Ontvangen 24 juni 2020
De ondergetekende stelt het volgende amendement voor:
Artikel 5 wordt als volgt gewijzigd:
1. In het tweede lid wordt «ministeriële regeling» vervangen door «algemene maatregel van bestuur» en vervalt «kunnen».
2. In het derde lid wordt «de regeling» vervangen door «de algemene maatregel van bestuur», wordt «kan» vervangen door «wordt» en vervalt «worden».
3. Er wordt een lid toegevoegd, luidende:
4. De voordracht voor een krachtens het tweede lid vast te stellen algemene maatregel van bestuur wordt niet eerder gedaan dan vier weken nadat het ontwerp aan beide Kamers der Staten-Generaal is overgelegd.
In de wet ambulancevoorzieningen wordt bepaald dat sprake is van een ambulancezorgprofessional in plaats van een ambulanceverpleegkundige. Indiener wil dat er onderscheid wordt gemaakt tussen een ambulanceverpleegkundige, die over een gespecialiseerde opleiding beschikt en andere zorgverleners die kunnen functioneren in de spoedeisende zorg. Indiener is van mening dat er verschil bestaat tussen spoedeisende zorg zoals die verleend wordt in ambulancezorg en spoedeisende zorg zoals die wordt verleend binnen een team van zorgprofessionals op bijvoorbeeld een operatiekamer of een diagnostische afdeling in een ziekenhuis. De ambulanceverpleegkundige beschikt over een gespecialiseerde opleiding die gericht is op de zorg die verleend moet worden wanneer er een beroep gedaan wordt op een ambulance. Binnen de ambulancezorg zal daarnaast verschil mogelijk zijn in opleidings- en deskundigheidseisen voor verschillende vormen van ambulancezorg.
In het wetsvoorstel wordt nu de term ambulancezorgprofessional geïntroduceerd en zal bij ministeriële regeling worden bepaald aan welke criteria de ambulancezorgprofessional moet voldoen. Gezien het feit dat de eisen die aan een verpleegkundige gesteld moeten worden die werkzaam is op een ambulance zorgvuldig vastgesteld moeten worden en volgens indiener ook klinische ervaring daarbij een rol speelt, beoogt dit amendement te regelen dat de eisen voor het opleidings-en deskundigheidsniveau van de verschillende ambulancemedewerkers bij AMvB worden vastgelegd, waarbij de Kamer inbreng kan hebben over de inhoud van de AMvB.
Ploumen