Voorgesteld 9 februari 2011
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
overwegende, dat vroeg signaleren en ingrijpen bij kindermishandeling cruciaal zijn, waarbij professionals en instellingen een belangrijke rol spelen;
overwegende, dat uit verschillende onderzoeken is gebleken dat een deel van de professionals wel signaleert maar niet weet hoe te handelen en een ander deel slecht of nauwelijks signaleert en handelt;
overwegende, dat op dit moment de meldplicht kindermishandeling – gepleegd door professionals – bestaat voor aanbieders van jeugdzorg en dat het kabinet voornemens is, deze meldplicht ook voor de gehele zorgsector en voor de sectoren kinderopvang en maatschappelijke ondersteuning in te voeren;
constaterende, dat in het onderwijs een meldplicht slechts geldt indien er een vermoeden bestaat dat een professional zich schuldig maakt aan een zedenmisdrijf, en niet bij overige vormen van kindermishandeling;
verzoekt de regering de meldplicht kindermishandeling gepleegd door professionals in de sector onderwijs te verbreden waardoor ook andere vormen van kindermishandeling dan een zedenmisdrijf onder deze meldplicht vallen,
en gaat over tot de orde van de dag.
Van der Burg
Bontes