Ontvangen 12 juni 2014
De ondergetekende stelt het volgende amendement voor:
Na artikel V worden twee artikelen ingevoegd, luidende:
De Wet werk en bijstand wordt als volgt gewijzigd:
Aan artikel 9 wordt een lid toegevoegd, luidende:
8. Werkzaamheden die voortkomen uit het aanbieden of verzorgen van een opleiding educatie als bedoeld in artikel 7.3.1, eerste lid, onder b tot en met f, van de Wet educatie en beroepsonderwijs, worden niet aangemerkt als onbeloonde maatschappelijk nuttige werkzaamheden die worden verricht naast of in aanvulling op reguliere arbeid als bedoeld in het eerste lid, onder c.
Indien het bij koninklijke boodschap van 1 februari 2012 ingediende voorstel van wet houdende wijziging van de Wet werk en bijstand, de Wet sociale werkvoorziening, de Wet werk en arbeidsondersteuning jonggehandicapten en enige andere wetten gericht op bevordering deelname aan de arbeidsmarkt voor mensen met arbeidsvermogen en harmonisatie van deze regelingen (Invoeringswet Participatiewet, 33 161), tot wet is of wordt verheven en die wet in werking is getreden of treedt, komt de aanhef van artikel VA te luiden: De Participatiewet wordt als volgt gewijzigd:.
Dit amendement regelt dat de plicht tot het verrichten van maatschappelijke nuttige activiteiten (de zogenaamde tegenprestatie in de bijstand) zoals opgenomen in de Participatiewet nooit kan worden ingezet om onderwijstaken te vervullen zoals het onderwijzen in de Nederlandse taal en rekenen. Het geven van onderwijs is een vak. Verdringing van docenten door uitkeringsgerechtigden die verplicht vrijwilligerswerk moeten doen is uit den boze. Het geven van onderwijs dient fatsoenlijk te worden betaald en niet te worden gedegradeerd tot een vak waar mensen voor langere tijd moeten werken zonder loon te ontvangen.
Siderius