Voorgesteld 29 maart 2012
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
overwegende dat rondtrekkende bendes nog steeds een groot probleem zijn en het Nederlandse bedrijfsleven forse schade toebrengen;
overwegende dat het met de Wet wederzijdse erkenning en tenuitvoerlegging vrijheidsbenemende en voorwaardelijke sancties mogelijk wordt om onderdanen van EU-lidstaten die in Nederland misdrijven plegen, hun straf in eigen land te laten ondergaan;
overwegende dat deze wet geen oplossing biedt voor het probleem dat de crimineel na het uitzitten van de straf direct terug kan keren om de criminele activiteiten voort te zetten;
verzoekt de regering, het mogelijk te maken dat het criminelen uit EU-landen voor bepaalde tijd verboden wordt zich op Nederlands grondgebied te begeven,
en gaat over tot de orde van de dag.
Gesthuizen