Ontvangen 10 november 2011
De ondergetekende stelt het volgende amendement voor:
I
In artikel V komen de aanduiding «1.», het tweede lid en het derde lid te vervallen.
II
Na artikel V wordt een artikel ingevoegd, luidende:
Deze wet is niet van toepassing op personen die op het tijdstip van inwerkingtreding van de artikelen I of IA, of onderdelen daarvan, recht hebben op kinderbijslag, personen die op het tijdstip van inwerkingtreding van artikel II, of onderdelen daarvan, recht hebben op een uitkering op grond van de Algemene nabestaandenwet, personen die op het tijdstip van inwerkingtreding van artikel III, of onderdelen daarvan, recht hebben op een kindgebonden budget en op personen die op het tijdstip van inwerkingtreding van artikel IV, of onderdelen daarvan, recht hebben op een uitkering op grond van artikel 62 van de Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen.
Dit amendement bewerkstelligt dat de aanpassing van de uitkering aan de koopkracht van het woonland alleen van toepassing is op mensen die na inwerkingtreding van de wet voor het eerst in aanmerking komen voor de betreffende uitkering. Door het wetsvoorstel kan de uitkering, afhankelijk van het woonland, tot wel 60% dalen. Redelijkerwijs kan van mensen niet verwacht worden dat zij binnen een half jaar hun uitgaven in overeenstemming brengen met zo een drastische verlaging. Bestaande gevallen worden door dit amendement ontzien.
Ulenbelt