Voorgesteld 19 maart 2013
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
constaterende dat Irak onvoldoende medewerking verleent aan gedwongen terugkeer van eigen onderdanen;
van oordeel dat Irak daarmee niet volledig voldoet aan internationaalrechtelijke verplichtingen;
constaterende dat in de Partnerschaps- en Samenwerkingovereenkomsten alleen algemeen wordt gesproken van de bevordering van terugkeer;
van mening dat verplichte terugkeer onderdeel had moeten zijn van deze overeenkomsten;
verzoekt de regering, in gezamenlijk Europees verband te bevorderen dat in toekomstige overeenkomsten met andere landen expliciet een passage wordt opgenomen dat medewerking zal worden verleend aan gedwongen terugkeer,
en gaat over tot de orde van de dag.
Omtzigt