Kamervraag 2024Z16318

De beantwoording van feitelijke vragen over de onthouding over het WHO-pandemieverdrag en de International Health Regulations

Ingediend 18 oktober 2024
Beantwoord 9 december 2024 (na 52 dagen)
Indiener Rikkers-Oosterkamp
Beantwoord door Fleur Agema (PVV)
Onderwerpen organisatie en beleid zorg en gezondheid
Bron vraag https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2024Z16318.html
Bron antwoord https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20242025-757.html
  • Vraag 1
    Kunt u bevestigen dat Nederland op geen enkele wijze is gebonden aan de vastgestelde wijzigingsvoorstellen die de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) heeft gepubliceerd?

    Ja. De wijzigingsvoorstellen worden pas bindend voor Nederland indien ze worden goedgekeurd door de Staten-Generaal. Tijdens een zogeheten «goedkeuringsprocedure» kan een voorstel worden aanvaard dan wel worden verworpen.
    Er is momenteel sprake van twee procedures inzake wijziging van de Internationale Gezondheidsregeling 2005 (IHR). Ten eerste betreft het wijzigingen die zijn vastgesteld op de 75e Wereldgezondheidsvergadering (WHA) in mei 2022. Ten tweede betreft het wijzigingen die zijn vastgesteld op de 77e WHA in juni 2024.
    In mei 2022 zijn tijdens de 75e WHA enkele wijzigingen vastgesteld op de artikelen 59, 61, 62 en 63 van de IHR, waarbij de termijn voor goedkeuring van toekomstige wijzigingen en de termijn voor inwerkingtreding daarvan zijn verkort.1 Deze wijzigingen zijn door het Koninkrijk der Nederlanden verworpen, hangende de nationale goedkeuringsprocedure. Uw Kamer heeft namelijk eerder, conform artikel 8 lid 2 van de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen (Rgbv), de wens kenbaar gemaakt deze wijzigingen aan de goedkeuring van de Staten-Generaal te onderwerpen. Vervolgens is de uitdrukkelijke goedkeuringsprocedure gestart. Op 10 april 2024 is een wetsvoorstel bij uw Kamer ingediend aangaande de wijzigingen en uw Kamer heeft hier schriftelijke vragen over gesteld. U ontvangt daarover binnenkort de beantwoording van de nota naar aanleiding van het verslag. Door de voornoemde verwerping is Nederland vooralsnog niet gebonden aan deze wijzigingen. Het is pas mogelijk om de wijzigingen te aanvaarden op het moment dat dit wetsvoorstel, en daarmee de wijzigingen van de IHR, goedgekeurd worden door de Staten-Generaal. In dat geval zal het Ministerie van Buitenlandse Zaken via een diplomatieke kennisgeving de Directeur-Generaal van de WHO hierover informeren en de verwerping intrekken.
    Tijdens de 77e WHA, die van 27 mei tot en met 1 juni 2024 gehouden is, is een aantal nieuwe wijzigingsvoorstellen vastgesteld door de staten die partij zijn bij de IHR. Op 19 september 2024 heeft de Directeur-Generaal van de WHO deze wijzigingen officieel genotificeerd. Omdat het Koninkrijk der Nederlanden de hierboven genoemde wijzigingen op de IHR uit 2022 heeft verworpen, gelden voor de nieuwe wijzigingen uit juni 2024 de oorspronkelijke termijnen van 18 en 24 maanden voor goedkeuring respectievelijk inwerkingtreding van nieuwe wijzigingen. Deze termijnen zijn voor de eerder dit jaar vastgestelde wijzigingen nog niet verstreken, waardoor deze nog niet in werking zijn getreden. Het Koninkrijk is aan die wijzigingen dan ook (nog) niet gebonden. De wijzigingen uit 2024 zullen aan de uitdrukkelijke goedkeuring van de Staten-Generaal worden onderworpen, zoals toegezegd door de voormalig Minister voor Medische Zorg in een Kamerbrief van 16 februari 2024.
    Dat betekent dat ook de wijzigingen van de IHR die in juni 2024 zijn vastgesteld via een voorstel van Rijkswet en de daarbij behorende procedure ter beoordeling worden voorgelegd aan de Staten-Generaal, die deze kunnen goedkeuren dan wel verwerpen. Ook hierbij geldt dat de wijzigingen pas aanvaard kunnen worden op het moment dat het wetsvoorstel, en daarmee de wijzigingen van de IHR, goedgekeurd worden door de Staten-Generaal. Indien de verwachting is dat deze uitdrukkelijke goedkeuringsprocedure niet binnen de termijn van 18 maanden na notificatie zal zijn afgerond, kunnen de wijzigingen, hangende de goedkeuringsprocedure, worden verworpen.

  • Vraag 2
    Kunt u duidelijkheid geven of er momenteel stappen worden ondernomen om de vastgestelde wijzigingsvoorstellen voor de parlementaire goedkeuringsprocedure voor te bereiden?

    Wat betreft de wijzigingen uit 2022 loopt op dit moment de parlementaire goedkeuringsprocedure. Uw Kamer ontvangt hierover binnenkort de nota naar aanleiding van verslag. Wellicht ten overvloede, uw Kamer kan deze wijzigingen goedkeuren dan wel verwerpen.
    De wijzigingen uit 2024 worden op dit moment vertaald ten behoeve van de publicatie in het Tractatenblad. Een Engelstalige versie van de tekst met de wijzigingen is inmiddels beschikbaar.2 Vervolgens zullen de wijzigingen in de vorm van een voorstel van rijkswet met bijbehorende Memorie van Toelichting worden aangeboden aan de Rijksministerraad met het verzoek dit ter advisering voor te leggen aan de Raad van State. In principe zal na advisering door de Raad van State het voorstel voor rijkswet samen met het advies en bijbehorende Memorie van Toelichting worden voorgelegd aan de Staten-Generaal.

  • Vraag 3
    Hoe duidt u het volgende antwoord over eerder aangenomen moties: «Op 19 september 2024 heeft de directeur-generaal van de WHO de vastgestelde wijzigingsvoorstellen genotificeerd aan de lidstaten. Na deze notificatie zal de uitdrukkelijke parlementaire goedkeuringsprocedure worden gevolgd. En zal hiertoe een wetsvoorstel worden ingediend bij de Staten-Generaal»?1, 2

    Op 21 mei 2024 is een plenair Kamerdebat gehouden over de voornoemde motie Keijzer. Tijdens dit debat nam de Kamer een nieuwe motie Keijzer aan, waarmee de voormalig Minister voor Medische Zorg verzocht werd om zich kenbaar te onthouden van het accorderen van wijzigingsvoorstellen tijdens de 77e WHA. In reactie daarop heeft de voormalig Minister tijdens het debat aangegeven dat zij bij de WHA77 die van 27 mei tot en met 1 juni 2024 zou plaatsvinden, indien er een positief onderhandelingsresultaat zou liggen, dit onderhandelingsresultaat voor kennisgeving aan zou nemen, ofwel haar oordeel zou onthouden.
    De WHA77 heeft op 1 juni 2024 in haar plenaire vergadering met consensus (dus zonder stemming) een aantal wijzigingen van de IHR vastgesteld. De delegatie van het Koninkrijk heeft hierbij uitgesproken dat ons land kennis had genomen van het onderhandelingsresultaat, maar dat het aan het volgende kabinet en aan het parlement is om zich een oordeel te vormen over goedkeuring van deze wijzigingen.
    Zoals hierboven uiteengezet, heeft de voormalig Minister voor Medische Zorg aan uw Kamer toegezegd dat de voorliggende wijzigingen zoals deze op 19 september door de Directeur-Generaal aan de lidstaten zijn genotificeerd, aan de uitdrukkelijke goedkeuring van de Staten-Generaal zullen worden onderworpen. Via deze procedure beslist uw Kamer dus over het aanvaarden of verwerpen van de wijzigingen.

  • Vraag 4
    Waarom heeft u het over een parlementaire goedkeuringsprocedure, aangezien er geen parlementaire goedkeuringsprocedure zou komen en Nederland zich met het kabinet tegen het onderhandelingsresultaat zou uitspreken?

    Zie antwoord vraag 3.

  • Vraag 5
    Kunt u toezeggen om in opvolging van de motie Keijzer c.s. actief tegen de vastgestelde wijzigingsvoorstellen te stemmen en deze niet te ondertekenen?3

    Zoals hierboven aangegeven, zijn de wijzigingen op de IHR door de 194 Staten die partij zijn bij de IHR tijdens de WHA77 vastgesteld. Het Koninkrijk der Nederlanden heeft tijdens de plenaire vergadering de wijzigingen voor kennisgeving aangenomen, conform de toezegging van de voormalig Minister voor Medische Zorg tijdens het Kamerdebat van 21 mei 2024. Ook conform toezegging is er uitgesproken dat het aan het volgende (thans: huidige) kabinet en aan het parlement is om zich een oordeel te vormen over de goedkeuring of verwerping van de wijzigingen. Na vaststelling van de wijzigingen door de WHA, zijn deze door de Directeur-Generaal van de WHO op 19 september 2024 genotificeerd, waarna deze staten hun nationale goedkeuringsprocedure kunnen starten. Wanneer staten niet binnen de daarvoor geldende termijn de wijzigingen verwerpen of een eventueel voorbehoud maken, dan gaan deze na de goedkeuringstermijn automatisch van kracht. De Staten-Generaal moeten dus de wijzigingen actief verwerpen indien een meerderheid dat wenst. Zoals hierboven is aangegeven, geldt voor ons land nog de oorspronkelijke goedkeuringstermijn van 18 maanden, die afloopt op 19 maart 2026.
    Wanneer Nederland gebonden wil zijn aan een verdrag of uitvoeringsverdrag dan zal conform artikel 91 Grondwet de procedure van de Rgbv moeten worden gevolgd. Dit geldt ook voor wijzigingen van een bestaand uitvoeringsverdrag als de IHR. In het geval van de hiervoor genoemde wijzigingen betekent dit dat voor de IHR geen goedkeuring conform artikel 7 onder b van de Rijkswet vereist is. Deze moeten wel worden voorgehangen en in het geval de Kamer het wenst alsnog voor uitdrukkelijke goedkeuring worden voorgelegd. De voormalig Minister voor Medische Zorg heeft toegezegd dat nieuwe wijzigingen van de IHR die op grond van de onderhandelingen die tijdens de WHA77 eerder dit jaar zijn afgesloten zouden worden vastgesteld, voor uitdrukkelijke goedkeuring zullen worden voorgelegd. De Staten-Generaal hebben dan de mogelijkheid om zich uit te spreken over de wijzigingen en deze dus te aanvaarden of te verwerpen. Het kabinet wil met dit proces transparantie bieden en recht doen aan het gevoelen van een meerderheid van de Tweede Kamer zoals uitgedragen tijdens het debat van 21 mei 2024. Wanneer de Staten-Generaal geen goedkeuring verlenen, dan zullen de bepalingen van de IHR zoals die voor de wijziging golden, voor het Koninkrijk van kracht blijven.
    U ontvangt nog voor het kerstreces een Kamerbrief met een nadere uiteenzetting van de procedure en een eerste duiding van de aangenomen wijzigingen. Deze wijzigingen en eventuele gevolgen voor het Koninkrijk zullen in de Memorie van Toelichting bij het voorstel van rijkswet uitgebreid worden toegelicht.

  • Vraag 6
    Indien u niet kunt toezeggen om in opvolging van de motie Keijzer c.s. tegen de vastgestelde wijzigingsvoorstellen te stemmen, kunt u dan toezeggen dat er nooit een wetgevingstraject in gang zal worden gezet om deze wijzigingen te implementeren?

    Zie antwoord vraag 5.

  • Vraag 7
    Hoe gaat u ervoor zorgen dat de Kamer tijdig en volledig geïnformeerd blijft over de voortgang van de onderhandelingen over het pandemie-instrument en de ontwikkelingen rond de vastgestelde wijzigingsvoorstellen van de International Health Regulations?

    Ten aanzien van de wijzigingen van de Internationale Gezondheidsregeling zoals deze op 1 juni 2024 door de WHA77 zijn vastgesteld, zal ik uw Kamer nog voor het kerstreces separaat per brief informeren over de te volgen goedkeuringsprocedure. Ik zal deze brief benutten om uw Kamer ook te informeren over de laatste stand van zaken rondom het pandemie-instrument.

  • Vraag 8
    Kunt u deze vragen voor het einde van de maand beantwoorden?

Kamervraag document nummer: kv-tk-2024Z16318
Volledige titel: De beantwoording van feitelijke vragen over de onthouding over het WHO-pandemieverdrag en de International Health Regulations
Kamerantwoord document nummer: ah-tk-20242025-757
Volledige titel: Antwoord op vragen van het lid Rikkers-Oosterkamp over de beantwoording van feitelijke vragen over de onthouding over het WHO-pandemieverdrag en de International Health Regulations