Kamervraag 2023Z16614

De ANBI-status van Extinction Rebellion

Ingediend 4 oktober 2023
Beantwoord 12 december 2023 (na 69 dagen)
Indiener Joost Eerdmans (EénNL)
Beantwoord door Dilan Yeşilgöz-Zegerius (minister justitie en veiligheid) (VVD), Marnix van Rij (staatssecretaris financiën) (CDA)
Onderwerpen openbare orde en veiligheid organisatie en beleid
Bron vraag https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2023Z16614.html
Bron antwoord https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20232024-590.html
  • Vraag 1
    Bent u ermee bekend dat Extinction Rebellion (Stichting Vrienden van XR) over een algemeen nut beogende instelling (ANBI)-status beschikt, zoals onder andere op de website en in de jaarverslagen van de organisatie zelf wordt vermeld?

    Ja, in het ANBI-register op de website van de Belastingdienst zijn drie stichtingen vermeld met de naam Stichting vrienden van XR evenals de ingangsdata waarop de stichtingen als ANBI kwalificeren.

  • Vraag 2
    Kunt u aangeven welke belastingvoordelen Extinction Rebellion als gevolg hiervan heeft (gehad) en welke bedragen hiermee gemoeid zijn?

    Omdat de Belastingdienst is gehouden aan de geheimhoudingsplicht van artikel 67 van de Algemene wet inzake rijksbelastingen (AWR) kan geen nadere informatie worden verstrekt over individuele instellingen.

  • Vraag 3
    Deelt u de conclusie dat onder andere het illegaal betreden van verboden terrein op Eindhoven Airport, het continu bezetten van de A12, het bekladden van het Havenbedrijf Rotterdam en het dreigen met kantoorsluitingen van Rabobank-filialen verwerpelijke acties zijn die geenszins van «algemeen nut» getuigen? Zo nee, waarom?

    Om als ANBI te kunnen worden aangemerkt moet een instelling (onder meer) uitsluitend of nagenoeg uitsluitend (ten minste 90%) het algemeen nut beogen. Het begrip «algemeen nut» is in de wet neutraal vormgegeven en wordt, zoals ook uit de jurisprudentie blijkt, neutraal getoetst. Dit is een belangrijke eigenschap van de ANBI-regelgeving, maar kan soms ongemakkelijk voelen als sprake is van gedrag van ANBI’s dat conflicteert met gangbare maatschappelijke waarden en opvattingen. Dit is echter inherent aan het neutrale karakter van de ANBI-regelgeving. Naar aanleiding van zorgen van Tweede Kamerleden de afgelopen jaren over zulk gedrag van ANBI’s, heeft mijn ambtsvoorganger een raadgevende commissie van deskundigen ingesteld om te onderzoeken welke mogelijkheden er zijn, al dan niet door aanpassing van ANBI-regelgeving, om het algemeen nut karakter beter tot uitdrukking te laten komen. Het rapport «Toezicht op algemeen nut» van deze raadgevende commissie biedt een waardevol inzicht in de maatschappelijke waarde van ANBI’s en de wijze waarop toezicht kan worden gehouden op ANBI’s zodat zij het algemeen nut (blijven) uitdragen. Het rapport bevat een lijst met 25 sets Kamervragen over gedrag van ANBI’s dat conflicteert met gangbare maatschappelijke waarden en opvattingen. Wat de casussen uit de Kamervragen gemeen hebben, is dat het doorgaans gaat om zaken waar de Belastingdienst niet op kan ingrijpen. Zoals aangegeven in de kabinetsreactie op het rapport «Toezicht op Algemeen Nut» vindt het kabinet het belangrijk dat burgers die zich voor maatschappelijke doelen willen inzetten, voldoende keuze hebben en ook kunnen bepalen welke activiteiten van ANBI's zij wenselijk vinden. Tegelijkertijd vindt het kabinet het belangrijk om zich uit te spreken over wat het kabinet als wenselijk maatschappelijk gedrag ziet en dit uit te dragen. Daarom wordt langs verschillende lijnen gewerkt aan het bestrijden van ongewenst gedrag door maatschappelijke organisaties, zoals ANBI's. De grens van de vrijheid van ANBI’s om hun doelen na te streven ligt bij overtreding van de wet (of daar waar toepassing van de integriteitstoets binnen de ANBI-regeling in beeld komt) of daar waar een instelling door de rechter verboden wordt. Verdenkingen, niet-vervolgbare activiteiten of handelingen die simpelweg niet aansluiten bij eenieders overtuiging van wat behoort tot het «algemeen nut» zijn geen redenen om een instelling de ANBI-status te ontnemen.

  • Vraag 4
    Deelt u de mening dat het richting de samenleving niet te verantwoorden is dat een club die zich schuldig maakt aan dergelijke onwettige, maatschappij-ontwrichtende en vandalistische acties belastingvoordelen krijgt? Zo ja, waarom?

    Zie antwoord vraag 3.

  • Vraag 5
    Bent u bekend met de gronden waarop een ANBI-status kan worden ingetrokken?1

    Ja.

  • Vraag 6
    Bent u ermee bekend dat het voldoen aan integriteitseisen een voorwaarde is voor het verkrijgen en/of behouden van de ANBI-status en dat deze status kan worden ingetrokken indien een stichting niet (meer) aan deze integriteitseisen voldoet?

    Ja.

  • Vraag 7
    Bent u ermee bekend dat de Belastingdienst aangeeft een instelling niet (langer) als ANBI te zien wanneer een‘een bestuurder, een leidinggevende, of een gezichtsbepalend persoon van de instelling is veroordeeld voor een misdrijf en het misdrijf is gepleegd in de hoedanigheid van de betrokkene, de veroordeling minder dan 4 jaar geleden plaatsvond en/of het misdrijf een ernstige inbreuk op de rechtsorde oplevert»?2

    Ja, dit is de hiervoor al genoemde integriteitstoets (artikel 5b, lid 8 AWR).

  • Vraag 8
    Bent u er tevens mee bekend dat een «gezichtsbepalend persoon» binnen de gehanteerde criteria van de Belastingdienst niet eens een juridische band zoals een dienstbetrekking met de ANBI hoeft te hebben?

    Ja.

  • Vraag 9
    Deelt u de conclusie dat dit inhoudt dat de ANBI-status van Extinction Rebellion (Stichting Vrienden van XR) kan worden ingetrokken op basis van een veroordeling voor een misdrijf door één of meerdere betrokkenen bij acties van Extinction Rebellion? Zo nee, waarom niet?

    De Belastingdienst is gehouden aan de geheimhoudingsplicht van artikel 67 van de Algemene wet inzake rijksbelastingen (AWR) en kan daarom geen nadere informatie verstrekken over individuele instellingen.
    In het algemeen kan worden opgemerkt dat indien de instelling, een bestuurder, feitelijk leidinggevende of gezichtsbepalend persoon van de instelling zich in relatie tot de ANBI schuldig heeft gemaakt aan een in de ANBI-regeling genoemd misdrijf3, zoals haatzaaiing of het aanzetten tot geweld, de inspecteur – onder bepaalde voorwaarden – de ANBI-status niet verleent of intrekt (integriteitstoets). De Belastingdienst verkrijgt deze informatie niet automatisch, maar is daarvoor afhankelijk van externe partijen zoals het Openbaar Ministerie of de FIOD.
    Met ingang van 2021 is de integriteitstoets binnen de ANBI-regeling uitgebreid en kan de inspecteur bij gerede twijfel over de integriteit van de instelling, een bestuurder van de instelling, een persoon die feitelijk leiding geeft aan de instelling of een voor de instelling gezichtsbepalende persoon verzoeken om een verklaring omtrent het gedrag (VOG) te overleggen. Indien de VOG niet binnen een termijn van zestien weken wordt verstrekt, bepaalt de ANBI-regeling dat de ANBI-status wordt ingetrokken of niet wordt verleend. Gerede twijfel bij de inspecteur kan onder andere volgen uit berichten in de media.

  • Vraag 10
    Hoeveel personen zijn de afgelopen vier jaar veroordeeld voor een misdrijf rond acties van Extinction Rebellion, waaronder het blokkeren van wegen (artikel 162 Wetboek van Strafrecht) en opruiing (Artikel 131 Wetboek van Strafrecht)?

    De rechtspraak houdt niet bij hoeveel personen zijn veroordeeld voor misdrijven bij acties die verbonden zijn of georganiseerd zijn door specifieke organisaties.

  • Vraag 11
    Indien dit één of meerdere personen betreft, bent u dan bereid om over te gaan tot het intrekken van de ANBI-status? Zo nee, waarom niet?

    De Belastingdienst is gehouden aan de geheimhoudingsplicht van artikel 67 van de Algemene wet inzake rijksbelastingen (AWR) en kan daarom geen nadere informatie verstrekken over individuele instellingen.

  • Vraag 12
    Bent u ermee bekend dat op grond van artikel 2:20 lid 1 van het Burgerlijk Wetboek een rechtspersoon waarvan de werkzaamheid in strijd is met de openbare orde, door de rechtbank op verzoek van het openbaar ministerie verboden kan worden verklaard en ontbonden kan worden?

    Ja.

  • Vraag 13
    Deelt u de mening dat dit artikel van toepassing kan worden verklaard op Extinction Rebellion? Zo nee, waarom niet? Zo ja, welke consequenties verbindt u hieraan?

    Het is niet aan ons om deze afweging te maken. Artikel 2:20 lid 1 van het Burgerlijk Wetboek schrijft voor dat het Openbaar Ministerie de rechtbank kan verzoeken een rechtspersoon verboden te verklaren of te ontbinden.

  • Mededeling - 16 oktober 2023

    De vragen van het lid Eerdmans (JA21) aan de Minister van Justitie en Veiligheid en mij met kenmerk 2023Z16614 kunnen met het oog op een zorgvuldige beantwoording niet binnen de termijn worden beantwoord. U ontvangt de antwoorden zo snel mogelijk.


Kamervraag document nummer: kv-tk-2023Z16614
Volledige titel: De ANBI-status van Extinction Rebellion
Kamerantwoord document nummer: ah-tk-20232024-590
Volledige titel: Antwoord op vragen van het lid Eerdmans over de ANBI-status van Extinction Rebellion