Voorgesteld 28 september 2011
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
overwegende, dat het wenselijk is, de administratieve lasten voor burgers zo veel mogelijk te beperken;
constaterende, dat de regering van plan is om de geldigheid van het paspoort vast te stellen op 10 jaar;
overwegende, dat er geen reden is om de Nederlandse identiteitskaart een kortere geldigheidsduur toe te kennen dan het paspoort, rekening houdend met de vereiste veiligheid en houdbestendigheid;
verzoekt de regering de geldigheid van de Nederlandse identiteitskaart zo spoedig mogelijk vast te stellen op 10 jaar,
en gaat over tot de orde van de dag.
Heijnen
Elissen
Knops
Ortega-Martijn
Schouw
Van Gent
Van Raak
Hennis-Plasschaert