Ingediend | 5 juli 2024 |
---|---|
Beantwoord | 15 augustus 2024 (na 41 dagen) |
Indiener | Joost Eerdmans (EénNL) |
Beantwoord door | van Weel |
Onderwerpen | bestuur openbare orde en veiligheid organisatie en beleid parlement |
Bron vraag | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2024Z11780.html |
Bron antwoord | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20232024-2280.html |
Ja.
Het is niet aan mij om dat te beoordelen. De lokale driehoek is verantwoordelijk voor de veiligheid rond demonstraties en acties waarbij de wet wordt overtreden.
De A12 is ongeveer 35 keer onrechtmatig bezet geweest. Gemiddeld zijn er per demonstratie bij een blokkade van de A12 vanuit de politieorganisatie 450 functionarissen ingezet. Hieronder vallen meerdere pelotons ME, Politie Netwerk Team (onderhoudt contact met demonstranten), motoragenten, verkeersregelaars, functionarissen meldkamer en functionarissen Staf GrootSchalig en Bijzonder Optreden (SGBO). In 2023 en 2024 zijn tot nu toe in totaal ruim 10.000 aanhoudingen verricht bij deze demonstraties.
Het is niet aan mij om zoiets te besluiten. Het eventueel aanhouden van mensen is aan de politie onder gezag van het Openbaar Ministerie.
In het algemeen geldt dat de politie bij de openbare-ordehandhaving bevoegd is tot tijdelijke inbeslagneming van goederen die de openbare orde verstoren.1
Specifiek voor wat betreft demonstraties geldt dat demonstranten zelf kunnen bepalen welke voorwerpen of objecten zij bij een demonstratie gebruiken. De burgemeester kan het dragen van voorwerpen wel beperken of verbieden op grond van de Wet openbare manifestaties als dit noodzakelijk is ter bescherming van de gezondheid, in het belang van het verkeer of om wanordelijkheden te voorkomen. Het handelen in strijd met een door de burgemeester opgelegde beperking of verbod levert een strafbaar feit op waarbij door de politie kan worden opgetreden. Het is aan het lokale gezag om toepassing te geven aan deze bevoegdheden in een concrete situatie. Dat geldt ook voor het in beslag nemen van voorwerpen.
Preventief fouilleren is mogelijk als door de raad of door de burgemeester een veiligheidsrisicogebied is aangewezen. Dit kan uitsluitend bij verstoring van de openbare orde door de aanwezigheid van wapens, dan wel bij ernstige vrees voor het ontstaan daarvan. In dat geval kan door de politie in opdracht van de officier van justitie gefouilleerd worden op het bezit van wapens of munitie. Onder wapens vallen tevens voorwerpen waarvan, gelet op hun aard of de omstandigheden waaronder zij worden aangetroffen, redelijkerwijs kan worden aangenomen dat zij bestemd zijn om letsel aan personen toe te brengen of te dreigen. Er kan dus niet preventief worden gefouilleerd op lijm.
Wat betreft aansprakelijkheid voor letsel geldt dat verwondingen die demonstranten hebben opgelopen als gevolg van hun eigen handelen voor hun eigen rekening komen. Ook de kosten voor eventuele schade die zij hebben geleden door hun eigen toedoen, zullen zij zelf moeten dragen. Indien een betrokken demonstrant van mening is dat (letsel)schade is ontstaan door toedoen van onrechtmatig handelen van de politie, kan hij of zij een schadeclaim indienen bij de politie. Het is in voorkomende gevallen aan een rechter om zich daarover uit te laten.
Zie antwoord vraag 6.
Ik kan als Minister geen uitspraken doen over of een oproep wel of niet als opruiing classificeert. Dit is aan het Openbaar Ministerie om te beoordelen.
Ja, in het ANBI-register op de website van de Belastingdienst zijn drie stichtingen vermeld met de naam Stichting vrienden van XR evenals de ingangsdata waarop de stichtingen als ANBI kwalificeren.
Zoals uiteengezet in de beantwoording van Kamervragen van 12 december 2023 over de ANBI-status van Extinction Rebellion,2 is het beoordelen van de ANBI-status aan de Belastingdienst. De Belastingdienst is gehouden aan de geheimhoudingsplicht van artikel 67 van de Algemene wet inzake rijksbelastingen (AWR) en kan daarom geen nadere informatie verstrekken over individuele instellingen.
In het algemeen kan worden gesteld dat om door de Belastingdienst als ANBI te kunnen worden aangemerkt een instelling onder andere het algemeen nut moet beogen en daarnaast uitsluitend of nagenoeg uitsluitend (ten minste 90%) het algemeen nut dienen. Het begrip «algemeen nut» is in de wet neutraal vormgegeven en wordt, zoals ook uit de jurisprudentie blijkt, neutraal getoetst. Dit is een belangrijke eigenschap van de ANBI-regelgeving, maar kan soms ongemakkelijk voelen als sprake is van gedrag van ANBI’s dat conflicteert met gangbare maatschappelijke waarden en opvattingen. Dit is echter inherent aan het neutrale karakter van de ANBI-regelgeving.
De grens van de vrijheid van ANBI’s om hun doelen na te streven ligt bij overtreding van de wet (of daar waar toepassing van de integriteitstoets binnen de ANBI-regeling in beeld komt) of daar waar een instelling door de rechter verboden wordt. Indien de instelling, een bestuurder, feitelijk leidinggevende of gezichtsbepalend persoon van de instelling zich in relatie tot de ANBI schuldig heeft gemaakt aan een in de ANBI-regeling genoemd misdrijf, kan de inspecteur – onder bepaalde voorwaarden – de ANBI-status niet verlenen of intrekken. Het gaat hierbij om misdrijven die een ernstige inbreuk op de rechtsorde opleveren. Verdenkingen, niet-vervolgbare activiteiten of handelingen die simpelweg niet aansluiten bij eenieders overtuiging van wat behoort tot het «algemeen nut» zijn geen redenen om een instelling de ANBI-status te ontnemen.
Zie antwoord vraag 10.
Zie antwoord vraag 10.
Zie antwoord vraag 10.
Het is helaas niet gelukt om de vragen binnen de reguliere termijn te beantwoorden.
Hierbij deel ik u mede dat de schriftelijke vragen van het lid Eerdmans (JA21), van uw Kamer aan de Minister van Justitie en Veiligheid over de oproep van Extinction Rebellion om de A12 te bezetten op 6 juli 2024 (ingezonden 4 juli 2024) niet binnen de gebruikelijke termijn kunnen worden beantwoord, aangezien nog niet alle benodigde informatie is ontvangen. Ik streef ernaar de vragen zo spoedig mogelijk te beantwoorden.