Ontvangen 2 februari 2012
De ondergetekenden stellen het volgende amendement voor:
I
In artikel 1.3a, eerste lid, vervalt, onder vernummering van onderdeel c tot onderdeel b, onderdeel b (oud).
II
Na artikel 1.3a wordt een artikel ingevoegd, luidende:
1. Een aanbestedende dienst of speciale-sectorbedrijf voegt opdrachten niet onnodig samen. Alvorens samenvoeging plaatsvindt, wordt in ieder geval acht geslagen op:
a. de samenstelling van de relevante markt en de invloed van de samenvoeging op de toegang tot de opdracht voor voldoende bedrijven uit het midden- en kleinbedrijf;
b. de organisatorische gevolgen en risico's van de samenvoeging van de opdrachten voor de aanbestedende dienst, het speciale-sectorbedrijf en de ondernemer;
c. de mate van samenhang van de opdrachten.
2. Indien samenvoeging van opdrachten plaatsvindt, wordt dit door de aanbestedende dienst of het speciale-sectorbedrijf gemotiveerd in de aanbestedingsstukken.
3. Een aanbestedende dienst of een speciale-sectorbedrijf deelt een opdracht op in meerdere percelen, tenzij hij dit niet passend acht, in welk geval de aanbestedende dienst of het speciale-sectorbedrijf dit motiveert in de aanbestedingsstukken.
Het clusteren van overheidsopdrachten is veel mkb-ers een doorn in het oog. Door onnodig samenvoegen komen kleinere bedrijven niet meer in aanmerking voor overheidsopdrachten. Bovendien leidt clustering vaak tot onnodig complexe contracten en het ongelimiteerd integreren van meerdere disciplines tot een opdracht, hetgeen de doelmatigheid niet bevordert. De indiener beoogt met dit amendement onnodig clusteren te voorkomen en de kansen van mkb-partijen op aanbestedingsopdrachten te vergroten.
Het eerste lid van het voorgestelde artikel 1.3b geeft een aantal handvatten waarmee een aanbestedende dienst rekening dient te houden als hij van mening is dat clusteren van opdrachten nodig is. Denk hierbij aan de verhouding tussen MKB-bedrijven en grote bedrijven in een bepaalde markt. Ook de gevolgen van de samenvoeging moeten in ogenschouw worden genomen. Dit kan variëren van kostenreductie tot grotere risico’s voor de aanbestedende dienst of speciaal sectorbedrijf, en van de bedrijfseconomische consequenties voor ondernemers. Ook de vraag of de opdrachten die geclusterd worden wel logischerwijs bij elkaar horen (denk aan schoonmaak, schilder en groenvoorziening, wat geen logische clustering is, omdat dit deels verschillende markten zijn) dient in acht te worden genomen.
Indien een aanbestedende dienst van mening is dat clusteren nodig is, zal hij dit deugdelijk vooraf dienen te motiveren (dus bij de aanbestedingsstukken op zijn laatst). Dit om toetsing van dit artikel mogelijk te maken. Daarnaast zorgt motivering vaak voor meer begrip bij inschrijvers.
Indien een aanbestedende dienst van mening is dat clusteren nodig is, zal hij de opdracht vervolgens opdelen in percelen. Dit om de toegang van voldoende bedrijven te waarborgen. In het geval dat opdeling in percelen niet passend is, kan de aanbestedende dienst gemotiveerd (wederom vooraf) aangeven waarom dit niet mogelijk is volgens het principe van comply or explain.
Verhoeven Gesthuizen