Ontvangen 9 oktober 2012
De ondergetekenden stellen het volgende amendement voor:
I
In artikel I, onderdeel A, vervalt in het eerste onderdeel, onder 6°:, voor zover het feit oplevert dwang tot het aangaan van een huwelijk.
II
In artikel I, onderdeel B, vervalt in artikel 5a, eerste lid, onder 6°:, voor zover het feit oplevert dwang tot het aangaan van een huwelijk.
III
In artikel I, onderdeel B, vervalt in artikel 5b, onder 4°:, voor zover het feit oplevert dwang tot het aangaan van een huwelijk.
IV
In artikel III vervalt:, voor zover het feit oplevert dwang tot het aangaan van een huwelijk.
V
In artikel IV, onderdeel A, vervalt onder 8°:, voor zover het feit oplevert dwang tot het aangaan van een huwelijk.
VI
In artikel IV, onderdeel B, vervalt in artikel 5a, eerste lid, onder 5:, voor zover het feit oplevert dwang tot het aangaan van een huwelijk.
VII
In artikel IV, onderdeel C, vervalt onder 4°:, voor zover het feit oplevert dwang tot het aangaan van een huwelijk.
Met dit amendement wordt beoogd de strafrechtelijke aanpak van huwelijksdwang, ook in de vorm van gedwongen voortzetting van huwelijken, te verruimen. Daarnaast leidt dit amendement ertoe dat ook tegen personen die hun partner of kind door middel van strafbare dwang achterlaten in het buitenland, strafrechtelijk optreden in Nederland mogelijk wordt. Door in de rechtsmachtbepalingen met betrekking tot artikel 284 Sr de beperking «voor zover het feit oplevert dwang tot het aangaan van een huwelijk» te schrappen, wordt de mogelijkheid tot uitoefening van extraterritoriale rechtsmacht over het misdrijf dwang verruimt tot alle vormen van dwang. Dit heeft tot gevolg dat in Nederland ook een vervolging kan plaatsvinden indien het misdrijf dwang in het buitenland plaatsvindt en de dwang erop gericht is een persoon tegen diens wil te dwingen een huwelijk voort te zetten of achter te blijven in het buitenland. Dit geldt wanneer de dader de Nederlandse nationaliteit heeft (artikel 5 Sr), wanneer de dader een vreemdeling is die in Nederland zijn vaste woon- of verblijfplaats heeft (artikel 5a) of wanneer het slachtoffer de Nederlandse nationaliteit heeft of in Nederland zijn of haar vaste woon- of verblijfplaats heeft (artikel 5b Sr).
Arib Hilkens