Voorgesteld 7 maart 2019
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
van mening dat ons landschap behoort tot het belangrijkste erfgoed dat we bezitten en is van essentieel belang voor onze culturele identiteit en ons welzijn;
overwegende dat het landschapsbeleid tot de autonome taak van bestuursorganen behoort;
overwegende dat op dit moment zowel, Rijk, decentrale overheden en intermediaire organisaties gegevens verzamelen over de kwaliteit van het landschap;
overwegende dat het van belang is dat de kwaliteit van ons landschap op een voldoende coherente wijze wordt gemonitord;
overwegende dat het College van Rijksadviseurs heeft geconstateerd dat de monitoring van landschappelijke kwaliteit voor verbetering vatbaar is;
verzoekt de regering, in overleg te treden met decentrale overheden om samen te bezien of bestaande gegevens over landschappelijke kwaliteit op een meer uniforme wijze kunnen worden ontsloten en de Kamer hierover voor eind 2019 te informeren;
en gaat over tot de orde van de dag.
Smeulders
Van Gerven