Ontvangen 29 maart 2011
De ondergetekenden stellen het volgende amendement voor:
I
In artikel 15, eerste lid, tweede volzin, wordt na «en adviseert» ingevoegd: de Tweede Kamer der Staten-Generaal en.
II
Artikel 16 wordt als volgt gewijzigd:
1. Het eerste lid wordt als volgt gewijzigd:
a. Na de aanduiding «1.» wordt een volzin ingevoegd, luidende: De voorzitter en de ondervoorzitters van het College worden benoemd door de Tweede Kamer der Staten-Generaal.
b. In de huidige tekst wordt na «De» ingevoegd: overige.
2. Het tweede lid komt te luiden:
2. De raad adviseert in overeenstemming met het College:
a. ten behoeve van de benoemingen, bedoeld in het eerste lid, eerste volzin, aan de Tweede Kamer der Staten-Generaal, en
b. ten behoeve van de voordracht, bedoeld in het eerste lid, tweede volzin, aan Onze Minister van Veiligheid en Justitie,
rekening houdend met de noodzaak van een deskundig en onafhankelijk College, alsmede met het streven naar een divers samengesteld College.
Het College voor de Rechten van de Mens bestaat uit leden, waaronder een voorzitter en twee ondervoorzitters, en plaatsvervangende leden.
Met dit amendement beoogt indiener te bewerkstelligen dat de voorzitter en de ondervoorzitters analoog aan de benoemingsprocedure van de Nationale Ombudsman, benoemd worden door de Tweede Kamer der Staten-Generaal. De overige leden worden benoemd bij koninklijk besluit op voordracht van Onze Minister van Veiligheid en Justitie.
Tevens beoogt indiener te bewerkstelligen dat de overige leden een onafhankelijke positie hebben die van belang is voor het adequaat uitoefenen van hun taken. Hiermee verband houdende wil indiener dat de raad van advies over de benoeming van de voorzitter en de ondervoorzitters adviseert aan de Tweede Kamer en over de benoeming van de overige leden en plaatsvervangend leden adviseert aan Onze Minister van Veiligheid en Justitie.
Schouw
Heijnen
Van Raak