikel 17 verbonden is met een vereniging als bedoeld in dat artikel».
Deze wet kent een aantal verplichtingen voor bijdragen in geld in natura die boven een bepaalde drempel uitkomen.
Tegelijk is het voor een partij mogelijk om neveninstellingen te hebben die onder deze wet vallen. Op zich is het logisch om een jongerenorganisatie of een wetenschappelijk instituut als neveninstelling te hebben. Echter partijen hebben ook een business club, een foundation of een club van 100 als neveninstelling.
Nu voorziet dit wetsvoorstel in meldingsplichten per partij en per neveninstelling.
De doelstelling van dit amendement is om de bedragen van al die neveninstellingen (inclusief stichtingen voor individuele kandidaten, die onder artikel 5 van de huidige wet gemeld moeten worden) bij elkaar op te tellen en wanneer er dan een meldingsplicht ontstaat of een maximum bereikt wordt, dat maximum van toepassing te laten zijn.
Niet langer bestaat de giften aan de partij uit de giften aan de partij zelf, maar alle giften aan de partij, de jongerenorganisatie, de businessclub etc. worden centraal door de politieke partij bijgehouden. De partij is ervoor verantwoordelijk dat de giften die cumulatief boven de drempel uitstijgen, gepubliceerd worden en dat als gift meer bedraagt dan 50.000 euro – gerekend over de partij, alle neveninstellingen en kandidaten – die gift dan onmiddellijk publiek gemaakt wordt.
Dit voorkomt bijvoorbeeld de volgende situatie: als de meldingsdrempel 4.500 euro per jaar is, dan is er nu geen meldingsplicht indien er 4.400 euro aan de partij gestort wordt, 4.400 euro aan de jongerenorganisatie en nog 8 keer 4.400 euro aan business clubs en individuele kandidaten. De indiener acht dat onlogisch en ongewenst. Er is dan sprake van een gift van 44.000 euro en die moet openbaar gemaakt worden.
Op dezelfde wijze dient openbaar te worden wanneer iemand meer dan 50.000 euro geschonken heeft aan meerdere stichtingen. Dat volgt uit ook automatisch uit het met het wetsvoorstel voorgestelde artikel 25a.
Tot slot regelt het amendement dat hetzelfde gaat gelden voor een politieke groepering die geen politieke partij is, maar wel een neveninstelling heeft, en kandidaten van deze groepering. Ook zij zullen aan dezelfde transparantievereisten moeten voldoen als politieke partijen.
Dit amendement voorziet in dit verband tevens in een centraal register voor neveninstellingen, met een grondslag om bij algemene maatregel van bestuur regels te stellen over de registratie van andere rechtspersonen die zich, op vergelijkbare wijze als neveninstellingen van politieke partijen, inzetten voor politieke groeperingen en afsplitsingen.
Omtzigt