Ontvangen 1 juni 2021
De ondergetekende stelt het volgende amendement voor:
Aan artikel 3, derde lid, wordt toegevoegd «, en heeft gedurende de twee jaar voorafgaand aan diens benoeming niet een in artikel 2, met uitzondering van de functies van lid van de Raad van State, lid van de Algemene Rekenkamer, Nationale ombudsman of substituut-ombudsman of Rijksvertegenwoordiger BES, genoemde functie bekleed».
Met dit amendement wordt geregeld dat politieke ambtsdragers niet binnen twee jaar na hun aftreden lid kunnen worden van het adviescollege rechtspositie politieke ambtsdragers. Dit is om eventuele belangenverstrengeling dan wel de schijn van belangenverstrengeling te voorkomen. Met de termijn van twee jaar wordt aangesloten bij de termijn die wordt genoemd in de circulaire lobbyverbod bewindspersonen.
Het amendement heeft geen betrekking op leden van de Raad van State, leden van de Algemene Rekenkamer, de Nationale ombudsman en de substituut-ombudsman en de Rijksvertegenwoordiger BES. Deze functionarissen zijn geen bestuurders noch gekozen volksvertegenwoordigers. Dat betekent dat de termijn van twee jaar voor deze functionarissen niet geldt.
De Kort