Ingediend | 6 november 2023 |
---|---|
Beantwoord | 11 december 2023 (na 35 dagen) |
Indiener | Joba van den Berg-Jansen (CDA) |
Beantwoord door | Hugo de Jonge (minister zonder portefeuille binnenlandse zaken en koninkrijksrelaties) (CDA) |
Onderwerpen | geneesmiddelen en medische hulpmiddelen zorg en gezondheid |
Bron vraag | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2023Z18919.html |
Bron antwoord | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20232024-601.html |
Die mening deel ik. De mate van geneesmiddelgebruik hangt van meer factoren af.
Ja. Veel geneesmiddelen zijn beschikbaar ter behandeling van symptomen. Denk aan pijnklachten (in allerlei soorten en maten), misselijkheid, obstipatie, diarree, benauwdheid door astma/COPD, depressie, jeuk, koorts, etc. Er zijn ook geneesmiddelen die de oorzaak van ziekten behandelen denk aan antibiotica, antivirale middelen, gentherapie etc. Er zijn ook geneesmiddelen die ziektes voorkomen zoals vaccins, cholesterolverlagers, bloeddrukverlagers etc.
Het creëren van (meer) ruimte voor de apotheker om in te zetten op het afbouwen van geneesmiddelen bij patiënten met een geïndividualiseerde distributievorm (GDV) was voor de NZa één van de redenen om de GDV-bekostiging te wijzigen.
Tot en met 2022 brachten apothekers per UR-geneesmiddel(uitsluitend op recept) in de GDV een terhandstelling in rekening. Wanneer met één of meerdere geneesmiddelen in de GDV werd gestopt leidde dat tot (structureel) omzetverlies voor de apotheker op de betreffende zorgprestatie. Die prikkel kan passende zorg belemmeren, omdat het afbouwen van geneesmiddelen hiermee niet wordt gestimuleerd.
De beoogde wijziging in het beleid betekende dat apothekers één tarief in rekening mochten brengen voor de terhandstelling van alle UR-geneesmiddelen die onderdeel zijn van de GDV. Hiermee ontstond (meer) ruimte voor de apotheker om in te zetten op het afbouwen van geneesmiddelen.
De KNMP kon zich niet vinden in deze wijziging en spande hierover een zaak aan tegen de NZa. Het College van Beroep voor het bedrijfsleven (CBb) heeft geoordeeld dat de NZa niet heeft onderbouwd dat met het nieuwe declaratievoorschrift afbouw van medicijnen daadwerkelijk wordt bevorderd3. Het CBb stelt daarom dit declaratievoorschrift van de NZa voorlopig buiten werking. Het CBb heeft in haar uitspraak de voorziening getroffen dat de per 1 januari 2023 gewijzigde GDV-prestatiebeschrijving (met terugwerkende kracht tot 1 januari 2023) buiten werking is gesteld en dat de «oude» GDV-prestatiebeschrijving herleeft, tot en met zes weken na de bekendmaking van de nieuwe beslissing op bezwaar.
Ik ben in gesprek met veldpartijen over welke verbeteringen mogelijk zijn in de samenwerking tussen eerstelijnszorgaanbieders, waaronder de apotheker en huisarts. Dit is een onderdeel van de gesprekken met veldpartijen om gezamenlijk de farmaceutische zorg te verbeteren.
Een betere farmaceutische zorg door de apotheker en betrokken zorgverleners dient veel doelen. Een van deze doelen is het minderen en stoppen van geneesmiddelen daar waar passend.
Ik heb toegezegd u dit jaar nog te informeren over de voortgang van deze gesprekken.
Het minderen en stoppen van geneesmiddelen daar waar passend is onderdeel van goede farmaceutische zorg. De apotheker speelt als medicatiespecialist daarin een belangrijke rol, ongeacht welke voorschrijver de geneesmiddelen voorschrijft.
De vragen van het lid Van den Berg (CDA) over de GDV bekostiging voor apotheken (2023Z18919) kunnen tot mijn spijt niet binnen de gebruikelijke termijn worden beantwoord. De reden van het uitstel is dat afstemming ten behoeve van de beantwoording meer tijd vergt. Ik zal u zo spoedig mogelijk de antwoorden op de Kamervragen doen toekomen.