Voorgesteld 14 januari 2016
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
constaterende dat het VN-verdrag inzake personen met een handicap zowel nationale als internationale componenten bevat;
van mening dat in de uitvoering van het beleid voor buitenlandse handel en ontwikkelingssamenwerking en binnen de mensenrechtenagenda van de Nederlandse overheid beter rekening gehouden kan worden met de belangen en rechten van mensen met een beperking;
verzoekt de regering, inclusie van mensen met een beperking onderdeel te laten zijn van de dialoog met partnerlanden, beleid te ontwikkelen om van elkaars ervaringen te leren en inclusie van mensen met een beperking integraal onderdeel te laten zijn van het mensenrechtenbeleid en het beleid voor buitenlandse handel en ontwikkelingssamenwerking,
en gaat over tot de orde van de dag.
Dik-Faber
Van der Staaij