Ontvangen 15 december 2020
De ondergetekende stelt het volgende amendement voor:
I
Artikel 2.3 wordt als volgt gewijzigd:
1. Voor de huidige tekst wordt de aanduiding «1.» geplaatst.
2. Er wordt een lid toegevoegd, luidende:
2. De voordracht voor een krachtens het eerste lid, onder h, vast te stellen algemene maatregel van bestuur wordt niet eerder gedaan dan vier weken nadat het ontwerp aan beide Kamers der Staten-Generaal is overgelegd.
II
Artikel 2.11 wordt als volgt gewijzigd:
1. Voor de huidige tekst wordt de aanduiding «1.» geplaatst.
2. Er wordt een lid toegevoegd, luidende:
2. De voordracht voor een krachtens het eerste lid, onder j, vast te stellen algemene maatregel van bestuur wordt niet eerder gedaan dan vier weken nadat het ontwerp aan beide Kamers der Staten-Generaal is overgelegd.
III
Aan artikel 2.19, derde lid, wordt toegevoegd:
De voordracht voor een krachtens dit lid vast te stellen algemene maatregel van bestuur wordt niet eerder gedaan dan vier weken nadat het ontwerp aan beide Kamers der Staten-Generaal is overgelegd.
IV
Aan artikel 2.27, vijfde lid, wordt toegevoegd: De voordracht voor een krachtens dit lid vast te stellen algemene maatregel van bestuur wordt niet eerder gedaan dan vier weken nadat het ontwerp aan beide Kamers der Staten-Generaal is overgelegd.
Dit amendement regelt een voorhangprocedure voor de aanwijzing bij amvb van nieuwe deelnemers aan de samenwerkingsverbanden die zijn opgenomen in hoofdstuk 2 van het wetsvoorstel.
Kuiken