Kamervraag 2024Z15416

Het aanstaande werkbezoek aan Oeganda

Ingediend 9 oktober 2024
Beantwoord 5 november 2024 (na 27 dagen)
Indiener Daniëlle Hirsch (GL)
Beantwoord door Reinette Klever (PVV)
Onderwerpen bestuur organisatie en beleid
Bron vraag https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2024Z15416.html
Bron antwoord https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20242025-458.html
1. FIDH, 5 september 2024, Uganda: the authorities continue to crack down on human rights defenders opposing oil development projects (fidh.org))
  • Vraag 1
    Klopt het dat u binnenkort een bezoek zal brengen aan Oeganda?

    Dit bezoek heeft reeds plaatsgevonden. De data van het bezoek waren 14-16 oktober.

  • Vraag 2
    Kunt u delen met welke organisaties en instanties u tijdens uw bezoek zal spreken?

    Tijdens het bezoek vonden er bilaterale gesprekken plaats met Minister Odongo van Buitenlandse Zaken en met Minister Mao van Justitie. Tijdens dit bezoek is tevens gesproken met:
    Voorts vonden er gesprekken en een diner plaats met vertegenwoordigers van Nederlands bedrijfsleven en met Nederlandse ondernemers in Oeganda.

  • Vraag 3
    Bent u op de hoogte dat er op dit moment door Franse oliegigant Total en de Chinese CNOOC wordt gewerkt aan de aanleg van de controversiële Oost-Afrikaanse Oliepijplijn (East African Crude Oil Pipeline of EACOP)? Hoe beoordeelt u dit project, dat leidt tot 34 miljoen ton CO2-uitstoot per jaar; schade aan natuur; en tienduizenden mensen die van hun land worden verdreven?

    Ja, dit is bekend. Het kabinet heeft geen eigen appreciatie van dit project en de gevolgen hiervan. Het kabinet kan zich enkel in algemene zin uitspreken over het belang om dergelijke projecten te ontwikkelen en uit te voeren in lijn met de UN Guiding Principles on Business and Human Rights en de OESO-richtlijnen voor multinationale ondernemingen inzake maatschappelijk verantwoord ondernemen. Het kabinet stimuleert daarnaast partners wereldwijd om sociale- en milieugevolgen van infrastructuurinvesteringen systematisch in kaart te brengen en te adresseren aan de hand van milieu en sociale effectrapportage (m.e.r.). Zie ook de eerdere antwoorden op Kamervragen van de leden Akerboom en Van Raan (beiden PvdD) d.d. 21 april 2023, vergaderjaar 2022–2023, nummer 2350.

  • Vraag 4
    Deelt u de zorg dat het project – dat 200 rivieren doorkruist – een negatieve impact zal hebben op watervoorziening, visbronnen en levensonderhoud van miljoenen mensen? Hoe beoordeelt u het risico op toename van armoede en conflict in het gebied als gevolg hiervan, bijvoorbeeld door verergering van bestaande spanningen tussen Oegandese en Congolese vissers?

    Zie antwoord vraag 3.

  • Vraag 5
    Spreekt u tijdens uw bezoek ook met de mensenrechten- en milieuorganisaties in het land, waarvan meerdere in een strategisch partnerschap met de Nederlandse overheid, die zich verzetten tegen de bouw van de oliepijplijn? Waarom wel/niet? Zo nee, zou u willen overwegen een ontmoeting met deze organisaties aan uw agenda toe te voegen?

    Nederland ondersteunt verschillende milieuorganisaties en mensenrechtenverdedigers en is veelvuldig met ze in contact via de ambassade in Kampala en het ministerie in Den Haag. Voor dit bezoek is gekozen voor een focus op voedselzekerheid, het Nederlandse bedrijfsleven, opvang in de regio en de bilaterale relatie. Vanzelfsprekend is de mensenrechtensituatie besproken in het bilaterale gesprek met Minister Mao, de Oegandese Minister van Justitie. In dit gesprek is niet specifiek ingegaan op de oliepijplijn.

  • Vraag 6
    Bent u bekend met de recente berichten dat er in augustus 2024 alleen al 72 activisten door Oegandese autoriteiten zijn gearresteerd omdat zij zich uitspraken over de impact van het project op mens en milieu?1 Deelt u de mening dat, hoewel Nederland de nationale rechtsgang van landen moet respecteren, het zich wel moet uitspreken als deze niet plaatsvindt volgens internationale mensenrechtenstandaarden? Bent u van plan dit in Oeganda met de autoriteiten te bespreken?

    Ik heb kennis genomen van het betreffende artikel. In het gesprek met Minister Mao heb ik het belang van de rechtstaat voor de ontwikkeling van Oeganda besproken.

  • Vraag 7
    Bent u op de hoogte van de recente anti-homowetgeving in Oeganda?

    Ja.

  • Vraag 8
    Spreekt u tijdens uw bezoek met Oegandese LHBTI-organisaties, Oegandese parlementariërs die zich tegen deze wet hebben verzet, of anderen in Oeganda die zich inzetten voor gelijkheid en waardigheid voor LHBTI-personen? 9.Deelt u de mening dat het Nederland, als een voorvechter van de rechten van minderheden, past om dit op een constructieve manier aan te kaarten tijdens een bezoek aan het land? Bent u van plan dat te doen?

    In mijn bilaterale gesprek met Minister Mao van Justitie heb ik gesproken over mensenrechten en de anti-homoseksualiteit wetgeving. De samenwerking met Oeganda is breed en beslaat vele onderwerpen. Tijdens dit bezoek is met name aandacht geweest voor samenwerking op voedselzekerheid, private sector ontwikkeling en opvang in de regio.

  • Vraag 9
    Kunt u deze vragen afzonderlijk beantwoorden voor uw bezoek?

    Zie vraag 6. Ik heb dit tijdens het gesprek met Minister Mao – de Oegandese Minister van Justitie – opgebracht.


Kamervraag document nummer: kv-tk-2024Z15416
Volledige titel: Het aanstaande werkbezoek aan Oeganda
Kamerantwoord document nummer: ah-tk-20242025-458
Volledige titel: Antwoord op vragen van het lid Hirsch over het aanstaande werkbezoek aan Oeganda