Ontvangen 6 december 2011
De ondergetekenden stellen het volgende amendement voor:
I
Na artikel 67 wordt in Hoofdstuk 7 een artikel ingevoegd, luidende:
1. Met de behandeling van en advisering over klachten zijn belast een of meer commissies, bestaande uit onafhankelijke leden.
2. Het eerste lid is niet van toepassing indien na behandeling door Onze Minister, Onze minister van Defensie, het College van procureurs-generaal, de korpschef of de politiechef naar tevredenheid van de klager aan diens klacht tegemoet is gekomen.
II
Artikel 68, tweede lid, onder a, komt de zinsnede «in de regeling aangewezen categorieën van» te vervallen.
Met dit amendement wordt geregeld dat klachten over politieambtenaren worden behandeld door een onafhankelijke klachtencommissie indien de klager dit wenst.
Als gevolg van dit amendement komt de klachtbehandeling er als volgt uit te zien. De klacht wordt in behandeling genomen door de politiechef (dan wel de korpschef, de minister, de Minister van Defensie of het College van procureurs-generaal). Dit is geregeld in artikel 70.
Indien de politie naar tevredenheid van de klager aan diens klacht tegemoet kan komen, is de klacht daarmee afgehandeld. Indien de klager echter niet tevreden is, dan wordt zijn klacht verder behandeld door een onafhankelijke klachtencommissie die vervolgens een advies uitbrengt. De klager heeft daarmee altijd de mogelijkheid zijn klacht voor te leggen aan een onafhankelijke klachtencommissie.
De Algemene wet bestuursrecht bepaalt dat van een advies van een onafhankelijke klachtencommissie uitsluitend gemotiveerd kan worden afgeweken. Uit de ervaringen die inmiddels zijn opgedaan met adviezen en aanbevelingen van klachtencommissies blijkt dat er inderdaad niet licht van de adviezen wordt afgeweken. Indien de klager na afhandeling van zijn klacht toch nog ontevreden is, staat hem nog de gang naar de Nationale ombudsman open.
Berndsen
Kuiken