Kamervraag 2023Z13867

De 10.000 gezinnen (vaak met een parttime werkende en of gedeeltelijk arbeidsongeschikte) die onder het bijstandsniveau leven

Ingediend 21 juli 2023
Beantwoord 19 september 2023 (na 60 dagen)
Indiener Pieter Omtzigt (Omtzigt)
Beantwoord door Karien van Gennip (minister sociale zaken en werkgelegenheid) (CDA), Carola Schouten (viceminister-president , minister zonder portefeuille sociale zaken en werkgelegenheid) (CU)
Onderwerpen gezin en kinderen sociale zekerheid
Bron vraag https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2023Z13867.html
Bron antwoord https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20232024-5.html
  • Vraag 1
    Herinnert u zich dat u op 29 maart 2023 aan de Kamer moest toegeven dat er maar liefst 10.000 gezinnen onder het bijstandsniveau leven, inclusief toeslagen?1

    Ja.

  • Vraag 2
    Bent u ervan op de hoogte dat de Nationale ombudsman hiervoor al in 2016 waarschuwde en dat er in bijna zeven jaar tijd geen oplossing voor deze groep gevonden is, ondanks vele Kamervragen, rapporten, debatten in de Kamer en zelfs signaleringen van rechters als buikpijndossier?2

    Dat klopt, de problematiek is eind 20163 voor het eerst onder de aandacht gebracht door de Nationale ombudsman (NO). Zoals eerder gemeld in de brief aan uw Kamer op 29 maart 20234 is, gelet op de lange looptijd, de uitspraak van de Centrale Raad van Beroep (CRvB) van 27 september 20225 en de omvang van de groep huishoudens, een passende oplossing dringend wenselijk en nodig.

  • Vraag 3
    Herinnert u zich dat we u in de Kamer al maandenlang wijzen op de uitspraak van de hoogste rechtbank in sociale zekerheidsvragen – de Centrale Raad van Beroep – van 27 september 2022, die oordeelde dat in dit soort situaties: «Door de samenloop van regelingen die niet goed op elkaar zijn afgestemd, bevinden appellanten zich in de zeer bijzondere situatie dat zij bijstand ontvangen die aanvult tot de norm voor gehuwden, maar toch over onvoldoende middelen beschikken om in de algemeen noodzakelijke kosten van het bestaan van gehuwden te kunnen voorzien. Het kan appellanten, gelet op de gebrekkige afstemming van de regelingen en het feit dat zij pas achteraf met de effecten daarvan werden geconfronteerd, niet worden verweten dat het lagere recht op toeslagen en kindgebonden budget niet eerder is onderkend. Er is daarom sprake van bijzondere omstandigheden die rechtvaardigen dat wordt afgeweken van het uitgangspunt dat in beginsel geen (hogere) bijstand met terugwerkende kracht wordt toegekend»?3

    Ja. Het kabinet werkt sinds begin dit jaar aan een oplossing en heeft Uw Kamer op 29 maart7 en 2 juni8 geïnformeerd over de voortgang. Met de brief aan Uw Kamer van vandaag, 19 september 2023, informeren wij u wederom over de stand van zaken.

  • Vraag 4
    Herinnert u zich dat u eerdere moties om alle mensen die het betreffen aan te schrijven en hen te helpen, heeft afgewezen?

    In het tweeminutendebat Uitvoering Sociale Zekerheid is de motie Warmerdam c.s.9 oordeel Kamer gelaten en vervolgens door uw Kamer aangenomen. Mede naar aanleiding van deze motie spannen Rijk en gemeenten zich in om het bereik van de ondersteuning door gemeenten te vergroten. Met de brief aan Uw Kamer van vandaag informeren wij u over de stand van zaken.

  • Vraag 5
    Hoeveel van de naar schatting 10.000 gezinnen hebben de weg naar de gemeente gevonden om over het jaar 2022 een aanvulling te krijgen, zodat zij ten minste tot het bijstandsniveau (inclusief toeslagen) worden aangevuld in hun inkomen?

    Uit een analyse door de Belastingdienst die vandaag is meegestuurd met een brief aan Uw Kamer en deze beantwoording blijkt dat het dit jaar gaat om 6.400 huishoudens. Van een aantal gemeenten is bekend dat zij zijn begonnen om deze huishoudens actief te benaderen en aan hen bijzondere bijstand te verstrekken. Er is geen landelijk beeld van het aantal huishoudens waarmee inmiddels contact is of dat inmiddels geholpen is. In overleg met de VNG is besloten om nog niet over te gaan op bredere communicatie, omdat dit een toeloop op gemeenten kan veroorzaken die de uitvoering nu nog niet aankan. Wij zullen gemeenten verzoeken om een uitvoeringstoets uit te brengen op de actieve benadering. Tegelijkertijd werkt het Rijk aan ondersteuning voor gemeenten in de uitvoering, onder meer door het gezamenlijk opstellen van een handreiking.
    Van een aanvulling over het jaar 2022 kan alleen sprake zijn als een huishouden in 2023 een terugvordering van toeslagen over 2022 heeft ontvangen die te wijten is aan de problematiek.10 Op de korte termijn (de termijn waarop wijziging van wet- en regelgeving niet mogelijk is) kunnen gemeenten de getroffen huishoudens alleen ondersteunen via de individuele bijzondere bijstand. De bijzondere bijstand kan alleen worden verstrekt voor kosten die in het heden gemaakt worden; dit is niet het geval voor de extra uitgaven aan huur en zorgverzekering in 2022 als gevolg van de problematiek.

  • Vraag 6
    Hoeveel van de naar schatting 10.000 gezinnen hebben de weg naar de gemeente gevonden om over het jaar 2023 een aanvulling te krijgen, zodat zij ten minste tot het bijstandsniveau (inclusief toeslagen) worden aangevuld in hun inkomen?

    Zie het antwoord op vraag 5.

  • Vraag 7
    Hoeveel gemeenten hebben getracht mensen die het betreft actief te benaderen? Welke gemeenten zijn dat?

    Zie het antwoord op vraag 5.

  • Vraag 8
    Hoeveel gezinnen zijn geholpen en benaderd om een aanvulling aan te vragen? Kunt u aangeven om welke groepen het dan gaat en hoe zij benaderd zijn en welke resultaten daarbij geboekt zijn (via gemeenten, via het Uitvoeringsinstituut Werknemersverzekeringen (UWV), via particuliere verzekeraars die inzicht hebben in wie een particuliere arbeidsongeschiktheidsverzekering heeft)?

    Zie het antwoord op vraag 5. Aanvullend hierop kunnen wij aangeven dat de actieve benadering en de communicatie op dit moment verlopen via individuele gemeenten.

  • Vraag 9
    Heeft het UWV alle mensen benaderd die in 2022 en/of 2023 een Toeslagenwet-uitkering hadden voor (echt)paren en hen geholpen een aanvulling aan te vragen? Zo nee, waarom niet en wilt u dat alsnog doen? Zo ja, welke resultaten heeft dat dan gehad?

    Dit is nog niet gebeurd. Het is niet duidelijk welke ontvangers van een Toeslagenwetuitkering precies te maken hebben met de alleenverdienersproblematiek, omdat UWV niet over alle hiervoor noodzakelijke gegevens beschikt. In overleg met de VNG is besloten om nog niet over te gaan op bredere communicatie, omdat dit een toeloop op gemeenten kan veroorzaken die de uitvoering nu nog niet aankan. Wij zullen UWV en gemeenten in een uitvoeringstoets vragen welke mogelijkheden zij zien voor actieve benadering van de doelgroep.

  • Vraag 10
    Bent u op de hoogte van het feit dat de Commissie sociaal minimum van mening is dat de bijstandsnorm (die deze mensen dus niet halen) volstrekt onvoldoende is om van rond te komen voor gezinnen (van twee ouders) met meerdere kinderen?

    Op 30 juni heeft de Commissie sociaal minimum haar eerste rapport over de toereikendheid van het sociaal minimum aan mij overhandigd. Het kabinet is bekend met de inhoud van het rapport en de adviezen van de Commissie sociaal minimum.
    Op 28 september komt de commissie met het tweede rapport over de systematiek van het stelsel van het sociaal minimum. De gezamenlijke rapporten worden op een later moment voorzien van een kabinetsreactie.

  • Vraag 11
    Hoe vindt u dat u uitvoering geeft aan artikel 20 van de Grondwet, dat in lid 3 stelt: «Nederlanders hier te lande, die niet in het bestaan kunnen voorzien, hebben een bij de wet te regelen recht op bijstand van overheidswege»?

    Het bieden van bestaanszekerheid is één van de belangrijkste kerntaken van de overheid. Het derde lid van artikel 20 GW bevat een opdracht aan de wetgever om bij wet een recht op bijstand te creëren voor Nederlanders die niet zelf in hun bestaan kunnen voorzien. Dit sociaal grondrecht vestigt geen rechtstreekse aanspraak voor individuen op bijstand en bevat evenmin de opdracht om een bijstandsnorm in het leven te roepen die voor elke rechthebbende onder alle omstandigheden en te allen tijde toereikend moet zijn.
    Aan deze bepaling heeft de wetgever uitvoering gegeven door het in het leven roepen van (thans) de Participatiewet, die regelt dat iedere in Nederland woonachtige Nederlander (en de met de Nederlander gelijkgestelde), met onvoldoende middelen, recht heeft op bijstand van overheidswege. De bijstandsnormen die in de Participatiewet zijn opgenomen, worden geacht in principe toereikend te zijn voor de noodzakelijke kosten van het bestaan. De Participatiewet kent echter ook, in aanvulling op de bijstandsnormen, de mogelijkheid om aanvullende algemene en bijzondere bijstand toe te kennen aan degenen voor wie de bijstandsnorm vanwege bepaalde omstandigheden ontoereikend is om alle noodzakelijke kosten te kunnen dragen. Daarnaast kennen we in Nederland het toeslagenstelsel en kan er bijvoorbeeld kwijtschelding van gemeentelijke belastingen worden verleend.
    Het kabinet heeft de afgelopen jaren beleid gevoerd om in uitzonderlijke tijden met hoge inflatie de bestaanszekerheid van mensen te versterken. Het aandeel personen onder de armoedegrens daalt naar verwachting van 6,1% in 2021 naar 4,8% in 2023, en het aandeel kinderen dat in armoede opgroeit, daalt van 7,2% in 2021 naar 6,2% in 2023. Ook voor 2024 neemt het demissionaire kabinet maatregelen om de bestaanszekerheid van mensen te borgen. Uw Kamer heeft hiertoe ook opgeroepen met de moties Marijnissen/Van der Plas en Van Apeldoorn. Dankzij deze nieuwe maatregelen en het eerder ingezette beleid zal naar verwachting het aandeel personen onder de armoedegrens volgend jaar niet toenemen en het aandeel kinderen dat in armoede opgroeit verder dalen naar 5,1%.

  • Vraag 12
    Hoe gaat u ervoor zorgen dat mensen die nu buiten hun schuld onder het bijstandsniveau zitten, alsnog een aanvulling krijgen over de jaren 2022 een 2023?

    Zie het antwoord op vraag 5 en mijn brief aan Uw Kamer van 19 september.

  • Vraag 13
    Kunt u deze vragen een voor een en binnen drie weken beantwoorden?

    Wij hebben uw vragen een voor een beantwoord. Zoals de Minister voor Armoedebeleid, Participatie en Pensioenen heeft toegelicht in de brief aan Uw Kamer van 12 september jl., heeft de beantwoording betrekking op de uitkomsten van de augustusbesluitvorming. Deze uitkomsten worden pas openbaar gemaakt op Prinsjesdag, 19 september 2023. Daarom is deze beantwoording vandaag meegestuurd met de brief die Uw Kamer nader informeert over de stand van zaken.

  • Mededeling - 12 september 2023

    Het lid Omtzigt heeft op 21 juli Kamervragen gesteld over «de 10.000 gezinnen die onder het bijstandsniveau leven omdat de fiscale en sociale regels ernstig in hun nadeel werken en het feit dat deze gezinnen niet benaderd worden om in ieder geval een aanvulling te krijgen tot bijstandsniveau». In de op 6 september verzonden uitstelbrief is geen duidelijke reden opgenomen waarom de beantwoording niet binnen de gestelde termijnen aan uw Kamer kan worden verzonden. In deze brief licht ik dit nader toe. Ik heb de beantwoording van deze Kamervragen voortvarend ter hand genomen en leg nu de laatste hand aan de oplossing die ik met de betrokken partijen bespreek. Met Prinsjesdag presenteert het Kabinet de oplossing voor de alleenverdienersproblematiek. De beantwoording op de Kamervragen van het lid Omtzigt zal dan ook aan uw Kamer worden gezonden op Prinsjesdag, gelijktijdig met de brief. Ik vraag daarvoor om het begrip van Uw Kamer.

  • Mededeling - 6 september 2023

    Hierbij deel ik u, mede namens de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, mede dat de beantwoording van de Kamervragen van het lid Omtzigt (Omtzigt) over «de 10.000 gezinnen (vaak met een parttime werkende en/of gedeeltelijk arbeidsongeschikte) die onder het bijstandsniveau leven omdat de fiscale en sociale regels ernstig in hun nadeel werken en het feit dat deze gezinnen niet benaderd worden om in ieder geval een aanvulling te krijgen tot bijstandsniveau» niet binnen de gestelde termijn van drie weken mogelijk is, omdat meer tijd nodig is voor de afstemming met de betrokken partijen.


Kamervraag document nummer: kv-tk-2023Z13867
Volledige titel: De 10.000 gezinnen (vaak met een parttime werkende en of gedeeltelijk arbeidsongeschikte) die onder het bijstandsniveau leven
Kamerantwoord document nummer: ah-tk-20232024-5
Volledige titel: Antwoord op van het lid Omtzigt over "10.000 gezinnen (vaak met een parttime werkende en/of gedeeltelijk arbeidsongeschikte) die onder het bijstandsniveau leven, omdat de fiscale en sociale regels ernstig in hun nadeel werken en het feit dat deze gezinnen niet benaderd worden om in ieder geval een aanvulling te krijgen tot bijstandsniveau"