31 518
Aanpassing van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering tot invoering van een procedure voor deelgeschillen ter bevordering van de buitengerechtelijke afhandeling van letsel- en overlijdensschade (Wet deelgeschilprocedure voor letsel- en overlijdensschade)

nr. 14
GEWIJZIGD AMENDEMENT VAN HET LID TEEVEN TER VERVANGING VAN DAT GEDRUKT ONDER NR. 11

De ondergetekende stelt het volgende amendement voor:

In artikel I komt artikel 1019x, lid 2, als volgt te luiden:

2. Indien een der partijen reeds eerder een verzoek als bedoeld in artikel 1019w, eerste lid, heeft gedaan, wordt het verzoek gedaan aan de rechter die het eerdere verzoek behandelt of laatstelijk behandeld heeft. Onverminderd artikel 71 is deze rechter tevens bevoegd kennis te nemen van de zaak ten principale indien deze wordt aangebracht. Indien de zaak ten principale reeds aanhangig is, wordt het verzoek gedaan aan de rechter voor wie de zaak ten principale aanhangig is.

Toelichting

De indiener is van mening dat kennis over een bepaalde zaak zo veel mogelijk geconcentreerd moet worden bij dezelfde rechter. Met een dergelijke werkwijze wordt de rechterlijke macht minder belast, er hoeft dan namelijk geen dubbel werk te worden gedaan. Deze lagere belasting van de rechterlijke macht zorgt dat de procedure zelf geen onnodige vertraging lijdt, wat beter is voor de partijen in het conflict. Voorts zal de lagere belasting van de rechterlijke macht resulteren in minder werkdruk voor deze beroepsgroep.

In artikel 1019w, lid 2, BW wordt al geregeld dat als er een bodemprocedure aanhangig is, de rechter van de bodemprocedure ook hierover oordeelt. Dit amendement regelt dat andersom ook de rechter, die over het deelgeschil heeft geoordeeld, kan oordelen over een volgend deelgeschil of over de bodemprocedure.

Teeven