Het bericht dat in Deelen in Gelderland een AZC komt met 200 asielzoekers en huisvesting voor 400 arbeidsmigranten |
|
Gidi Markuszower (PVV), Geert Wilders (PVV) |
|
Ankie Broekers-Knol (staatssecretaris justitie en veiligheid) (VVD) |
|
Bent u bekend met het nieuws dat de inwoners van Deelen compleet onder de voet dreigen te worden gelopen door de komst van honderden asielzoekers en arbeidsmigranten naar de kleine gemeenschap?1
Ja, ik ben bekend met dit bericht.
Bent u op de hoogte dat er 25 mensen in Deelen wonen en dat zij met de komst van 600 asielzoekers en arbeidsmigranten een minderheid in eigen dorp worden?
Het doel van de NOW is om werkgelegenheid zo veel mogelijk te behouden. Met de NOW financiert de Staat gedeeltelijk de loonkosten van ondernemers. We doen dit vanwege de ongekende coronacrisis en de door de overheid opgelegde beperkende maatregelen. Zoals ik eerder ook in het debat over de steunmaatregelen van 2 juni jl. in uw Kamer heb aangegeven, vind ik het onwenselijk en niet te verdedigen dat werkgevers die deze steun vanuit de overheid ontvangen tegelijkertijd bonussen uitkeren aan directie en bestuur, winstuitkeringen uitbetalen of eigen aandelen inkopen. Sinds de aanvang van de NOW in het voorjaar van 2020 heb ik ook meermaals een oproep gedaan om alleen gebruik te maken van de steungelden als dit echt nodig is.
Maar mijn persoonlijke normen zijn niet hetzelfde als de juridische normen. Bij de start van de NOW in april 2020 bevatte de NOW geen voorwaarde die het uitkeren van bonussen en dividend verbood. Samen met UWV is destijds in drie weken tijd de regeling uitgedacht én geïmplementeerd. Deze ongekende doorlooptijd zorgde ervoor dat we bij de uitwerking alleen rekening konden houden met essentiële voorwaarden. Uitgebreidere voorwaarden hadden een snelle voorschotverstrekking in die periode in gevaar gebracht.
Bij de later (in mei 2020) geïntroduceerde mogelijkheid om een aanvraag op individuele werkmaatschappijniveau in te dienen, geldt voor de NOW1 wel een verbod op het uitkeren van bonussen en dividend. De NOW2 en verdere tranches hebben, mede op verzoek van uw Kamer, een breder verbod op het uitkeren van bonussen. Vanaf de NOW2 geldt er een verbod bij een reguliere aanvraag (op concernniveau) bij aanvragen boven de € 100.000 voorschot en vanaf € 125.000 definitieve subsidie (vanaf de NOW3 is het bedrag voor het voorschot ook verhoogd naar € 125.000).
Ik ben naar aanleiding van de motie die uw Kamer op 24 maart jl. heeft aangenomen met de sociale partners in gesprek gegaan over het bonus- en dividendverbod. Die motie verzoekt het kabinet aanvullende voorwaarden omtrent het uitkeren van bonussen/dividend te stellen. Ik heb uw Kamer hierover op 1 juni jl. een brief gestuurd.2 Hierin is onder andere opgenomen dat in de NOW4 een aanvullende voorwaarde wordt geïntroduceerd met betrekking tot het uitkeren van bonussen en dividend. Met deze voorwaarde worden werkgevers verplicht om bij een NOW-aanvraag een schriftelijke overeenkomst te sluiten met ten minste één belanghebbende vertegenwoordiging van werknemers over het bonus- en dividendbeleid van de onderneming.
Dit moet ertoe leiden dat er in de onderneming een discussie wordt gevoerd over het bonus- en dividendbeleid. Samen met de vakbeweging moet gesproken worden over de wenselijkheid en noodzakelijkheid van het uitkeren van bonussen en dividend.
Inmiddels heeft Booking.com begin juni 2021 aangegeven het ontvangen NOW-voorschot volledig terug te betalen. Ik vind dat een verstandig besluit en doe ook nogmaals op andere bedrijven een moreel appèl om ontvangen steun terug te betalen wanneer deze toch niet noodzakelijk blijkt te zijn geweest.
Verder zal ik, zoals toegezegd in het debat op 2 juni jl., in gesprek gaan met een bredere vertegenwoordiging van bedrijven over de overwegingen omtrent het uitkeren van bonussen en dividend.
Vindt u ook dat dit het leven van de mensen in Deelen volledig op zijn kop zal zetten en dat de grote zorgen die zij daarover hebben meer dan terecht zijn?
Ik heb geen inzicht in de hoogte van bonussen van bedrijven.
Beseft u zich aan welke overlast, criminaliteit en asielterreur deze inwoners zullen worden blootgesteld als deze verschrikkelijke plannen worden doorgezet? Zo ja, bent u bereid de kant van de inwoners van Deelen te kiezen en per direct een streep te zetten door de komst van dit AZC?
In de beantwoording van vraag 2 is nader ingegaan op de bonusregels binnen de NOW. Naast regelgeving vanuit deze generieke regelingen heeft het kabinet een afwegingskader bij steunverzoeken individuele bedrijven opgesteld. Daar waar het steunverzoeken van individuele bedrijven betreft, worden in dit afwegingskader in de regel beperkende voorwaarden voor het betalen van bonussen en uitkeren van dividend gesteld.3 De verleende overheidsbijdrage aan Booking.com valt onder de generieke regeling van de NOW en daarmee buiten de reikwijdte van het afwegingskader.
Het bericht dat in Budel in Brabant inwoners de stelende asielzoekers uit het AZC zo zat zijn dat zij een burgerwacht hebben gevormd |
|
Gidi Markuszower (PVV) |
|
Ankie Broekers-Knol (staatssecretaris justitie en veiligheid) (VVD), Ferdinand Grapperhaus (minister justitie en veiligheid) (CDA) |
|
Bent u bekend met het nieuws dat sinds gisteren in Budel dagelijks burgerwachten patrouilleren om de overlast door asielzoekers te beteugelen?1
Ik ben ervan op de hoogte dat sinds mei van dit jaar in de gemeente Cranendonck twee buurtpreventieteams actief zijn, analoog aan buurtpreventieteams elders in het land. De buurtpreventieteams zijn gericht op het vergroten van het veiligheidsgevoel in de brede zin van het woord in de hele gemeente.
Vindt u ook dat het te schandalig voor woorden is dat Nederlanders nu door hun eigen wijken moeten patrouilleren om zich zo tegen de asielterreur te weren?
Er is geen sprake van een buurtwacht maar van buurtpreventieteams. Zoals aangegeven in het antwoord op vraag 1 zijn deze buurtpreventieteams, vergelijkbaar met buurtpreventie in heel Nederland, gericht op het vergroten van het veiligheidsgevoel in de brede zin van het woord en in de gehele gemeente.
Voorts benadruk ik dat ik het zeer waardeer dat de gemeente Cranendonck al een ruim aantal jaren de verantwoordelijkheid neemt voor de opvang van asielzoekers. Nederland wil bescherming bieden aan mensen die te vrezen hebben voor vervolging of vluchten voor oorlog en geweld. Daarbij houden wij ons aan internationale en Europese wet- en regelgeving die bepaalt dat iedereen die zegt bescherming nodig te hebben recht heeft op behandeling van zijn of haar asielaanvraag en dientengevolge recht heeft op opvang en begeleiding. De gemeente Cranendonck levert hier al lange tijd een belangrijke bijdrage aan. Over de maatregelen die ik heb getroffen in het kader van het tegengaan van overlast door asielzoekers, heb ik uw Kamer meerdere malen geïnformeerd, waaronder bij brief op 10 november 2020.2
Schaamt u zich niet de ogen uit uw hoofd dat u het zover heeft laten komen? Waarom heeft u het asieltuig dat Budel al zolang terroriseert niet keihard aangepakt?
Zie antwoord vraag 2.
Bent u bereid de overlast gevende asielzoekers in Budel en in de rest van Nederland vast te zetten en direct uit te zetten, in plaats van ze los te laten op de Nederlandse samenleving? Zo nee, waarom niet?
In Nederland gelden regels op grond waarvan personen kunnen worden vastgezet. Vanzelfsprekend vormen die regels het uitgangspunt bij de uitvoering. Wanneer gedragingen dusdanig zijn dat hier mogelijk een gevangenisstraf tegenover staat is het aan het Openbaar Ministerie en de politie om tot vervolging over te gaan en aan de rechter om de straf op te leggen. Als er vreemdelingrechtelijke gronden zijn om personen in bewaring te plaatsen dan zal dit plaatsvinden. Ook wanneer er geen sprake is van strafbaar gedrag, wordt er alles aan gedaan om de overlast aan te pakken, zowel in de preventieve sfeer, als in repressieve sfeer. De samenwerking tussen gemeente en het Centraal Orgaan opvang asielzoekers (COA) is constructief. Alsook de samenwerking tussen politie, OM, de ketenmariniers en het COA.
Vindt u ook dat het feit dat deze burgerwacht nodig is, aantoont dat u volstrek tekortschiet in de aanpak van de asielcriminaliteit? Zo nee, waarom niet?
Zoals in de voorgaande antwoorden aangegeven zijn de buurtpreventieteams niet opgericht in het kader van de overlast van asielzoekers maar gericht op het vergroten van het veiligheidsgevoel in brede zin in de gehele gemeente. De gemeente Cranendonck ondersteunt de buurtpreventieteams. Zo heeft de gemeente bij het opstarten van de teams een speciale begeleider aangetrokken die de vrijwilligers geholpen heeft bij onder andere de werving van leden, het gezamenlijk opstellen van een handboek en het organiseren van een professionele instructiebijeenkomst. Daarnaast financiert de gemeente basiszaken die nodig zijn bij het uitoefenen van het buurtpreventiewerk, bijvoorbeeld een herkenbaar hesje en een zaklamp etc.
Bent u bereid de dappere burgerwachten van Budel, die hun eigen veiligheid op het spel zetten om hun dorp te beschermen tegen de gevolgen van uw misdadige open-grenzenbeleid, een lintje te geven en de kosten van hun opleiding en uitrusting te vergoeden?
Zie antwoord vraag 5.
Bent u bereid een keer uit uw ivoren toren te klimmen en een dag mee te lopen met deze buurtwacht, zodat u met eigen ogen kunt zien wat een puinhoop u met uw asielbeleid van Nederland maakt? Zo nee, waarom niet?
Ik leg regelmatig werkbezoeken af aan verschillende gemeenten en organisaties die betrokken zijn bij en geraakt worden door het migratiebeleid. Bij die werkbezoeken is er niet enkel ambtelijk of bestuurlijk contact, maar ontmoet ik bijvoorbeeld ook lokale ondernemers en andere burgers. Dit geldt ook voor de gemeente Cranendonck waar ik meermaals op bezoek ben geweest. Ook op verschillende ambtelijke niveaus bestaat dit contact. Gemeenten kunnen mij, desgewenst via de ketenmariniers, ook altijd benaderen om hierover te spreken. Dit doe ik om ook uit eerste hand te horen wat er in de praktijk wel en niet goed gaat.
Het bericht ‘Fors lagere straf voor doodschieten Bas van Wijk’ |
|
Gidi Markuszower (PVV) |
|
Ferdinand Grapperhaus (minister justitie en veiligheid) (CDA) |
|
Kent u dit bericht?1
Ja.
Deelt u de mening dat de rechter deze moordenaar levenslang had moeten opleggen?
De rechtsprekende macht in Nederland is onafhankelijk. Het is aan de rechter om, rekening houdend met de persoon van de dader en de omstandigheden waaronder het feit is gepleegd, te bepalen welke straf in een concreet geval passend is.
Bent u ook van mening dat deze verschrikkelijk lage straf een klap in het gezicht is van de nabestaanden van Bas van Wijk? Bent u voorts van mening dat deze rechters geen knip voor de neus waard zijn?
Mijn gedachten gaan vanzelfsprekend uit naar de nabestaanden van Bas van Wijk. Ik vind verder dat de rechters in Nederland vakbekwaam zijn en dat de kwaliteit van de Nederlandse rechtspraak goed te noemen is.
Bent u van mening dat deze lage straf, waar geen enkel afschrikwekkend effect vanuit gaat, een aanmoediging is voor andere criminele niet-westerse allochtonen dergelijke misdrijven te plegen?
Nee, het feit dat de door de rechter opgelegde straf lager is dan door het OM geëist wil niet zeggen dat er geen preventieve werking van uit gaat. Het is aan de rechter om, rekening houdend met de concrete omstandigheden van het geval, een gepaste straf op te leggen.
Klopt het, dat de lager oplegde straf mede veroorzaakt is door een vormfout van het OM?
In de zaak tegen de verdachte van de dodelijke schietpartij op 8 augustus 2020 bij de Nieuwe Meer in Amsterdam, heeft het OM achttien jaar gevangenisstraf en tbs met dwangverpleging geëist wegens gekwalificeerde doodslag (primair) dan wel moord (subsidiair) dan wel doodslag (meer subsidiair).
Bij vonnis van 18 mei 2021 heeft de meervoudige kamer van de rechtbank Amsterdam negen jaar gevangenisstraf en tbs opgelegd. Een deel van de dagvaarding werd door de rechtbank nietig verklaard omdat tijd en plaats van het strafbare feit zouden ontbreken.
In de oorspronkelijke tenlastelegging die voor de zitting aan de verdachte was uitgebracht stond bij alle feiten de plaats en datum vermeld. Tijdens de inhoudelijke behandeling van de zaak heeft het OM gemeend de tenlastelegging te moeten wijzigen. Bij deze wijziging zijn abusievelijk «plaats en datum» bij het primair tenlastegelegde feit gekwalificeerde doodslag weggevallen.
Hoewel niet vast staat welke straf door de rechtbank zou zijn opgelegd indien de tenlastelegging niet gedeeltelijk nietig was verklaard, is het mogelijk dat de straf mede hierdoor lager is uitgevallen dan door het OM geëist. Het OM gaat ervan uit dat in hoger beroep het abusievelijk wegvallen van «plaats en datum» bij het primair tenlastegelegde feit kan worden hersteld. Het OM heeft inmiddels hoger beroep ingesteld tegen het vonnis van de rechtbank in deze zaak.
Hoe vaak maakt het OM in de afgelopen vijf jaar vormfouten bij geweld- en zedenzaken uitgesplist per jaar?
Dergelijke cijfers worden niet bijgehouden.
Welke maatregelen gaat u nemen om een einde te maken tegen het stuntelende en slordige OM?
Het OM streeft te allen tijde naar een zorgvuldige behandeling van strafzaken en dat streven onderschrijf ik. Het OM betreurt de omissie in dit geval. Zoals ook aangegeven bij het antwoord op vraag 5, gaat het OM ervan uit dat in hoger beroep het abusievelijk wegvallen van «plaats en datum» bij het primair tenlastegelegde feit kan worden hersteld. Ik zie dan ook geen aanleiding om verdere stappen te ondernemen.
De gruwelijke overval in de woning van PSV-spits Zahavi |
|
Gidi Markuszower (PVV), Geert Wilders (PVV) |
|
Ferdinand Grapperhaus (minister justitie en veiligheid) (CDA) |
|
Bent u bekend met de berichten over de gruwelijke overval op PSV-spits Zahavi?1, 2, 3, 4
Ja.
Klopt het dat de vrouw en kinderen zijn vastgebonden, geslagen en met een vuurwapen bedreigd, en dat ook stukken haar van de vrouw van de PSV-voetballer zijn afgeknipt?
Het strafrechtelijk onderzoek in deze individuele strafzaak loopt nog. In het televisieprogramma Opsporing Verzocht is aandacht besteed aan deze zaak. In die uitzending is informatie gedeeld die naar buiten kon worden gebracht. Overige informatie over deze zaak kan ik, in het belang van het onderzoek, niet naar buiten brengen.
Zijn er signalementen van de daders bekend?
Ik verwijs naar het antwoord op vraag 2.
Heeft de politie Burgernet ingezet om de signalementen van de daders zo snel mogelijk te verspreiden? Zo nee, waarom niet?
Het alarmeringssysteem Burgernet is in deze zaak niet ingezet. Over de in dat verband gemaakte afweging doe ik geen inhoudelijke mededelingen.
Hoe vaak vindt dit soort roofovervallen thuis plaats?
In 2020 heeft de politie 298 aangiften van overvallen in woningen geregistreerd. In de registratie maakt de politie geen onderscheid tussen verschillende soorten woningovervallen.
In hoeveel gevallen heeft de politie de daders met succes gearresteerd?
Van de in antwoord 5 genoemde aangiften is in 42% van de zaken (174 zaken) ten minste één verdachte bekend. Dit is een momentopname, dit percentage kan in de toekomst nog toenemen.
In hoeveel gevallen heeft het OM de daders vervolgd?
Over de afgelopen vijf jaar heeft het OM 73%–80% van de woningovervallen voor de rechter gebracht. Het overgrote overige gedeelte van de zaken is (om technische redenen) geseponeerd.
Wat is de gemiddelde straf die dit soort daders krijgt?
Mij past in de beantwoording van deze vraag terughoudendheid, omdat ik iedere schijn van beïnvloeding bij lopende zaken wil vermijden. Het noemen van een gemiddelde straf kan bovendien onbedoeld verwachtingen wekken bij zowel verdachten als slachtoffers. Ook is het noemen van een gemiddelde straf niet relevant, omdat iedere zaak anders is en een rechter alle aspecten in een individuele zaak dient te wegen bij de bepaling van een passende straf. In zijn algemeenheid merk ik op dat voor vaak voorkomende delicten oriëntatiepunten zijn ontwikkeld waarop de rechter zich kan oriënteren bij het bepalen van de op te leggen straf.5 Deze oriëntatiepunten binden de rechter overigens niet.
Hoe vaak wordt er een gevangenisstraf opgelegd?
Navraag bij de Raad voor de rechtspraak leert dat in de periode 2018–2020 in ruim 90% van de zaken, waarin minimaal 1 feit betreffende woningoverval ten laste is gelegd met strafoplegging, een vrijheidsstraf is opgelegd.
Wordt onderzocht of deze overval (ook) een anti-Joods karakter had? Zo nee, waarom niet?
Ja.
Bent u bereid de Kamer te informeren over de voortgang van de opsporing en vervolging in deze zaak in Amsterdam? Zo nee, waarom niet?
Zolang het strafrechtelijk onderzoek in deze individuele zaak loopt, kan ik daarover geen nadere inhoudelijke mededelingen doen.
Het feit dat er gewoon reisbureaus zijn die zich specialiseren in leuke reizen naar Ethiopië terwijl nog steeds mensen uit dit land asiel aanvragen in Nederland |
|
Geert Wilders (PVV), Gidi Markuszower (PVV) |
|
Ankie Broekers-Knol (staatssecretaris justitie en veiligheid) (VVD) |
|
Bent u bekend met de uitzending van Hart van Nederland van 5 mei 2021 waarin duidelijk wordt dat er reisbureaus zijn die reizen aanbieden naar Ethiopië?
Ik ben bekend met de uitzending.
Bent u het eens dat het te gek voor woorden is dat Ethiopiërs hier in Nederland asiel aanvragen terwijl het zo’n populaire vakantiebestemming is?
Asielaanvragen van personen uit Ethiopië worden beoordeeld aan de hand van het individuele asielrelaas en de mensenrechten- en geweldssituatie in het land zoals die op dat moment bekend is. De algemene veiligheidssituatie is daarbij een factor die wordt meegewogen. Een land, of een deel/delen van dat land, kan voor (Nederlandse) toeristen toegankelijk zijn, waarbij de algemene veiligheidssituatie niet in de weg staat aan het aanbieden van vakanties. Dit betekent echter niet dat personen afkomstig uit dat land per definitie geen risico lopen bij terugkeer en geen aanspraak kunnen maken op asielbescherming. Een persoon kan bijvoorbeeld een bepaald risicoprofiel hebben, zoals het behoren tot een bepaalde etnische groep of het zijn van politiek opposant en om die reden het doelwit zijn van geweld en/of vervolging. De situatie van een asielzoeker uit Ethiopië kan en moet daarom niet vergeleken worden met de situatie van een (Nederlandse) toerist. Overigens is het huidige reisadvies voor Ethiopië voor delen van het land rood (niet reizen) en voor delen oranje (alleen noodzakelijke reizen). Het Ministerie van Buitenlandse Zaken meldt dat er een militair conflict is en er gewelddadige demonstraties kunnen voorkomen. Het is aan (Nederlandse) toeristen zelf om een afweging te maken in het al dan niet ondernemen van een reis naar dat land.
In februari 2021 is het algemene ambtsbericht van het Ministerie van Buitenlandse Zaken verschenen over Ethiopië. Ik ben mij aan het beraden over de implicaties voor het landgebonden asielbeleid. Ik verwacht de Kamer daarover op korte termijn te informeren.
Bent u het voorts eens dat hieruit blijkt dat Ethiopië gewoon een veilig land is en dat alle in Nederland verblijvende asielzoekende Ethiopiërs terug naar huis kunnen? Zo nee, waarom niet?
Zie antwoord vraag 2.
Kunt u vertellen hoeveel van de Ethiopiërs die in Nederland asiel aanvragen, vakantie vieren in eigen land?
Nee, daarover zijn geen cijfers bekend. Ik heb echter geen signalen dat er momenteel op grote schaal Ethiopiërs in Nederland met een asielvergunning voor bepaalde tijd naar hun land van herkomst terugkeren.
Bent u bereid de grenzen te sluiten voor alle gelukszoekers uit Ethiopië? Zo nee, waarom niet?
Nee. Zoals ik al eerder heb aangegeven2 is het kabinet van mening dat het categorisch sluiten van de Nederlandse grenzen geen realistische, laat staan een structureel wenselijke oplossing is voor het complexe migratievraagstuk.
Het bericht dat de Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND) het afgelopen jaar bijna 50.000 vreemdelingen de Nederlandse nationaliteit heeft gegeven |
|
Gidi Markuszower (PVV) |
|
Ankie Broekers-Knol (staatssecretaris justitie en veiligheid) (VVD) |
|
Bent u bekend met het bericht dat de IND bijna 50.000 Nederlandse paspoorten heeft weggeven aan vreemdelingen, waarvan Syriërs die hier in 2015 naartoe zijn gekomen de grootste groep vormen?1
Ik ben bekend met de berichtgeving hierover.
Bent u het eens dat deze Syriërs allang weer naar huis hadden moeten terugkeren om hun eigen land weer op te bouwen? Zo nee, waarom niet?
Tijdens het debat van 19 mei jl. heb ik uitgebreid met uw Kamer over dit vraagstuk van gedachten gewisseld. Zoals ook bij dat debat aangegeven, wordt de vraag of de situatie in Syrië veilig genoeg is om naar het land terug te keren door mij beoordeeld op basis van feiten uit objectieve bronnen over de situatie aldaar, waaronder de ambtsberichten van het Ministerie van Buitenlandse Zaken. Uit het meest recente algemeen ambtsbericht blijkt dat de veiligheidssituatie in Syrië niet substantieel is verbeterd. De algehele veiligheidssituatie en mensenrechtenschendingen die gepleegd worden door het Syrische regime en andere partijen, bleken onverkort zorgwekkend.
Zo ja, bent u dan bereid het voorbeeld van de Deense regering te volgen, te stellen dat Syrië weer veilig genoeg is om naar terug te keren en te beginnen met het uitzetten van Syriërs naar hun thuisland?
Voor het huidige landgebonden asielbeleid voor Syrië geldt het uitgangspunt dat mensen uit Syrië die vanuit het buitenland terugkeren, bij of na inreis een reëel risico lopen op ernstige schade. Terugkeer naar Syrië vindt dan ook niet plaats op initiatief van de Nederlandse overheid. Indien een Syrische migrant toch de wens heeft om terug te keren naar Syrië – om welke reden dan ook – kan de DT&V hierin ondersteunen, bijvoorbeeld middels het boeken van een vlucht.
De situatie in Syrië blijf ik nauwgezet volgen. Het Ministerie van Buitenlandse Zaken heb ik gevraagd een nieuw algemeen ambtsbericht over de situatie in Syrië op te stellen. Dit ambtsbericht wordt voor aanstaande zomer verwacht. Aan de hand van de feiten in dat ambtsbericht zal ik beoordelen of het asielbeleid voor Syrië aanpassingen behoeft. Bij de beoordeling van landenbeleid wordt het beleid van de ons omringende lidstaten betrokken. Het Nederlandse asielbeleid voor Syrië is momenteel in lijn met het beleid dat door het merendeel van de andere EU-lidstaten wordt gevoerd. Ik zal uw Kamer te zijner tijd informeren of er aanleiding bestaat het asielbeleid ten aanzien van Syrië te wijzigen.
Bent u het voorts eens dat het culturele zelfmoord is om zoveel vreemdelingen de Nederlandse nationaliteit cadeau te geven als zij zelf een cultuur aanhangen die haaks staat op de onze? Zo nee, waarom niet?
Nee, Voor verkrijging van het Nederlanderschap gelden stringente voorwaarden.
Bent u bereid waar dat nu mogelijk is, bijvoorbeeld in verband met een dubbele nationaliteit, de gegeven Nederlandse nationaliteit weer in te trekken en alsnog over te gaan tot uitzetting?
Het Europees verdrag inzake nationaliteit, waarbij Nederland is aangesloten, staat het intrekken van de nationaliteit om de in uw vragen bedoelde redenen niet toe.
Bent u bereid waar dat nu niet mogelijk is, met concrete wetgeving te komen om het intrekken van de gegeven Nederlandse nationaliteit wel mogelijk te maken zodat kan worden overgegaan tot uitzetting?
Zie antwoord vraag 5.
Bent u het eens dat Nederland voor de Nederlanders is en dat we onze eigen bevolking op deze wijze aan het vervangen zijn en alles wat we hebben opgebouwd in dit land verkwanselen?
Het asielbeleid in Nederland is gestoeld op de regels en rechten die neergelegd zijn in het Vluchtelingenverdrag en het Europese Verdrag van de Rechten voor de mens. Het beleid is erop gericht bescherming te bieden aan allen die geweld of vervolging ontvluchten. Van toegelaten asielzoekers wordt verwacht dat zij meewerken aan hun integratie in Nederland.
De berichten ‘Complete pakketreizen met als doel een al dan niet succesvolle asielaanvraag in Nederland’ en ‘Vooral Syriërs met valse documenten’ |
|
Gidi Markuszower (PVV) |
|
Ankie Broekers-Knol (staatssecretaris justitie en veiligheid) (VVD) |
|
Bent u bekend met de berichten «Complete pakketreizen met als doel een al dan niet succesvolle asielaanvraag in Nederland»1 en «Vooral Syriërs met valse documenten»?2
Ja.
Wat vindt u van het feit dat Nederland onder uw verantwoordelijkheid is uitgegroeid tot een mensensmokkelparadijs en dat er in Syrië complete all-in pakketreizen richting Nederland luilekkerland worden verkocht waar oplichterij wordt beloond?
Het standpunt dat Nederland is uitgegroeid tot een mensensmokkelparadijs deel ik niet. De aanpak van mensensmokkel is al jaren een prioriteit van dit kabinet. In de afgelopen jaren zijn verschillende maatregelen genomen om het business model van mensensmokkel aan te pakken, zoals: de ontwikkeling van een barrièremodel mensensmokkel, het instellen van het multidisciplinaire team mensensmokkel, plaatsen van liaisons in het buitenland, ook door het Openbaar Ministerie. Verder werken we Europees verband nauw samen met andere lidstaten in het Europol European Multidisciplinary Platform Against Crime Threat (EMPACT)-project illegale immigratie. Binnen dit Europol project worden verschillende operationele acties door de lidstaten uitgevoerd om mensensmokkel aan te pakken. Al deze maatregelen moeten bijdragen om mensensmokkel al in een vroegtijdig stadium tegen te gaan en om te voorkomen dat migranten met behulp van smokkelaars naar Nederland reizen.
Hoeveel mensensmokkelaars zijn afgelopen jaar opgepakt en veroordeeld? Wat was de gemiddelde straf?
In 2020 zijn er circa 245 verdachten personen ingestroomd bij het OM.
In 2020 zijn er circa 120 personen veroordeeld voor mensensmokkel. Er zijn geen concrete cijfers beschikbaar over de gemiddelde straf. Wel is bekend dat door het Hof in Den Haag voor wat betreft de strafmaat in de meeste zaken drie maanden gevangenisstraf per gesmokkelde persoon wordt gehanteerd.
Bent u bereid alle mensensmokkelaars in geval van een dubbele nationaliteit op te pakken en uit te zetten? Zo nee, waarom niet?
De aanpak van mensensmokkel is niet gerelateerd aan het hebben van een dubbele nationaliteit. Het uitgangspunt is dat personen die zich schuldig hebben gemaakt aan mensensmokkel strafrechtelijk aangepakt worden op grond van artikel 197a van het Wetboek van Strafrecht. Het Europees verdrag inzake nationaliteit, waarbij Nederland is aangesloten, staat het intrekken van de nationaliteit wegens een veroordeling voor mensensmokkel niet toe.
Aan hoeveel leugenachtige, frauderende asielzoekers is een verblijfsvergunning verleend?
Het algemene uitgangspunt is dat mogelijke fraude in toelatingsprocedures wordt tegen gegaan en in een vroegtijdig stadium wordt onderkend. Het is niet mogelijk om cijfers te geven over het aantal verblijfsvergunningen die mogelijk op basis van valse of vervalste identiteits- of nationaliteitsdocumenten en/of verklaringen zijn verleend.
Bent u het eens dat wanneer op deze manier door asielzoekers een spelletje wordt gespeeld met Nederland, zij direct moeten worden uitgezet omdat anders de deuren wagenwijd worden opengegooid voor een stroom aan nog meer bedriegende asielzoekers? Zo nee, waarom niet?
Als bij de IND een melding of signaal binnenkomt van een gekocht verhaal en er is aan hem of haar een asielvergunning verleend, dan beoordeelt de IND (team herbeoordelingen asiel) of de melding voldoende objectieve informatie bevat die tot intrekking kan leiden. Als dat niet het geval is, wordt beoordeeld of nader onderzoek alsnog objectieve informatie kan opleveren. Wanneer zich een intrekkingsgrond voordoet, wordt altijd beoordeeld of een intrekking in strijd is met het Vluchtelingverdrag of artikel 3 EVRM. Als dat niet aan de orde is, kan de vergunning worden ingetrokken. Als er concrete aanwijzingen zijn van een strafbaar feit, zoals handel in asielverhalen, dan wordt dit gemeld bij het Expertisecentrum Mensenhandel/Mensensmokkel (EMM) en/of er wordt aangifte gedaan.
Nagenoeg alle asielzoekers worden bijgestaan door asieladvocaten die hiervoor speciaal zijn opgeleid. Deze advocaten worden toegewezen door de Raad voor de Rechtsbijstand, zodat is gewaarborgd dat het altijd gaat om gekwalificeerde rechtsbijstandverleners. De Raad vergoedt de kosten van deze rechtsbijstand. Dat laat onverlet dat het een asielzoeker vrij staat om zelf op eigen kosten advies bij derden in te winnen.
Kunt u toezeggen dat u deze bedriegers en de meehuilende asieladvocaten die ze in bescherming nemen keihard zal aanpakken om te voorkomen dat ons asielbeleid nog verder wordt ondermijnd? Zo nee, waarom niet?
Zie antwoord vraag 6.
Bent u bereid de grenzen te sluiten, alle verblijfsvergunningen van frauderende gelukszoekers in te trekken en hen per direct op te pakken en het land uit te gooien? Zo nee, waarom niet?
Op dit moment worden in het kader van het vreemdelingentoezicht en Mobiel Toezicht Veiligheid door de nationale politie en de KMar controles uitgevoerd bij asielzoekerscentra en landsgrenzen om mensensmokkel tegen te gaan.
Daarnaast is het algemeen uitgangspunt dat een verblijfsvergunning die is afgegeven op grond van valse voorwendselen kan worden ingetrokken.
Het sluiten van de binnengrenzen heeft enorme impact op het vrij verkeer van personen en goederen en deze maatregel is onwenselijk en niet nodig om mensensmokkel via de binnengrenzen tegen te gaan.
De aanpak van mensensmokkel vraagt om een integrale aanpak van verschillende maatregelen conform het barrièremiddel mensensmokkel.
Het bericht ‘Beruchte NSB’ers kochten Joodse huizen op in Arnhem’ |
|
Gidi Markuszower (PVV), Geert Wilders (PVV) |
|
Ingrid van Engelshoven (minister onderwijs, cultuur en wetenschap) (D66), Kajsa Ollongren (viceminister-president , minister binnenlandse zaken en koninkrijksrelaties) (D66), Wopke Hoekstra (minister financiën) (CDA), Ferdinand Grapperhaus (minister justitie en veiligheid) (CDA) |
|
Bent u bekend met het bericht «Beruchte NSB’ers kochten Joodse huizen op in Arnhem»?1
Ja. De onteigening van Joods vastgoed in de Tweede Wereldoorlog is bijzonder tragisch en een zwarte pagina in de geschiedenis.
Hoeveel onroerend goed is door de gemeente Arnhem zelf in bezit genomen waarvan de Joodse eigenaren of hun nabestaanden waren vermoord (de gemeente Arnhem is eind 2020 een onderzoek gestart naar de eigen rol die het had bij de verkoop van Joodse bezittingen in de oorlog)?
Het onderzoek van de gemeente Arnhem, waar in de vraag naar wordt verwezen, betreft de volgende onderzoeksvragen:
Dit onderzoek is complex, omdat veel administratie verloren is gegaan, onder meer door de verwoesting van Arnhem in het laatste oorlogsjaar. Het onderzoek loopt op dit moment nog.
Transacties van onroerende goederen tijdens de Tweede Wereldoorlog zijn recent online in beeld gebracht door een samenwerking van het Nationaal Archief en het Kadaster. Bij dit project is de administratie van de zogenaamde Verkaufbücher verbonden met data van het Kadaster, waardoor transacties in een gemeente zichtbaar zijn. Een volledig overzicht van het door de gemeente Arnhem in bezit genomen vastgoed is nu niet beschikbaar. Dit is wel onderdeel van het onderzoek, dat wordt uitgevoerd in opdracht van de gemeente Arnhem.
Bent u bereid, samen met de gemeente Arnhem, een volledig overzicht te geven van de restituties van de gemeente Arnhem vanaf de oorlog tot op heden aan de Joodse Gemeenschap?
In het kader van het onderzoek dat wordt uitgevoerd in opdracht van de gemeente Arnhem, wordt geïnventariseerd of het mogelijk is een overzicht te geven van het rechtsherstel door de gemeente Arnhem over eventuele aankopen van de gemeente Arnhem. Daarnaast is het goed dat Arnhem onderzoek doet naar eventuele naheffingen van gemeentelijke belastingen opgelegd aan Joodse eigenaren na afloop van de Tweede Wereldoorlog. Ik merk op dat veel gemeenten, onder meer Amsterdam, Den Haag, Eindhoven en Rotterdam, dergelijke onderzoeken laten uitvoeren of al hebben uitgevoerd. Het is belangrijk dat gemeenten deze stap zetten en hierin verantwoordelijkheid nemen. Vanuit de rijksoverheid zijn op dit moment hiervoor geen aanvullende stappen nodig.
Bent u bereid om al het Joodse geroofde onroerend goed in de gemeente Arnhem aan de Joodse Gemeenschap te restitueren?
De onteigening van Joods vastgoed in de Tweede Wereldoorlog maakte deel uit van het structureel ontnemen van de rechten, van de menselijkheid en zelfs vaak van het leven van Joden door het naziregime. Zoals ik u heb geschreven in antwoord op schriftelijke vragen van de leden Markuszower en Wilders van 28 mei 2020,2 heeft de Nederlandse regering direct na de Tweede Wereldoorlog de anti-Joodse maatregelen met terugwerkende kracht ongedaan gemaakt in de herstelwetgeving. Vanaf 1997 heeft de Nederlandse regering met de instelling van een aantal commissies, waaronder de commissie Kordes, onderzoek laten doen naar de roof en recuperatie van bezittingen van oorlogsslachtoffers. Deze commissies hebben ook een historische analyse gemaakt van de periode van rechtsherstel direct na de Tweede Wereldoorlog.
In een brief aan de Tweede Kamer van 21 maart 20003 heeft de regering een oordeel gegeven over conclusies van bovengenoemde commissies. De regering onderschreef de conclusie dat hoewel direct na de Tweede Wereldoorlog naar vermogen is getracht om rechten van slachtoffers te herstellen, dit rechtsherstel met meer begrip en minder formalistisch had moeten worden uitgevoerd. Daarom heeft de regering toen besloten om € 181,5 miljoen (ƒ 400 miljoen) ter beschikking te stellen aan de joodse gemeenschap «om finaal recht te doen aan de kritiek op de bejegening van de betrokken vervolgingsslachtoffers, het rechtsherstel en de gevolgen die dat heeft gehad voor hun verdere bestaan». Hiermee heeft de Nederlandse regering verantwoordelijkheid genomen voor het rechtsherstel voor de vervolgingsslachtoffers.
Er is op dit moment geen aanleiding om het rechtsherstel vanuit de rijksoverheid op dit punt te herzien. Dat neemt uiteraard niet weg dat voor veel vervolgingsslachtoffers, -overlevenden en nabestaanden dit pijnlijke verleden niet is afgesloten.
Bent u bekend met het feit dat Joodse families en nabestaanden rechtszaken moesten voeren tegen de gemeente Arnhem om hun onteigende woningen en inboedels terug te krijgen?
De regering heeft de conclusie van de commissie Kordes onderschreven dat direct na de Tweede Wereldoorlog naar vermogen is getracht om rechten van slachtoffers te herstellen en dat dit niet op incorrecte wijze heeft plaatsgevonden, maar dat dit rechtsherstel wel met meer begrip en minder formalistisch had moeten worden uitgevoerd. De overheid en de samenleving waren onvoldoende doordrongen van wat Joden tijdens de oorlog was aangedaan.4 Deze conclusie geldt uiteraard ook voor de Joodse families en nabestaanden die rechtszaken hebben gevoerd tegen de gemeente Arnhem.
Bent u bereid om, naast het onderzoek van de gemeente Arnhem, het schandalige machtsmisbruik van de gemeente Arnhem tijdens en na de oorlog te onderzoeken en in kaart te brengen?
Zoals vermeld in antwoord op vraag 2, voert de gemeente Arnhem op dit moment onderzoek uit naar haar handelen tijdens en na de Tweede Wereldoorlog met betrekking tot Joodse burgers. Er is geen aanleiding vanuit de rijksoverheid additioneel onderzoek uit te voeren.
Bent u bereid om de rol van de notarissen, de rechterlijke macht, advocaten en makelaars in de gemeente Arnhem bij de roof van het Joodse geroofde onroerend goed tijdens en na de oorlog te onderzoeken en in kaart te brengen?
Er zijn verschillende deelstudies verschenen over de rol van beroepsgroepen in de Tweede Wereldoorlog. De rol van het notariaat in de gedwongen eigendomsoverdrachten tijdens de Tweede Wereldoorlog is beschreven in het recente proefschrift van Raymund Schütz.5 De rol van advocaten is uitgezocht door Joggli Meihuizen in zijn boek Smalle Marges.6 De rol van de rechterlijke macht bij het naoorlogse rechtsherstel is beschreven in het proefschrift van Wouter Veraart.7
Er is geen aanleiding om vanuit de rijksoverheid aanvullend onderzoek te initiëren, gezien het rechtsherstel dat de Nederlandse regering heeft gerealiseerd, mede naar aanleiding van de conclusies van de commissie Kordes.
Kinderrechters die de noodklok luiden over de situatie van de jeugdzorg in Zeeland. |
|
Vicky Maeijer (PVV), Gidi Markuszower (PVV) |
|
Paul Blokhuis (staatssecretaris volksgezondheid, welzijn en sport) (CU), Sander Dekker (minister zonder portefeuille justitie en veiligheid) (VVD) |
|
Bent u bekend met het bericht «Kinderrechters luiden noodklok over situatie jeugdzorg Zeeland?»1
Ja.
Deelt u de mening van de kinderrechters van de rechtbank Zeeland-West Brabant dat het punt is bereikt dat er geen jeugdzorgaanbieder meer is om de gedwongen hulpverlening van kwetsbare kinderen en gezinnen op zich te nemen? Zo nee, waarom niet?
Kinderrechters kunnen nieuw op te leggen kinderbeschermingsmaatregelen nog steeds toewijzen aan de in de provincie Zeeland werkzame Gecertificeerde Instellingen (GI’s). Het probleem, waarvoor de rechters terecht aandacht vragen, is echter dat kinderen en gezinnen van nieuw opgelegde maatregelen niet direct gekoppeld kunnen worden aan een vaste gezinsmanager. Daardoor kan niet in alle gevallen binnen vijf werkdagen het eerste contact plaatsvinden tussen de gezinsmanager en het kind en het gezin, zoals het Besluit Jeugdwet voorschrijft (artikelen 4.2.1 tot en met 4.2.3). Dit is natuurlijk onwenselijk en zorgelijk. Dit betekent overigens niet dat er in die situaties op dat helemaal geen zicht is op (de veiligheid van) het kind en het gezin.
Uitgangspunt is en blijft dat zo snel mogelijk een vaste jeugdbeschermer wordt ingezet. Hier wordt in het kader van de landelijke doorbraakaanpak hard aan gewerkt in Zeeland (zie het antwoord op vraag 7). Voor het geval dat kinderen alsnog langer moeten wachten is de stelregel dat er binnen 5 dagen contact is met het gezin, dat er een risicotaxatie wordt opgesteld en dat afspraken worden gemaakt wie toeziet op de veiligheid van het kind zolang er nog geen vaste gezinsmanager is. Afhankelijk van de situatie van het kind kunnen dit bijvoorbeeld het lokale team, de grootouders, de politie, leraren, buren maar ook (jeugd)hulpverleners zijn. In het overgrote deel van de zaken is namelijk al wel hulpverlening betrokken. Ook dient de GI alvast in overleg te gaan met ouders en acties uit te zetten om waar nodig zo snel mogelijk te komen tot passende hulpverlening. Dit zijn de zaken waar de inspecties ook naar hebben gekeken bij de praktijktoets in het kader van de doorbraakaanpak, waarvan naar verwachting in juni de zogenaamde «regiobeelden» zullen verschijnen.
Zijn er kinderen en gezinnen die hierdoor nu niet de hulp (hebben) kunnen krijgen die zij nodig hebben?
Bij het overgrote deel van de zaken waarbij een kinderbeschermingsmaatregel wordt opgelegd is al hulpverlening betrokken bij het gezin (zie ook het antwoord op vraag 2). In Zeeland zijn op dit moment vier GI’s actief: Intervence, Leger des Heils, William Schrikker Stichting en Briedis. Als één van deze GI´s een nieuwe zaak niet binnen vijf werkdagen aan een vaste gezinsmanager kan toewijzen, dan betekent dit dus niet automatisch dat er geen hulp wordt gegeven. Uiteraard is het van belang dat ook het toezicht en de begeleiding door een gezinsmanager vanuit de GI zo snel mogelijk start. Voor het geval kinderen langer moeten wachten geldt dat de GI de bij het antwoord op vraag 2 beschreven stappen dient uit te voeren om de veiligheid van het kind in deze periode te borgen.
Op peildatum 12 mei 2021 was bij tien opgelegde maatregelen nog geen vaste gezinsmanager toegewezen aan de kinderen en gezinnen in Zeeland.
Hoeveel kinderen wachten er op hulp?
Zie antwoord vraag 3.
Kunt u aangeven hoeveel medewerkers van Intervence de afgelopen maanden zijn vertrokken? Zijn deze medewerkers behouden voor de (jeugd)zorgsector?
Vanaf januari 2021 tot en met 31 mei 2021 hebben in totaal zestien gezinsmanagers van Intervence hun contract opgezegd. Niet alle medewerkers zijn behouden voor de jeugdbescherming en -reclassering, maar het merendeel wel voor de brede jeugdzorgsector. Sinds de medewerkers van Intervence perspectief hebben op een overname van Intervence door Jeugdbescherming west is het vertrouwen van medewerkers van Intervence gegroeid in een goede afloop en is het aantal opzeggingen sterk verminderd.
Schaamt u zich niet kapot dat nu toch blijkt dat kinderen die hulp nodig hebben te maken krijgen met lange wachtlijsten, aangezien de rechtbank zegt dat het uitblijven van gedwongen hulpverlening van kwetsbare kinderen een gevolg is van de onduidelijkheid over het voortbestaan van jeugdzorgorganisatie Intervence en u in uw brief van 17 februari jl. aangaf dat het van belang was om de zorgcontinuïteit voor de huidige en nieuwe cliënten van Intervence te garanderen?
Ondanks alle stappen die partijen genomen hebben om de zorgcontinuïteit te borgen, heeft het (te) lang geduurd voordat medewerkers de noodzakelijke duidelijkheid kregen. Dit heeft er mede toe geleid dat verschillende jeugdbeschermers vertrokken en dat bij nieuw opgelegde kinderbeschermingsmaatregelen niet direct een vaste jeugdbeschermer beschikbaar is. Dat is een zorgelijke situatie. Dit wordt ook erkend door de Zeeuwse gemeenten. Daarom wordt ingezet om medewerkers te behouden, nieuwe medewerkers aan te trekken en is er een taskforce ingericht, zodat ook de kinderen en gezinnen van nieuw opgelegde maatregelen zo snel en optimaal mogelijk begeleid en beschermd worden (zie het antwoord op vraag 7).
Inmiddels heeft de bestuurscommissie Jeugd – die verantwoordelijk is voor de inkoop van jeugdbescherming en jeugdreclassering in Zeeland – op 12 mei jongstleden besloten om in te stemmen met de businesscase van Jeugdbescherming west.2 Op 4 juni hebben ook alle gemeenteraden ingestemd met het beschikbaar stellen van financiële middelen die nodig zijn voor deze overname wordt nu aan de gemeenteraden voorgelegd. Daarmee is een belangrijk stap gezet om voor de kinderen en het personeel het gewenste perspectief te realiseren.
Hoe gaat u ervoor zorgdragen dat deze kinderen op korte termijn hulp krijgen? Bent u bereid de regie op u te nemen om dit probleem in de Zeeuwse jeugdzorg zo snel als mogelijk op te lossen, zo nee waarom niet?
Gemeenten zijn conform de Jeugdwet verantwoordelijk voor de uitvoering van jeugdbescherming en -reclassering. Dat houdt in dat gemeenten gehouden zijn te voorzien in een toereikend aanbod van GI’s. Door de Zeeuwse gemeenten is in samenwerking met de in Zeeland werkzame GI’s, de Raad voor de Kinderbescherming en de Rechtbank Zeeland-West-Brabant een taskforce opgezet om zorg te dragen dat nieuwe maatregelen zo spoedig mogelijk worden opgepakt door een GI. De taskforce komt wekelijks bijeen en met de inzet van de taskforce wordt beoogd zo snel mogelijk nieuwe medewerkers aan te trekken voor nieuwe instroom van kinderen en gezinnen. Hierbij wordt o.a. aan de volgende oplossingsrichtingen gewerkt: de inzet van SKJ-geregistreerde medewerkers die werkzaam zijn in het vrijwillig kader en/of ZPP-ers en het (versneld) overdragen van zogenoemde drangzaken van de GI’s naar lokale wijkteams. Tot nu toe heeft dit geresulteerd in het aantrekken van twee nieuwe medewerkers bij Intervence per 10 mei en één nieuwe medewerker per medio juli 2021.
Zowel de Inspecties als het Ministerie van Justitie en Veiligheid volgen deze ontwikkelingen nauwgezet. Het ministerie is (mede vanuit interbestuurlijk Toezicht) al geruime tijd in gesprek met de betrokken wethouders waarbij gemeenten worden aangesproken op hun verantwoordelijkheden, de urgentie van de situatie en de voortgang van getroffen maatregelen. Tevens verleent mijn ministerie ondersteuning om besluitvorming te bespoedigen. Zoals bij het antwoord op vraag 6 is beschreven, heeft de bestuurscommissie die verantwoordelijk is voor de inkoop van de jeugdbescherming en jeugdreclassering in Zeeland inmiddels besloten om in te stemmen met het voorstel van Jeugdbescherming west. Het overnemen van de regie in Zeeland is dan ook niet aan de orde.
Het bericht dat een levensgevaarlijke asielcrimineel weer op vrije voeten is gezet en zo een slachtpartij kon aanrichten in een AZC |
|
Gidi Markuszower (PVV) |
|
Ankie Broekers-Knol (staatssecretaris justitie en veiligheid) (VVD) |
|
Kent u het bericht «Zeven gewonden bij steekpartij AZC Echt, verdachte opgepakt»?1
Ja
Bent u op de hoogte dat deze levensgevaarlijke asielcrimineel op het punt stond overgebracht te worden naar een beveiligd AZC en dat hij een week geleden al werd opgepakt voor een geweldsincident?
Zoals uw Kamer bekend kan ik niet ingaan op individuele zaken. Laat ik voorop stellen dat ik het vreselijk vind wanneer er geweldsincidenten plaatsvinden, of dit nu op een AZC is of daarbuiten, zeker wanneer daar slachtoffers bij te betreuren zijn. De eerste zorg is dan ook uitgegaan naar de slachtoffers en de andere bewoners en medewerkers op het centrum. Hoewel dit soort incidenten nooit helemaal zijn uit te sluiten doen de medewerkers van het COA en de overige partners van de vreemdelingenketen er dagelijks alles aan om de veiligheid op een centrum zoveel mogelijk te waarborgen. Zoals gebruikelijk is bij dit soort incidenten voert de politie onderzoek uit in het kader van de openbare orde en mogelijk gepleegde strafbare feiten.
Zo ja, hoe legt u dan uit dat deze Nigeriaan een dag later alweer vrij werd gelaten, volgens bewoners van het AZC toen een moordpartij aankondigde en vervolgens een slachtpartij kon aanrichten?
Zie antwoord vraag 2.
Hoe is het mogelijk dat crimineel asieltuig ondanks al uw mooie praatjes overal in Nederland nog steeds vrij spel heeft en dat u deze levensgevaarlijke situaties maar niet lijkt te kunnen voorkomen?
Ik wil benadrukken dat voor zowel de personen die asiel aanvragen en die bescherming krijgen als degenen die worden afgewezen geldt dat het overgrote deel van hen zich goed gedraagt in de opvangcentra en daarbuiten. Een beperkt deel veroorzaakt overlast en maakt zich soms schuldig aan crimineel gedrag. Zoals ik aan uw Kamer heb laten weten2 zijn diverse maatregelen van kracht om deze overlast en crimineel gedrag tegen te gaan. Helaas zijn geweldsincidenten, net als op andere plekken in de Nederlandse samenleving, niet altijd te voorkomen.
Hoeveel criminele asielzoekers zijn er dit jaar op grond van de openbare orde bij hun lurven gepakt en uitgezet?
Voor dit antwoord verwijs ik u naar de incidentenrapportage 2020 die binnenkort met uw Kamer zal worden gedeeld. Hierin vindt u jaarlijks een uitgebreid overzicht van incidenten die door bewoners van COA opvanglocaties zijn gepleegd.
Hoeveel gewelds- en zedendelicten hebben tot nu toe in 2021 plaatsgevonden door asielzoekers uitgesplitst per delict en per land van herkomst en wat is de opgelegde straf die zij hiervoor hebben gekregen?
Zie antwoord vraag 5.
Bent u bereid deze crimineel lang te straffen, ervoor te zorgen dat hij nooit meer vrij rondloopt in Nederland en uit te zetten naar het land van herkomst? Zo nee, waarom niet?
Het is aan het Openbaar Ministerie om onderzoek te doen naar strafbare feiten en een eventuele strafzaak te starten. Het is vervolgens aan de rechter om een straf op te leggen. Het is niet aan mij om mij hierin te mengen of hierover uitspraken te doen.
Voorts is het uitgangspunt van het kabinet dat personen die maatschappelijk onaanvaardbaar gedrag vertonen niet in aanmerking komen voor verblijf in Nederland. Over het beleid inzake het weigeren en intrekken van de verblijfsvergunning asiel op grond van openbare orde, en de juridische aspecten daarvan, is uw Kamer meermaals uitgebreid geïnformeerd, laatstelijk op 1 juli 2020.3
Bent u bereid een totale asielstop in te stellen, alle AZC’s te sluiten en alle criminele asielzoekers en statushouders uit Nederland te verwijderen? Zo nee, waarom niet?
Ten aanzien van de door u voorgestelde asielstop, verwijs ik u naar de eerdere beantwoording van vergelijkbare verzoeken of oproepen4.
Het bericht dat het CBS gaat stoppen met onderscheid maken tussen een ‘westerse’ en ‘niet-westerse’ achtergrond en zo op schaamteloze wijze de enorme problemen van de massa-immigratie onder het tapijt veegt |
|
Gidi Markuszower (PVV), Machiel de Graaf (PVV) |
|
Wouter Koolmees (minister sociale zaken en werkgelegenheid, viceminister-president ) (D66), Ferdinand Grapperhaus (minister justitie en veiligheid) (CDA), Bas van 't Wout (VVD) |
|
Bent u bekend met het bericht «CBS gaat stoppen met begrippen «westers» en «niet-westers»»?1
Ja.
Bent u op de hoogte dat de registratie van de dubbele nationaliteit ook al is afgeschaft en dat de derde generatie niet-westerse allochtonen als «Nederlands» wordt geduid, waardoor een groot deel van de immigratieproblematiek nu al wordt verhuld?
Met de komst van de Wet basisregistratie personen (Wet BRP) in 2014 is het bijhouden van gegevens over de vreemde nationaliteit van een persoon die ook Nederlander is, in de bevolkingsregistratie beëindigd. Bij personen die zelf geboren zijn in Nederland en van wie de ouders dat ook zijn, is inderdaad geen sprake van een migratieachtergrond. Zie voor meer informatie over het beëindigen van de registratie van de vreemde nationaliteit, de beantwoording van de Kamervragen van de leden Fritsma, Wilders en Van Dijk (PVV)2.
Deelt u de mening dat het essentieel is om maatschappelijke gegevens te kunnen categoriseren naar verschillende leeftijden, seksen, afkomst, geografische spreiding, godsdienst, opleidingsniveau, inkomen en arbeidsomstandigheden, zodat op basis van die gegevens beleid kan worden ontwikkeld? Zo nee, waarom niet?
Het is van belang om maatschappelijke gegevens te kunnen categoriseren en feiten te rapporten, zodat met die gegevens onder andere beleid kan worden ontwikkeld en geëvalueerd. De heroverweging van het CBS voor een andere hoofdindeling van herkomst en migratieachtergrond op termijn, doet daar geen afbreuk aan. Het CBS blijft de herkomst en migratieachtergrond dus registreren, met de heroverweging komt er te zijner tijd een andere hoofdindeling dan «westers - niet-westers». Zoals het CBS op de website aangeeft3, is het CBS continu bezig met het vinden van een goede balans bij het leveren van maatschappelijk relevante cijfers. Op deze manier kan bestaand beleid worden gemonitord en effectief beleid worden ontwikkeld. Heroverwegingen zijn volgens het CBS nodig om statistiek te kunnen blijven maken die maatschappelijke fenomenen zo goed mogelijk beschrijft en recht doet aan de verscheidenheid binnen de samenleving van dat moment. Volgens het CBS zorgt een betere indeling naar herkomst voor betere statistieken. De heroverweging doet dus geen afbreuk aan de statistiekvoorziening, dan wel het bestaansrecht van het CBS.
Ter achtergrond voor de heroverweging van het CBS: in Nederland wordt al sinds de jaren '90 een systematiek gehanteerd voor de vaststelling van de migratieachtergrond van personen. Dat gebeurt aan de hand van drie identificerende gegevens: het geboorteland van de persoon zelf en de geboortelanden van de beide ouders. Destijds is ook de indeling ingevoerd waarmee de bevolking uit verschillende herkomstlanden werden samengenomen tot de verzamelcategorieën «westers» en «niet-westers». In de huidige diverse Nederlandse samenleving is het aantal herkomstgroepen veel omvangrijker en zijn de verschillen tussen deze groepen steeds groter. Dit heeft tot gevolg, zoals ook door de WRR is opgemerkt4, dat deze verzamelcategorieën hun betekenis hebben verloren. Zo worden bijvoorbeeld zowel hoogopgeleide kennismigranten uit India, als laagopgeleide asielmigranten uit Eritrea in deze systematiek in dezelfde verzamelcategorie «niet-westers» ondergebracht, terwijl zij nauwelijks gemeenschappelijke kenmerken hebben. Dat doet sterk afbreuk aan de validiteit en de bruikbaarheid van deze indeling en de daarop gebaseerde statistieken. Het CBS heeft daarom, in navolging van het WRR-advies, besloten op zoek te gaan naar meer betekenisvolle verzamelcategorieën om daarmee de kwaliteit en gebruikswaarde van de statistische informatie te vergroten en deze op termijn ter vervanging van de oude categorisering in te voeren. Eén en ander laat onverlet dat de onderliggende individuele herkomstgroepen ook in de toekomst gewoon beschikbaar blijven in de CBS-databases en statistieken. Een voorbeeld van alternatieve categorisering is te vinden in de in juli 2020 en april 2021 gepubliceerde rapportages van het NIDI en CBS die in het kader van de Verkenning Bevolking 2050 zijn uitgebracht en aan uw Kamer zijn aangeboden5.
Bent u het eens dat de feiten over de faliekant mislukte multiculturele samenleving niet in de doofpot moeten worden gestopt, maar dat deze feiten keihard nodig zijn om dit vreselijke immigratiebeleid te controleren en beleid te voeren? Zo nee, waarom niet?
Zie antwoord vraag 3.
Als het verschil tussen «westers» en «niet-westers» niet meer belangrijk is, wat is er dan aan andere gegevens nog belangrijk? Ergo: kunt u dan niet beter het hele CBS opdoeken? Zo nee, waarom niet?
Zie antwoord vraag 3.
Bent u het eens dat het te idioot voor woorden is dat het CBS zich meer bezig houdt met politiek-correcte onzin dan met objectief haar werk te doen? Bent u bereid de linkse activisten die dit plan hebben bedacht de wacht aan te zeggen en te vervangen voor objectieve onderzoekers?
Het antwoord op vragen 3, 4 en 5 zet uiteen waarom het CBS bezig is met een heroverweging van het gebruik van de hoofdindeling «westers - niet-westers». Hieruit valt af te leiden dat het CBS dit onderneemt vanuit de inhoud, namelijk om maatschappelijke fenomenen zo goed mogelijk te beschrijven en met betekenisvollere categorieën de kwaliteit en gebruikswaarde van de statistische informatie te vergroten. Dit draagt bij aan het rapporteren van objectieve informatie en betere statistieken.
De Minister van Economische Zaken en Klimaat is politiek verantwoordelijk voor de wetgeving omtrent het CBS en het budget. Het CBS is echter een zelfstandig bestuursorgaan en derhalve niet hiërarchisch ondergeschikt aan de Minister. Dit brengt met zich mee dat de Minister geen aanwijzingen aan het CBS kan geven op dossierniveau. Het publicatiebeleid en de methoden waarmee de statistieken gemaakt worden, waaronder de categorisering die het CBS hanteert, vallen onder de eigen verantwoordelijkheid van de DG CBS. Directe politieke invloed op de onderzoeksmethoden en de wijze van publicatie van de resultaten van statistieken zou de geloofwaardigheid, objectiviteit en de betrouwbaarheid van de onderzoeken ter discussie kunnen stellen. Dit vind ik niet wenselijk en daarom ben ik ook niet van plan mij te roeren in de categorisering die het CBS hanteert.
Bent u bereid per direct een einde te maken aan deze struisvogelpolitiek en het CBS tot de orde te roepen? Zo nee, waarom werkt u mee aan deze schaamteloze doofpot?
Zie antwoord vraag 6.
Het bericht dat er een Syrische terreurverdachte is opgepakt in een AZC in Friesland |
|
Geert Wilders (PVV), Gidi Markuszower (PVV) |
|
Ankie Broekers-Knol (staatssecretaris justitie en veiligheid) (VVD) |
|
Bent u op de hoogte dat een ISIS-terrorist is opgepakt in een asielzoekerscentrum (AZC) in Friesland, waar hij sinds 2019 in de watten werd gelegd?1 Zo nee, waarom niet?
Ik ben op de hoogte van het dossier.
Hoe is het in godsnaam mogelijk dat deze ISIS-terrorist naar Nederland kon komen en dat u hem gewoon vrij in Nederland liet rondlopen?
Zoals u weet doe ik over individuele zaken geen mededelingen. Dat geldt eens te meer voor zaken waarin een strafrechtelijk onderzoek loopt. Het OM, politie, Koninklijke Marechaussee, de inlichtingen- en veiligheidsdiensten en andere betrokken organisaties, zoals de IND, zijn alert op personen die mogelijk een dreiging voor de nationale veiligheid vormen. Bij het nemen van maatregelen worden strafrechtelijke, vreemdelingrechtelijke en veiligheidsaspecten betrokkenen. Ik verwijs hier ook naar de brief van 12 juni 2018 aan de Tweede Kamer, waarin is ingegaan op de maatregelen in de keten om alert te zijn op signalen die de nationale veiligheid kunnen raken.2 Ik hecht eraan te benadrukken dat wanneer een arrestatie op een bepaald moment plaatsvindt, dit niet betekent dat een zaak niet al langer in beeld was en daar passende aandacht voor was.
Ik begrijp de gevoelens van verontwaardiging en onveiligheid. Dat geldt in eerste plaats ook voor de bewoners van het AZC in Friesland. Het weren en bestraffen van plegers van internationale- en oorlogsmisdrijven die zich in Nederland bevinden heeft een continue hoge prioriteit in zowel de strafrecht- als de asielketen. Nederland mag geen vluchthaven zijn voor personen die zich schuldig hebben gemaakt aan deze ernstige misdrijven. Het 1F-beleid heeft daarom tot doel deze personen rechtmatig verblijf in Nederland te onthouden. Zie in dit kader ook de Rapportagebrief Internationale Misdrijven, die jaarlijks aan de Tweede Kamer wordt gezonden.
Deelt u de mening dat dit een enorm gevaar heeft opgeleverd voor de veiligheid van Nederland en neemt u de verantwoordelijkheid hiervoor? Zo nee, waarom niet?
Zoals aangegeven ga ik niet in op individuele gevallen. In zijn algemeenheid kan ik zeggen dat alle betrokken organisaties tijdens het asielproces alert zijn op signalen die de nationale veiligheid kunnen raken. Tijdens de identificatie en registratie zijn de politie en de Koninklijke Marechaussee waakzaam op mogelijke signalen. Zo nodig geven zij deze door aan de inlichtingen- en veiligheidsdiensten of ze grijpen zelf in. Vervolgens doet de IND een screening op basis van de informatie uit het identificatie- en registratieproces, het aanmeldformulier, het aanmeldgehoor en eventuele informatie van derden. Ook kan informatie afkomstig van sociale media worden betrokken. Signalen over betrokkenheid bij internationale misdrijven kunnen ook later in het asielproces worden opgevangen; ook dan worden deze doorgegeven aan de inlichtingen- en veiligheidsdiensten. Hiertoe bestaat een meldstructuur.
Kunt u met absolute zekerheid zeggen dat er niet nog meer terroristen via de migratiestromen naar Nederland zijn gekomen? Zo nee, bent u dan bereid alle Syrische asielzoekers preventief vast of uit te zetten en de grenzen per direct te sluiten voor nog meer buitenlandse indringers? Zo nee, waarom speelt u met de levens van Nederlanders?
Hoewel de instanties in Nederland alert zijn op dit risico en asielzoekers en nareizende gezinsleden door betrokken organisaties worden gescreend, kan niet worden uitgesloten dat misdadigers de Nederlandse asielprocedure misbruiken. Ook is het mogelijk dat personen radicaliseren tijdens de asielprocedure, of na toekenning van een asielvergunning radicaliseren. Alles wordt in het werk gesteld om radicalisering tijdig te onderkennen en tegen te gaan. De lokale, persoonsgerichte aanpak wordt ingezet wanneer er sprake is van radicalisering of extremistische uitingen door individuen, met als doel de dreiging die van een persoon uitgaat te onderkennen en daarop te interveniëren. Over de aan- of afwezigheid van andere lopende onderzoeken doe ik geen uitspraken.
Het preventief en zonder individuele toets vastzetten van asielzoekers acht ik zeer onwenselijk en heeft bovendien geen wettelijke en verdragsrechtelijke basis. De overgrote meerderheid van de mensen uit Syrië die bescherming van Nederland vraagt, hebben met terrorisme niets van doen.
Ik ken de oproep om Schengen op te zeggen en «de grenzen te sluiten». Ik ben voorstander van een versterkt Schengen. Het vrije verkeer van personen is een groot goed in Europa, en de inzet is dat te behouden. Schengen is meer dan open binnengrenzen. Het gaat ook over gezamenlijke buitengrensbewaking, toegangsweigering van mensen, vooral mensen die een gevaar vormen voor de nationale veiligheid, het verbeteren van informatie-uitwisseling, de versterking van Frontex en het implementeren van nieuwe systemen zoals het Schengen Informatiesysteem (SIS), het Entry Exit System (EES) en het European Travel and Information and Authorization System (ETIAS). Dit vereist dat Europese lidstaten samenwerken om irreguliere migratie tegen te gaan. Daarvoor is de versterking en beveiliging van de Europese buitengrenzen essentieel. Dat vergt juist een gezamenlijke, Europese aanpak. De Nederlandse inzet is dan ook gericht op de versterking van de buitengrenzen en een effectiever Europees asiel en migratie managementsysteem. De screening- en grensprocedure zoals voorgesteld door de Europese Commissie op 23 september 2020 zien bijvoorbeeld op een extra veiligheidscheck bij binnenkomst; dit is een juiste stap voorwaarts.
Het bericht ‘Lagere straffen slijterij-moord’ |
|
Gidi Markuszower (PVV) |
|
Sander Dekker (minister zonder portefeuille justitie en veiligheid) (VVD) |
|
Bent u bekend met het vonnis van het gerechtshof in deze zaak waarin staat dat niet hogere maar juist lagere straffen beter bij een moord passen?1
Ik ben bekend met de arresten van het gerechtshof Den Haag van 30 maart 2021 (ECLI:NL:GHDHA:2021:567 en ECLI:NL:GHDHA:2021:568). De verdachten in deze strafzaken zijn overigens vrijgesproken van moord en (onder andere) veroordeeld voor het medeplegen van doodslag.
Bent u bekend met het vonnis van het gerechtshof in deze zaak waarin staat dat er lagere straffen zijn opgelegd omdat het OM en/of rechters hebben zitten slapen en daardoor de zogenaamde redelijke termijn hebben overschreden?
Ik ben bekend met de overwegingen van het gerechtshof in bovengenoemde arresten. Het gerechtshof overweegt dat de arresten in deze strafzaken niet binnen 16 maanden na het instellen van het hoger beroep zijn gewezen en dat dit een overschrijding van de redelijke termijn oplevert, zoals bedoeld in artikel 6, eerste lid, van het Europese Verdrag tot Bescherming van de Rechten van de Mens en de Fundamentele Vrijheden (EVRM). Overschrijding van de redelijke termijn in de fase van hoger beroep wordt in beginsel gecompenseerd door vermindering van de straf die zou zijn opgelegd indien de redelijke termijn niet zou zijn overschreden. Naast strafvermindering kan een overschrijding van de redelijke termijn ook enkel de constatering daarvan inhouden.
De Hoge Raad heeft per arrest van 17 juni 2008 (ECLI:NL:HR:2008:BD2578) uiteengezet welke strafkorting door rechters kan worden toegepast indien de redelijke termijn is overschreden. Bij een overschrijding van de redelijke termijn met minder dan zes maanden wordt de op te leggen straf verminderd met vijf procent. Bij een overschrijding tussen de zes en twaalf maanden wordt de op te leggen straf verminderd met tien procent. Bij deze overschrijdingen bedraagt de vermindering in het geval van een gevangenisstraf nooit meer dan zes maanden in totaal (zie rechtsoverweging 3.6.2). Bovendien wordt geen strafvermindering toegepast bij straffen die lager zijn dan bepaalde in het arrest genoemde drempels.
Het gerechtshof overweegt dat de geconstateerde overschrijding in deze twee specifieke strafzaken ook daadwerkelijk matiging van de op te leggen straf tot gevolg moet hebben. Het hof heeft de uiteindelijk op te leggen gevangenisstraffen gematigd met vier en zes maanden.
Wat was de reden van overschrijding van de redelijke termijn in deze moordzaak?
Uit de arresten van het gerechtshof kan worden opgemaakt dat er geen bijzondere omstandigheden waren voor het niet tijdig behandelen van deze strafzaken in hoger beroep. In zijn algemeenheid wijst de Rechtspraak op de achterstanden van strafzaken die bij de gerechten bestaan en dat de periode waarin de overschrijding van de redelijke termijn in de onderhavige strafzaken heeft plaatsgevonden, samenviel met de destijds geldende beperkende coronamaatregelen. Die coronamaatregelen hadden grote gevolgen voor de agendering door de gerechten. De Rechtspraak loopt op dit moment de ontstane achterstanden in. Uw Kamer is ingelicht over de manier waarop die achterstanden in de strafrechtketen worden aangepakt.2 Zo worden bepaalde strafzaken enkelvoudig in plaats van meervoudig afgedaan en worden gepensioneerde rechters ingezet om strafzittingen te doen. Door deze maatregelen wordt de kans verkleind dat strafzaken te laat op zitting worden gepland en behandeld en wordt de kans op overschrijding van de redelijke termijn dus ook verkleind.
Kunt u aangeven wat volgens zowel het OM als de Rechtspraak passende straffen zijn voor moord, het schieten met een vuurwapen en het medeplegen aan doodslag?
De officier van justitie en de rechters komen tot hun strafeis respectievelijk rechterlijk oordeel omtrent de in de betreffende strafzaak passende straftoemeting na een waardering van alle relevante omstandigheden, zoals de ernst van het strafbare feit, de omstandigheden waaronder het strafbare feit is gepleegd en op grond van de persoon van de verdachte. Voor het plegen van een moord is in de jaren 2012–2018 gemiddeld 14,4 jaren gevangenisstraf opgelegd, voor doodslag gemiddeld 9,3 jaren.3
In hoeveel zaken is er vanaf 2010 tot op heden sprake geweest van strafvermindering voor de daders als gevolg van de overschrijding van de redelijke termijn, uitgesplitst per delict? In hoeveel zaken ging het om ernstige gewelds- of zedendelicten? Bent u bereid vanaf nu elk kwartaal dit overzicht met de Kamer te delen? Zo nee, waarom niet?
De Rechtspraak en het Openbaar Ministerie houden geen registratie bij van overschrijdingen van de redelijke termijn en de gevolgen die daaraan in een specifieke strafzaak zijn verbonden. Precieze gegevens over het aantal strafzaken waarin een overschrijding van de redelijke termijn is vastgesteld kunnen pas na zeer tijdrovend onderzoek worden verkregen, nadat alle strafzaken bij alle gerechten afzonderlijk zijn geanalyseerd.
Het delen van een kwartaaloverzicht met uw Kamer acht ik daarom niet opportuun. Ik heb overigens geen reden te veronderstellen dat strafvermindering wegens overschrijding van de redelijke termijn geregeld aan de orde is. De kosten van het opzetten en bijhouden van een registratie daarvan wegen dan ook niet op tegen de baten daarvan.
In hoeveel procent van het totale aantal strafzaken wordt er strafkorting opgelegd als gevolg van overschrijding van de redelijke termijn?
Zie het antwoord op vraag 5.
Bent u ook van mening dat het een klap in het gezicht is van de slachtoffers en nabestaanden als moordenaars «beloond» worden met een lagere straf omdat het OM en de rechters lui zijn en liggen te slapen? Zo nee, waarom niet?
Ik begrijp goed dat het voor slachtoffers en nabestaanden wrang is als
in een strafzaak een overschrijding van de redelijke termijn wordt geconstateerd en verdachten als gevolg daarvan strafvermindering krijgen. Het Openbaar Ministerie en de Rechtspraak leveren onverminderd grote inspanningen om met de bestaande capaciteit en ondanks de beperkende coronamaatregelen de behandeling van strafzaken zo vlot mogelijk te laten plaatsvinden en te voorkomen dat de redelijke termijn wordt overschreden.
Bent u bereid een einde te maken aan het belonen van moordenaars, verkrachters en andere gevaarlijke criminelen wegens traagheid bij het OM en de Rechtspraak? Zo nee, waarom niet?
In die gevallen waarin een overschrijding van de redelijke termijn desondanks niet vermeden kan worden, vloeit uit het EVRM voort dat de op te leggen straf kan worden gematigd. In het antwoord op vraag 2 heb ik uiteengezet welke kaders de Hoge Raad daarvoor hanteert.
Het bericht dat 11.000 vergunninghouders in de tweede helft van dit jaar een woning moeten krijgen |
|
Alexander Kops (PVV), Gidi Markuszower (PVV) |
|
Ankie Broekers-Knol (staatssecretaris justitie en veiligheid) (VVD), Kajsa Ollongren (viceminister-president , minister binnenlandse zaken en koninkrijksrelaties) (D66) |
|
Bent u ervan op de hoogte dat Nederland een woningtekort heeft van zo’n 300.000 woningen en het daardoor voor de gewone Nederlander haast onmogelijk is een geschikte woning te vinden?1
Ja. Ik vind het belangrijk dat iedereen die in Nederland verblijft een geschikte woning kan vinden. Op dit moment staat de woningmarkt onder druk. Daarom heb ik verschillende maatregelen genomen om het woningtekort te verkleinen, waaronder het (wederom) beschikbaar stellen van 50 miljoen euro voor 2021 als stimulans voor de bouw van (flexibele) huisvesting voor kwetsbare groepen, waaronder vergunninghouders.
Hoe haalt u het in uw hoofd om 11.000 gelukszoekers binnen een half jaar een woning te geven terwijl Nederlanders vaak jaren moet wachten op geschikte woonruimte?2
Het kabinet kiest ervoor, en is daar ingevolge internationale en Europese wet- en regelgeving ook toe gehouden, om asielbescherming te bieden aan hen die daar recht op hebben. De verwachting is dat in de komende maanden (april t/m september 2021) 11.000 asielzoekers voor een asielvergunning in aanmerking komen.
De Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid stelt halfjaarlijks de taakstelling vast voor de huisvesting van vergunninghouders door gemeenten, aan de hand van het verwachte aantal verblijfsvergunningen dat door de IND wordt verstrekt. De gemeente is verantwoordelijk voor het huisvesten van vergunninghouders conform de halfjaarlijkse taakstelling. Veelal wordt op basis van prestatieafspraken met woningcorporaties gezocht naar een woning passend bij de gezinssituatie. Dit is echter niet verplicht. Gemeenten kunnen ook op andere manieren in huisvesting voorzien voor deze vergunninghouders.
Meer dan de wijze waarop de woningen worden verdeeld, is vooral het beschikbare woningaanbod van doorslaggevend belang voor de wachttijd voor sociale huurwoningen. Het aanjagen van de woningbouwproductie in gespannen regio’s en het beter benutten van de bestaande voorraad, is dan ook van groot belang om de kansen van alle woningzoekenden te vergroten.
Bent u het eens dat deze voorkeursbehandeling van gelukszoekers een klap in het gezicht is van al die Nederlanders die geen woning kunnen krijgen? Zo nee, waarom niet?
Nee. Er wordt in Nederland geen onderscheid gemaakt op basis van nationaliteit. Iedereen in Nederland wordt in gelijke gevallen gelijk behandeld, een uitgangspunt dat in de Grondwet is verankerd. Van voorkeursbehandeling van vergunninghouders en/of discriminatie van andere groepen woningzoekenden is geen sprake. Zoals gezegd is alle inzet erop gericht om de kansen van woningzoekenden te vergroten.
Specifiek ten aanzien van vergunninghouders geldt dat tijdige huisvesting niet alleen in het belang van deze vergunninghouders is, maar ook van de Nederlandse samenleving: snelle huisvesting laat vergunninghouders sneller participeren in en bijdragen aan de Nederlandse samenleving. Bovendien worden door een snelle doorstroom naar huisvesting de maatschappelijke impact en financiële kosten die gepaard gaan met de opvang van asielzoekers beperkt.
Deelt u de mening dat het op stel en sprong regelen van woningen voor deze gelukszoekers pure discriminatie is van de gewone Nederlander? Zo nee, waarom niet?
Zie antwoord vraag 3.
Bent u bereid deze 11.000 gelukszoekers geen woning toe te wijzen, maar een enkeltje thuisland zodat deze woningen vrij blijven voor Nederlandse woningzoekers en de grenzen te sluiten voor nieuwe gelukszoekers? Zo nee, waarom niet?
Het kabinet kiest ervoor, en is daar ingevolge internationale en Europese wet- en regelgeving ook toe gehouden, om asielbescherming te bieden aan hen die daar recht op hebben. Terugkeer is voor hen niet aan de orde. Zoals u bekend vindt het kabinet dat het categorisch sluiten van de Nederlandse grenzen geen realistische, laat staan een structureel wenselijke oplossing is voor het complexe migratievraagstuk.
Het bericht ‘Asielzoekers (14, 15 en 16) aangehouden na gewelddadige inbraak Oisterwijk.’ |
|
Emiel van Dijk (PVV), Gidi Markuszower (PVV) |
|
Ankie Broekers-Knol (staatssecretaris justitie en veiligheid) (VVD), Sander Dekker (minister zonder portefeuille justitie en veiligheid) (VVD) |
|
Kent u dit bericht?1
Ja.
Deelt u de mening dat u eens zou moeten opkomen voor de slachtoffers van dit soort gruwelijke misdrijven en per direct moet regelen dat op veertien-, vijftien en zestienjarigen die zeer ernstige misdrijven plegen altijd het volwassenstrafrecht toegepast zou moeten worden? Zo nee, waarom niet?
Met de bestaande sancties in het jeugdstrafrecht en de mogelijkheid in voorkomende gevallen het gewone strafrecht voor volwassenen toe te passen, is het stelsel in beginsel voldoende toegerust om passend te reageren op delicten. Daarbinnen bestaan afdoende mogelijkheden om de belangen van slachtoffers mee te wegen en geleden schade te vergoeden. Om te onderzoeken of de strafmaxima voor 16 en 17-jarigen in het jeugdstrafrecht voldoende ruimte bieden voor vergelding van zeer ernstige delicten, wordt een conferentie georganiseerd met wetenschappers, deskundigen uit de jeugdstrafrechts-praktijk en vertegenwoordigers van slachtoffers en nabestaanden.2
Kunt u precies aangeven hoeveel minderjarige asielzoekers in 2015, 2016, 2017, 2018, 2019, 2020 en tot nu toe in 2021 verdachten waren van een misdrijf, uitgesplist per delict en land van herkomst? Zo nee, waarom niet?
Sinds vorig jaar is het Incidentenoverzicht uitgebreid met onder andere informatie over de nationaliteit en de alleenstaande minderjarige vreemdeling (amv)-status van vreemdelingen. Voor de aantallen amv’s die in de jaren 2018 en 2019 zijn verdacht van een misdrijf verwijs ik u graag door naar het Incidentenoverzicht 2019.3
Er is geen data beschikbaar over amv’s die verdacht waren van een misdrijf in de jaren 2015, 2016 en 2017. Om deze gegevens te verzamelen is onderzoek op detailniveau nodig in samenwerking met het COA, de IND, de DT&V, de politie, het Openbaar Ministerie en de Raad voor de Rechtspraak. De cijfers voor het jaar 2020 zullen worden meegenomen in de Staat van Migratie, waarvan ik voornemens ben dit in mei met uw Kamer te delen.4 Volgend jaar zal het onderzoek naar incidentencijfers uitgevoerd worden door het WODC.
Bent u ook van mening dat deze drie criminele asielzoekers helemaal niets in Nederland te zoeken hebben? Zo nee, waarom niet?
Ik ben van mening dat het plegen van ernstige strafbare feiten niet zonder consequenties moet blijven. Het plegen van strafbare feiten kan een reden zijn om een aanvraag af te wijzen, of een vergunning in te trekken. Uw Kamer is hierover uitgebreid geïnformeerd bij onder meer de brieven van 25 november 20155, 25 mei 20166 en 1 juli 20207. Ik merk hierbij op dat als familieleden een zelfstandig verblijfsrecht hebben, dit verblijfsrecht niet kan worden ingetrokken vanwege de veroordeling van hun familielid. Als het zo is dat het gepleegde feit voldoende is om verder verblijf te weigeren, zal inderdaad worden ingezet op terugkeer. In die gevallen waarin een gevangenisstraf wordt opgelegd en er geen sprake (meer) is van rechtmatig verblijf, zal al gedurende de gevangenisstraf worden ingezet op terugkeer, zodat de vreemdelingen zo veel mogelijk direct na het einde van de straf kunnen worden uitgezet. Natuurlijk kan ik vanwege de wet bescherming persoonsgegevens niet in gaan op de individuele dossiers.
Bent u bereid deze criminelen inclusief hun familieleden, nadat zij veroordeeld zijn, per direct het land uit te sturen naar het land van herkomst? Zo nee, waarom niet?
Zie antwoord vraag 4.
Is de maat nu eindelijk vol voor u en bent u bereid de grenzen per direct te sluiten voor asielzoekers en immigranten uit islamitische landen en alle asielzoekerescentra te sluiten? Zo nee, waarom niet?
Iedereen heeft recht op een eerlijke asielprocedure. Tijdens de asielprocedure hebben asielzoekers recht op opvang en onderdak. Vanzelfsprekend is elke vorm van overlast en criminaliteit volstrekt onacceptabel en zet ik samen met onder meer partijen uit de migratieketen, de politie, het Openbaar Ministerie en gemeenten in op een harde aanpak. Zoals eerder aangegeven is het kabinet van mening dat het categorisch sluiten van de Nederlandse grenzen geen realistische, laat staan een structureel wenselijke oplossing is voor het complexe migratievraagstuk.8
De poging van het Koninklijk Huis om een strafzaak te beïnvloeden |
|
Michiel van Nispen , Joël Voordewind (CU), Gidi Markuszower (PVV), Attje Kuiken (PvdA), Bram van Ojik (GL), Sjoerd Sjoerdsma (D66) |
|
Ferdinand Grapperhaus (minister justitie en veiligheid) (CDA), Mark Rutte (minister-president , minister algemene zaken) (VVD) |
|
Bent u bekend met het artikel «Mogelijk beïnvloeding door kringen rond Koninklijk Huis in zaak-Poch, maar geen bewijs»?1 2 3
Ja.
Kunt u verklaren waarom kringen rondom het Koninklijk Huis op de hoogte waren van de zaak-Poch, een zaak die op dat moment nog slechts bij een gering aantal personen binnen het openbaar ministerie en de Nationale Recherche bekend was? Zo nee, waarom niet?
Zoals blijkt uit het rapport van de Commissie Dossier J.A. Poch (hierna: de Commissie)4 heeft de Commissie onderzoek gedaan naar dit voorval, maar geen bevestiging ervan kunnen krijgen.
Kunt u uitsluiten dat deze zaak destijds gelekt is? Zo nee, waarom niet?
Zoals ik in het antwoord op vraag 2 heb aangegeven, heeft de Commissie onderzoek gedaan naar dit voorval, maar hiervan geen bevestiging kunnen krijgen.
Deelt u de mening dat (elke poging tot) inmenging in een strafrechtelijk onderzoek ontoelaatbaar is? Zo nee, waarom niet?
Elke poging tot onrechtmatige inmenging in een strafrechtelijk onderzoek is ontoelaatbaar.
Deelt u de mening dat het zeer onwenselijk zou zijn als kringen rondom het Koninklijk Huis zich zouden hebben gemengd in een lopende strafzaak en dat de mate waarin een zaak «gevoelig» ligt bij het Koninklijk Huis geen maatstaf kan zijn voor het wel of niet doorzetten van een rechtszaak? Zo nee, waarom niet?
Zoals blijkt uit het rapport van de Commissie, heeft de Commissie dit voorval onderzocht en hiervan geen bevestiging kunnen krijgen.
Deelt u de mening dat het telefoontje naar de vicepresident van Eurojust, eind voorjaar/begin zomer 2007, van de «cabinet of your majesty» kan worden gezien als een poging om een lopende strafzaak te beïnvloeden? Zo nee, waarom niet?
Zie antwoord vraag 5.
Deelt u de mening dat het onwenselijk is om de schijn te laten bestaan dat een dergelijke poging tot beïnvloeding zou zijn ondernomen vanuit het Koninklijk Huis? Zo nee, waarom niet?
Zie antwoord vraag 5.
Welke maatregelen worden normaliter genomen indien gelekt wordt uit een strafrechtelijk onderzoek?
Naast strafrechtelijk onderzoek, en eventueel strafrechtelijke vervolging door het Openbaar Ministerie, kan degene die zijn ambtsgeheim heeft geschonden ook nog disciplinair worden gestraft.
De vraag of een strafrechtelijk onderzoek wordt ingesteld hangt af van de concrete omstandigheden van het geval. Zo dient het feit niet verjaard te zijn en moet er voldoende opsporingsindicatie zijn om een onderzoek uit te kunnen voeren. Bij lekonderzoeken speelt in die afweging niet alleen tijdsverloop een rol, maar ook het aantal personen dat met een geheim bekend is geweest. Naarmate dat aantal groter is, is de kans op succesvolle vervolging wegens artikel 272 Sr (schending ambtsgeheim) geringer.
Welke maatregelen worden normaliter genomen indien pogingen worden ondernomen een strafrechtelijk onderzoek te beïnvloeden?
Zie antwoord vraag 8.
Herinnert u zich dat het kabinet de Rijksrecherche heeft ingeschakeld om het lekken van het advies van het Outbreak Management Team te onderzoeken? Bent u bereid het mogelijke lek uit het Poch-onderzoek en de mogelijke poging tot beïnvloeding te laten onderzoeken door de Rijksrecherche om zo te kunnen uitsluiten dat het Koninklijkhuis inderdaad betrokken was? Zo nee, waarom niet? Welk ander nader onderzoek is nu nog mogelijk om de betrokkenheid van kringen rondom Koninklijk Huis vast te stellen?
Inmiddels is vanuit het Bestuurlijk Afstemmingsoverleg (BAO) van het OMT aangifte gedaan. Of een aangifte uiteindelijk leidt tot een strafrechtelijk onderzoek dat bovendien zal worden uitgevoerd door de Rijksrecherche, is een beslissing die vervolgens eerst voorligt aan de Coördinatiecommissie Rijksrecherche (CCR). In de CCR zitten, onder voorzitterschap van een lid van het College van procureurs-generaal, onder meer de directeur van de Rijksrecherche en de coördinerend officier van justitie Rijksrecherche.
Zoals ik hiervoor heb aangegeven, heeft de Commissie het voorval waar in de vraag naar wordt verwezen, onderzocht en hiervan geen bevestiging kunnen krijgen.
Overigens dateert dit voorval volgens het rapport uit 2007, wat betekent dat eventuele schending van het ambtsgeheim in 2013 is verjaard.
Nader onderzoek in aanvulling op dat van de Commissie ligt dan ook niet in de rede.
Herinnert u zich de antwoorden op Kamervragen d.d. 30 april 2020 waarin u stelt dat u de Argentijnse rechtshulpverzoeken in de zaak Julio Poch, alle correspondentie over deze rechtshulpverzoeken en alle reisverslagen van de Criminele Inlichtingeneenheid (CIE) inzake het dossier Poch, niet aan de Kamer kon doen toekomen zolang de Commissie-Machielse aan het werk was?4
Ik herinner mij mijn antwoorden op Kamervragen van 30 april 2020. Deze beantwoording zag op de verslaglegging van de dienstreizen van januari en mei 2008.
Herinnert u zich de motie-Van Nispen (Kamerstuk 31 753, nr. 203) die met grote meerderheid is aangenomen en die u, onder verwijzing naar artikel 68 van de Grondwet, verzoekt deze documenten (Argentijnse rechtshulpverzoeken in de zaak Julio Poch, alle correspondentie over deze rechtshulpverzoeken en alle reisverslagen van de CIE inzake het dossier Poch) naar de Kamer te sturen?
Ik herinner me de aangehaalde motie-Van Nispen. In deze motie is mij gevraagd het journaal van een politieliaison die in januari/februari 2008 voor de eerste dienstreis naar Argentinië is afgereisd en de ministeriële nota uit 2009 aan uw Kamer te verstrekken. De ministeriële nota heb ik bij brief van 29 september 2020 aan uw Kamer doen toekomen.6
Bent u bereid nu onverwijld en ongelakt alle hierboven genoemde documenten alsnog aan de Kamer te doen toekomen indachtig artikel 68 van de Grondwet?
Conform artikel 5 van het Instellingsbesluit van de Commissie, wordt de Commissie vier weken nadat het eindrapport is uitgebracht, opgeheven. Op grond van artikel 14, eerste lid, van het Instellingsbesluit wordt het archief van de Commissie bij opheffing van de Commissie overgebracht naar het archief van het Ministerie van Justitie en Veiligheid.7
Ingevolge artikel 14, tweede lid van het Instellingsbesluit vindt het beheer van het archief plaats met inachtneming van de door de Commissie in haar protocol aangegeven vertrouwelijkheid, waarover de Commissie met het Ministerie van Justitie en Veiligheid nadere afspraken maakt. Deze afspraken zullen voor opheffing van de Commissie worden gemaakt.
Aan de hand van het protocol en de gemaakte afspraken, kan ik bepalen welke stukken conform artikel 68 Grondwet aan de Kamer worden verstrekt. De genoemde rechtshulpverzoeken en de correspondentie hierover en het genoemde journaal zullen hier ook bij worden betrokken.
Waarom ontkende u na publicatie van het rapport van de Commissie Dossier J.A. Poch politieke bemoeienis, terwijl die wel degelijk kan worden vastgesteld?5
Uit artikel 129, eerste lid, van de Wet op de rechterlijke organisatie juncto artikel 11, eerste lid, van het Reglement van Orde College van procureurs-generaal volgt dat het Openbaar Ministerie ten opzichte van de Minister van Justitie en Veiligheid een inlichtingenverplichting heeft. Door de Minister van Justitie en Veiligheid te informeren over een gevoelige strafzaak wordt hij in staat gesteld zijn politieke verantwoordelijkheid te kunnen nemen voor de gedragingen van het OM.
Naast de politieke verantwoordelijkheid voor het OM omvat het ambt van de Minister van Justitie en Veiligheid de rol van Centrale Autoriteit inzake internationale rechtshulp. Bij brief van 19 december 2019 heb ik uw Kamer geïnformeerd over het vastgestelde Protocol samenwerking in Internationale rechtshulp.9 Zoals ook in deze brief uiteen is gezet, heeft de Minister van Justitie en Veiligheid in Nederland de rol van Centrale Autoriteit voor de ontvangst, beoordeling, en doorzending van justitiële rechtshulpverzoeken.
De Commissie heeft vastgesteld dat mijn ambtsvoorganger Hirsch Ballin geen ministeriële aanwijzing heeft verstrekt met betrekking tot de zaak Poch noch persoonlijke opdrachten die de uitvoering van het onderzoek raakten.
Kunt u deze vragen apart en voor 8 februari 2021 beantwoorden?
De vragen zijn zo snel als mogelijk beantwoord.
Het bericht ‘OM: Incident Akwasi heeft geen juridische gevolgen’ |
|
Gidi Markuszower (PVV) |
|
Ferdinand Grapperhaus (minister justitie en veiligheid) (CDA) |
|
Kent u het bericht «OM: Incident Akwasi heeft geen juridische gevolgen»?1
Ja.
Wat is volgens u de definitie van diefstal?
Ingevolge artikel 310 van het Wetboek van Strafrecht is sprake van diefstal wanneer enig goed dat geheel of ten dele aan een ander toebehoort wordt weggenomen, met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen.
Deelt u de mening dat Akwasi zich met het wederrechtelijk toeeigenen van laptops die niet van hem waren, zich schuldig heeft gemaakt aan diefstal en dat hij hiervoor vervolgd zou moeten worden, ongeacht of aangifte tegen hem is gedaan? Zo nee, waarom niet?
Het Openbaar Ministerie heeft mij laten weten dat de omroep heeft aangegeven niet te zullen meewerken aan enig onderzoek naar dit incident. Mede daardoor is het onwaarschijnlijk dat het Openbaar Ministerie kan vaststellen of in dit geval sprake is geweest van diefstal. Het Openbaar Ministerie heeft aangegeven gelet hierop geen nader onderzoek te verrichten naar dit incident.
Wat is volgens u de definitie van intimidatie en bedreiging?
Ingevolge artikel 285 van het Wetboek van Strafrecht ziet bedreiging op verschillende gedragingen. Intimidatie is er daar geen van. Mogelijk zou intimidatie kunnen worden ingelezen in artikel 284 van het Wetboek van Strafrecht (dwang).
Bent u ook van mening dat Akwasi met zijn uitingen tegen een journalist zich schuldig heeft gemaakt aan intimidatie en bedreiging en dat hij hiervoor vervolgd zou moeten worden, ongeacht of aangifte tegen hem is gedaan? Zo nee, waarom niet?
Het Openbaar Ministerie heeft mij laten weten dat de uitlatingen van betrokkene, niet van dien aard zijn dat deze een bedreiging in de zin van artikel 285 van het Wetboek van Strafrecht opleveren. Tevens heeft het Openbaar Ministerie aangegeven dat er onvoldoende bewijs is om betrokkene te vervolgen voor dwang als bedoeld in artikel 284 van het Wetboek van Strafrecht.
Mogelijk ten overvloede merk ik nog op dat nu beide artikelen en artikel 310 geen zogenaamde klachtdelicten zijn het niet ter zake doet of er aangifte is gedaan. Het Openbaar Ministerie kan wanneer zij dat opportuun acht zelfstandig optreden tegen diefstal, bedreiging en dwang.
Deelt u de mening dat het OM de opruier, dief en bedreiger Akwasi gewoon niet wil vervolgen en volstrekt corrupt en willekeurig handelt? Zo nee, waarom niet?
De beslissing van het Openbaar Ministerie om de heer Akwasi niet te vervolgen betreft een autonome beslissing. Als Minister van Justitie en Veiligheid dien ik terughoudendheid te betrachten in individuele zaken.
Kunt u uitleggen waarom het OM de recidiverde Akwasi niet vervolgt, maar een PVV-politicus, nota bene de oppositieleider van het parlement, die een onschuldige vraag stelt, wel? Zo nee, waarom niet?
Voor het antwoord op deze vraag verwijs ik naar de antwoorden op de vragen 3, 5 en 6. Zie ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2020–2021, nr. 1520.
Bent u bereid het OM aan te sporen een einde te maken aan het politiek gekleurde en corrupte vervolgingsbeleid? Zo nee, waarom niet?
Ik kan mij niet vinden in hetgeen in deze vraag wordt gesuggereerd. Ik zie hiertoe dan ook geen reden en verwijs voor het overige naar het antwoord op vraag 3, 5 en 6.
Het bericht ‘Tbs met dwangverpleging geëist tegen moordenaar van Rik van de Rakt (18)’ |
|
Gidi Markuszower (PVV) |
|
Sander Dekker (minister zonder portefeuille justitie en veiligheid) (VVD), Ferdinand Grapperhaus (minister justitie en veiligheid) (CDA) |
|
Kent u het bericht dat het OM tegen de de moordenaar van de 18-jarige Rik van de Rakt geen straf heeft geeist?1
Ja.
Wat vindt u van het feit dat het OM geen (cel)straf, maar alleen een behandeling eist tegen de Soedanese asielzoeker Ayoub Abdallah Y. die de 18-jarige Rik van de Rakt uit Oss, doodstak?
Het Openbaar Ministerie (hierna: OM) is onafhankelijk in het bepalen van de strafeis in strafzaken. Als Minister van Justitie en Veiligheid kan ik mij niet uitlaten over de strafeis in individuele zaken.
Beseft u dat deze eis van het OM, de organisatie waar u verantwoordelijk voor bent, een keiharde klap in het gezicht is van de nabestaanden, aangezien deze eis er op is gericht deze gevaarlijke asielzoeker te behandelen zodat hij binnenkort weer op vrije voeten komt? Zo nee, waarom niet?
De tbs-maatregel is gericht op het behandelen van de onderliggende stoornis en het voorkomen van recidive. De maatregel is er niet op gericht om mensen snel op vrije voeten te stellen, maar om iemand veilig te laten terugkeren naar de maatschappij wanneer dat verantwoord is. De suggestie die in de vraag gelezen kan worden dat tbs betekent dat iemand snel weer op vrije voeten is, deel ik dan ook niet.
Bent u het eens dat als de instanties niet hadden gefaald deze moord voorkomen had kunnen worden? Zo nee, waarom niet? Kunt u een feitenoverzicht sturen van alle instanties en personen die in deze zaak gefaald hebben? Zo nee, waarom niet?
De gemeente Bernheze heeft naar aanleiding van dit tragische incident een extern onderzoek ingesteld naar het huisvestingsproces van de betreffende vergunninghouder. Voor het onderzoeksrapport verwijs ik u naar de website van de gemeente Bernheze2. Uit het onderzoek van de gemeente blijkt onder meer dat de betrokken organisaties vanuit de opvang, gemeente en zorgsector bij het huisvestingsproces binnen de wettelijke kaders en mogelijkheden informatie over de betreffende statushouder hebben gedeeld. Dat neemt niet weg dat de betrokken partijen lessen willen trekken uit hetgeen is gebeurd en om die reden om tafel zijn gegaan om te bezien welke verbeteringen mogelijk zijn in de informatie-uitwisseling. Uw Kamer wordt op korte termijn geïnformeerd over de uitwerking van deze verbeterpunten.
Kunt u zich uw uitspraken van bijna twee jaar geleden herinneren naar aanleiding van de moord op Anne Faber, waarbij ook sprake was instanties en diensten die onder uw verantwoordelijkheid hadden zitten slapen en informatie over een gevaarlijke gek niet wilden delen vanwege zijn privacy: «Ik ben geschrokken van de rapporten. We schuiven de fouten niet onder het tapijt, maar we trekken er lessen uit. En dat betekent ook concrete acties, ook om de informatievoorziening te verbeteren. (...) U mag mij afrekenen op wat ik ga doen. Ik heb gezegd: het is een van de belangrijkste opdrachten van mijn ministerschap om de samenleving, om mensen te beschermen tegen figuren als Michael P.»?2
Ja.
Kunt u zich deze uitspraak herinneren naar aanleiding van de moord op Anne Faber: « (...) ik ga ervoor zorgen dat ook de organisaties waarvoor ik verantwoordelijk ben echt vol aan de bak gaan om de dingen die ik voorstel nu ook echt om te zetten in concrete maatregelen en concrete acties. Ik wil niet dat we nog een keer een herhaling van zetten krijgen, ik wil niet dat die fouten zich nog eens herhalen»?3
Ja.
Beseft u dat u niet heeft gedaan wat u heeft beloofd en dat onder uw verantwoordelijkheid het zoveelste onschuldige slachtoffer (na Anne Faber, Sarah Papenheim, Joost Wolters en Humeyra) bruut uit het leven is gerukt omdat uw instanties totaal hebben gefaald? Zo nee, waarom niet?
In het debat waar u in de twee voorgaande vragen aan refereert zijn verschillende maatregelen aangekondigd om de kwetsbaarheden in het stelsel van forensische zorg aan te pakken. Deze maatregelen hadden met name betrekking op (de samenwerking tussen) de penitentiair psychiatrische centra van het gevangeniswezen en forensische klinieken. Zoals vermeld in de voortgangsbrief forensische zorg van 3 december 2020 wordt de implementatie van deze maatregelen onafhankelijk getoetst.5 Uit de tussenrapportage, waarin een korte en krachtige check is gedaan, blijkt dat de meeste maatregelen feitelijk geïmplementeerd zijn. Enkelen worden in het eerste kwartaal van dit jaar dan wel in mei van dit jaar geïmplementeerd.
Ook naar aanleiding van andere zaken die u noemt zijn maatregelen getroffen. Zo is per 1 januari 2020 de Wet herziening tenuitvoerlegging strafrechtelijke beslissingen (USB) in werking getreden en wordt hard gewerkt aan inwerkingtreding van de Wet straffen en beschermen per 1 mei 2021.6 Hiermee verbeteren we de tenuitvoerlegging van straffen. Naar aanleiding van het rapport van de Inspectie Justitie en Veiligheid over de aanpak van de stalking door Bekir E. zijn ook maatregelen getroffen. Deze maatregelen zijn sinds eind vorig jaar vrijwel allemaal afgerond.7
Maatregelen maken het leed van slachtoffers en nabestaanden niet ongedaan. Ook bieden zij geen garanties, hierin kan geen enkele maatregel voorzien. Wel voorzien deze maatregelen in een manier om gezamenlijk beter zicht en grip te houden op personen die mogelijk een risico vormen voor onze veiligheid.
Bent u bereid alle falende personen, die hebben zitten slapen waardoor Ayoub Abdallah Y. Rik van de Rakt kon vermoorden te ontslaan? Zo nee, waarom niet?
Nee. Bewindspersonen zijn ministerieel verantwoordelijk op hun beleidsterrein. Uw Kamer kan de bewindspersonen aanspreken op het functioneren van de organisaties waar zij voor verantwoordelijk zijn.
Bent u ook van mening dat moordenaars helemaal niet terug moeten komen in de maatschappij, maar levenslang in de gevangenis zouden moeten zitten? Zo ja, wanneer gaat u eindelijk eens minimumstraffen invoeren zodat het OM niet meer dit soort schandalig behandelingen kan eisen maar alleen hoge celstraffen voor dit soort gevaarlijk illegaal tuig? Zo nee, waarom niet? Hoe zou u er over denken als het slachtoffer uw eigen kind zou zijn?
De overweging of een levenslange gevangenisstraf opgelegd moet worden is niet aan mij maar aan de strafrechter. Zoals bekend is dit kabinet geen voorstander van de invoering van minimumstraffen omdat daarmee een te grote inbreuk wordt gemaakt op de vrijheid van de onafhankelijke rechter in zijn oordeelsvorming over de strafoplegging. De strafrechter levert steeds per individueel geval maatwerk en legt een passende straf op. Naar mijn mening doet de strafrechter dat uiterst consciëntieus en professioneel. Ik zie geen aanleiding om de rechterlijke straftoemetingsvrijheid met behulp van minimumstraffen te beknotten.
Bent u bereid de moordende Soedanese asielzoeker Ayoub Abdallah Y., indien de rechter hem op 22 januari a.s. een celstraf oplegt, direct na zijn celstraf het land uit te knikkeren richting Soedan? Zo nee, waarom niet?
Zoals u bekend is, kan ik hier niet ingaan op individuele zaken. Ik verwijs voor de beantwoording van deze vraag naar het antwoord op vraag 7 van de Kamervragen van de leden Van Toorenburg (CDA) en Becker (VVD).8 De situatie is op dit punt niet gewijzigd.
Het bericht ‘Meer dan 160 enkelbanden uit de lucht door netwerkstoring’ |
|
Gidi Markuszower (PVV) |
|
Sander Dekker (minister zonder portefeuille justitie en veiligheid) (VVD) |
|
Kent u het bericht «Meer dan 160 enkelbanden uit de lucht door netwerkstoring»?1
Ja, ik ben bekend met het bericht.
Weten enkelbanddragers op het moment dat er een storing is dat zij uit beeld zijn? Zo ja, kunt u aangeven op welke manier zij dit kunnen merken en bent u bereid dit te veranderen omdat er op deze manier gevaarlijke situaties kunnen ontstaan? Zo nee, waarom niet?
Een verstoring is in beginsel niet merkbaar voor de drager van een enkelband omdat het apparaat geen signalen afgeeft van uitval van verbinding. Daarnaast wordt ook tijdens een verstoring de informatie over de locatie van een justitiabele in de enkelband opgeslagen. Deze informatie is na afloop van de verstoring beschikbaar voor de meldkamer.
Zaten tussen de 165 enkelbandragers die door de storing buiten beeld waren verdachten of daders van gewelds- of zedendelicten? Zo ja, kan precies worden aangegeven om hoeveel personen het gaat en van welk delict zij worden verdacht of voor welk delict zij zijn veroordeeld? Zo nee, waarom niet?
De enkelband is een technisch hulpmiddel om bij verdachten en veroordeelden aan wie vrijheden zijn toegestaan te controleren of zij zich aan een locatieverbod of -gebod houden. Een enkelband is niet gebonden aan het gepleegde strafbare feit. Het precies beantwoorden van deze vraag zou per enkelbanddrager dossieronderzoek vergen, waarbij meerdere organisaties betrokken zijn, om deze gegevens te achterhalen. Dit is zeer tijdsintensief en kostbaar.
Zijn tijdens de storing enkelbandjes gesaboteerd? Zo ja, hoeveel?
Gedurende de verstoring hebben er geen enkelbandsabotages of overtredingen van het locatieverbod of -gebod plaatsgevonden, hetgeen is bevestigd door de meldkamer. Op dit moment zijn er geen aanwijzingen dat tijdens de storing strafbare feiten zijn gepleegd.
Zijn tijdens de storing door enkelbanddragers strafbare feiten gepleegd? Zo ja, hoeveel en om welke delicten gaat het?
Zie antwoord vraag 4.
Welke maatregelen gaat u nemen om een einde te maken aan dit soort blunders?
De verstoring kwam tot stand door een verstoring bij een telecomprovider. Om dergelijke verstoringen in de toekomst zo veel mogelijk te voorkomen, zijn in de aanbesteding van de nieuwe enkelbanden ten aanzien van de telecommunicatie aanvullende eisen gesteld. Naar aanleiding daarvan zijn de nieuwe enkelbanden uitgerust met een dubbele simkaart die verbonden is met meerdere providers, waardoor de band bij een verstoring van een telecomprovider overschakelt naar aan andere provider. De ingebruikname van de nieuwe enkelband vindt geleidelijk en gecontroleerd plaats. Het streven is dat alle deelnemers in mei 2021 aan de nieuwe enkelband zijn aangesloten. Ik hecht eraan te melden dat het gebruik van (mobiele) technologieën een risico op storing kent. Belangrijk is om dan te weten hoe te handelen. DJI en zijn partners zijn hierop voorbereid.
Bent u het eens dat de enkelband, als vervanging van een deel van een gevangenisstraf, moet worden afgeschaft? Zo ja, bent u bereid dit te regelen? Zo nee, waarom niet?
De enkelband is geen vervanging van een deel van een gevangenisstraf of voorlopige hechtenis. De enkelband is een technisch hulpmiddel om verdachten en veroordeelden te controleren aan wie vrijheden worden toegestaan of waarvan de voorlopige hechtenis wordt geschorst onder de voorwaarde van een locatieverbod of -gebod.
Het bericht ‘Gevangenis Vught verdacht van financiering terrorisme’ |
|
Gidi Markuszower (PVV) |
|
Sander Dekker (minister zonder portefeuille justitie en veiligheid) (VVD) |
|
Kent u het bericht dat de gevangenis Vught verdacht wordt van het financieren van terrorisme? Zo nee, waarom niet?1
Ja.
Hoe is het mogelijk dat de gevangenis in Vught geld naar de veroordeelde terrorist Mohammed D. overmaakte? Bent u bereid de verantwoordelijke personen die zaten te slapen te ontslaan en te straffen? Zo nee, waarom niet?
Gedetineerden beschikken over een rekening courant bij de penitentiaire inrichting waarop zij tot beperkte hoogte middelen kunnen ontvangen. Het gaat om middelen overgemaakt door derden of om loon uit in detentie verrichte arbeid.
Het is aan het Openbaar Ministerie om onderzoek te doen naar mogelijke overtredingen van de Sanctieregeling Terrorisme.
Bent u bereid maatregelen te treffen tegen de gevangenis in Vught, zodat dit soort blunders nooit meer kunnen gebeuren? Zo nee, waarom niet?
Bij de inwerkingtreding van de Sanctieregeling Terrorisme is nagelaten om een ontheffing ten behoeve van DJI aan te vragen. In mei 2019 echter heeft de Minister van Financiën ten behoeve van DJI een ontheffing afgegeven. Deze ontheffing verleent toestemming om handelingen te verrichten die verboden zijn op grond van de bevriezingsmaatregel. In de beantwoording van vragen gesteld door de leden Van Laan-Geselschap en Van Wijngaarden van 12 juni 2019 heb ik uw Kamer hierover nader geïnformeerd.2
De ontheffing maakt mogelijk dat DJI aan personen op de nationale sanctielijst terrorisme loon mag betalen en gemaximeerde bedragen van slechts één aangewezen contactpersoon mag storten op de rekening courant van de gedetineerden ten behoeve van uitgaven voor primaire levensbehoeften. Deze contactpersoon moet hiervoor ook een ontheffing aanvragen. Tevens kan DJI namens de gedetineerde verschuldigd geld betalen aan derden, zoals een schadevergoeding aan slachtoffers.
Bent u bereid per direct een einde aan te maken aan het idiote feit dat gevangenen geld gestort kunnen krijgen en het feit dat terroristen in de gevangenis betaald worden voor klusjes in de gevangenis? Zo nee, waarom niet?
Nee. In de eerdergenoemde beantwoording van Kamervragen is aangegeven dat het om een aantal redenen wenselijk is dat er beperkte middelen beschikbaar zijn voor gedetineerden in detentie. DJI kan op deze manier, namens de betreffende gedetineerden, schadevergoedingen aan slachtoffers of andere boetes vanuit detentie voldoen. Gedetineerden kunnen met deze middelen aankopen doen uit de gevangeniswinkel. De beschikking over beperkte middelen draagt bovendien bij aan resocialisatie, re-integratie en zelfredzaamheid. Ten slotte is DJI verplicht loon uit te keren voor in de inrichting verrichte arbeid.
Bent u met de mening eens dat terroristen helemaal niet hagelslag in een gevangeniswinkel moeten kunnen kopen, maar permanent in volledige beperking zouden moeten zitten op water en brood? Zo nee, waarom niet?
Nee. Zie daarvoor het antwoord op de vorige vraag.
In eerdere antwoorden op vragen van uw Kamer heb ik aangegeven dat de veiligheid centraal staat in de Terroristenafdelingen, en de mogelijkheden geschetst om contacten van deze gedetineerden met anderen te beperken.3 Ik acht een structurele volledige beperking van gedetineerden met een terroristische achtergrond niet nodig.
Klopt het dat de slechts tot drie jaar cel veroordeelde terrorist Mohammed D. inmiddels weer vrij rondloopt? Zo ja, bent u bereid hem op te sporen en deze gevaarlijke terrorist per direct het land uit te knikkeren? Zo nee, waarom niet?
Ik ga niet in op individuele casuïstiek. In algemene zin kan het Nederlanderschap worden ingetrokken na een onherroepelijke veroordeling voor een terroristisch misdrijf en wanneer betrokkene naast de Nederlandse een of meer andere nationaliteiten heeft. In dat geval werkt de Dienst Terugkeer en Vertrek in een zo vroeg mogelijk stadium aan het vertrek van deze persoon. Bij personen die (nog) Nederlander zijn kan de overheid geen dwang toepassen het land te verlaten. Nadat het besluit tot intrekking kenbaar is gemaakt en betrokkene geen rechtmatig verblijf in Nederland meer heeft, kan het gedwongen dan wel zelfstandig vertrektraject worden ingezet.