Ingediend | 20 april 2023 |
---|---|
Beantwoord | 5 juni 2023 (na 46 dagen) |
Indieners | Ulysse Ellian (VVD), Jacqueline van den Hil (VVD) |
Beantwoord door | Franc Weerwind (minister zonder portefeuille justitie en veiligheid) (D66), Maarten van Ooijen (staatssecretaris volksgezondheid, welzijn en sport) (CU) |
Onderwerpen | organisatie en beleid zorg en gezondheid |
Bron vraag | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2023Z07270.html |
Bron antwoord | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20222023-2807.html |
Ja.
De beschikbaarheid van beveiligde zorg is voor de departementen van JenV en VWS een belangrijk thema en daarom hebben wij de ontwikkeling en inrichting van het dashboard beveiligde bedden gefinancierd. Met dit dashboard is er een actueel beeld van het aantal beveiligde bedden in Nederland. In 2022 waren er in totaal 1737 beveiligde bedden op de beveiligingsniveaus 2 en 3.2 Per provincie3 ziet dat er als volgt uit:
Het dashboard en het bijbehorende Landelijke Coördinatiepunt Beveiligde Bedden (LCBB) zijn sinds maart 2021 operationeel en voorzien daarmee in de behoefte om structureel inzicht te verkrijgen in de capaciteit, beschikbaarheid en expertise van de beveiligde bedden.4 Ook maken het dashboard en het coördinatiepunt inzichtelijk waar er knelpunten zijn in het aanbod van beveiligde zorg. Het coördinatiepunt maakt aan de hand van het dashboard en de casuïstiek, waarin zij op landelijk niveau bemiddelen, managementrapportages die informatie geven over deze knelpunten. De uitdagingen zien op de beschikbare capaciteit maar ook op de mate waarin de beschikbare zorg past bij de zorgbehoefte. Tevens is het aantal bedden in de beveiligde langdurige zorg voor mensen met complexe problematiek en soms ook een verstandelijk beperking beperkt. Op verzoek van de Minister voor Langdurige Zorg en Sport zijn zorgaanbieders en zorgkantoren met elkaar in gesprek gegaan om te bezien of de capaciteit vanuit de langdurige zorg vergroot kan worden, zodat mensen die behoefte hebben aan beveiligde zorg hier ook op kunnen rekenen.
Zie antwoord vraag 2.
We vinden het niet wenselijk om crisisdiensten direct toegang te geven tot de (hoog) beveiligde zorg. Het is aan behandelaren in een regulier kader en aan de deskundigen van het Nederlands instituut voor Forensische Psychologie en Psychiatrie (NIFP) in het justitieel kader om te beoordelen welke behoefte een patiënt heeft qua zorg en beveiliging. Vervolgens is het aan opnamecoördinatoren van instellingen en aan het forensisch plaatsingsloket van de Dienst Justitiële Inrichtingen om een passend beveiligd bed te vinden. Direct mensen in beveiligde zorg plaatsen zou voorbij gaan aan een zorgvuldig proces van beoordeling, indicatiestelling en plaatsing. Dit kan bovendien ten koste gaan van mensen die al op de wachtlijst staan voor zo’n plek. In het rapport ‘Zorg en veiligheid onder druk in het PPC’ wordt beschreven dat het doorplaatsen van patiënten ingewikkeld is vanwege de druk op de capaciteit in de hoger beveiligde bedden in andere ggz-instellingen of tbs-instellingen. De druk op de capaciteit is nog niet afgenomen en de directe toegang van crisisdiensten tot beveiligde zorg gaat dit probleem niet oplossen. Voor de druk op forensische zorgbedden verwijzen we naar de voortgangsbrief forensische zorg van 31 januari 2023.6
Ja, de signalen over het tekort aan hoger beveiligde bedden lag ten grondslag aan de inrichting van het dashboard en LCBB. Met deze instrumenten hebben we nader zicht gekregen op de aard en omvang van de tekorten en vooral de knelpunten wat betreft de beveiligde bedden. Deze inzichten hebben inmiddels ook geleid tot realisatie van enkele beveiligde bedden in de langdurige zorg die voor een specifieke Wzd-doelgroep beschikbaar is.
Ook in het kader van het traject cruciale ggz is er aandacht voor de beveiligde zorg. Elke regio brengt momenteel aan de hand van een inventarisatiemodel in beeld welk cruciaal ggz aanbod er regionaal, bovenregionaal en landelijk beschikbaar is. In het inventarisatiemodel is ook forensisch en beveiligde zorg opgenomen.7 Vanaf juli 2023 worden de overzichten per regio landelijk gebundeld, zodat er een eerste overzicht ontstaat van welk aanbod er is als het gaat om cruciale ggz.
Ja. Wij zijn gezamenlijk voortdurend in gesprek met de sectoren geestelijke gezondheidszorg en forensische zorg over de beschikbaarheid van beveiligde zorg. Voor dit complexe vraagstuk ligt een gedeelde verantwoordelijkheid, die wij zeer serieus nemen. Dat uit zich onder andere in de hiervoor al beschreven inrichting en financiering van het dashboard beveiligde bedden en het bijbehorende LCBB. Een belangrijke recente ontwikkeling bij het LCBB is de ontwikkeling van een database over complexe en moeilijk plaatsbare casuïstiek. We verwijzen hier ook naar de evaluatie van artikel 2.3 Wet forensische zorg (Wfz) door het Wetenschappelijk Onderzoek- en Documentatiecentrum (WODC). Via artikel 2.3 Wfz kan de strafrechter een zorgmachtiging in het kader van Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg (Wvggz) of rechterlijke machtiging in het kader van de Wet Zorg en Dwang (Wzd) afgeven. Ook hier gaat het erom dat we barrières tussen de zorg- en justitiële ketens wegnemen. Zoals we uw Kamer eerdere al hebben laten weten volgt onze beleidsreactie op dit evaluatieonderzoek naar verwachting in het derde kwartaal van dit jaar.8 Tenslotte werken we samen met de Minister van Justitie en Veiligheid ook aan het voorkomen dat personen met verward gedrag in aanraking komen met politie en justitie en tijdig de juiste zorg en/of begeleiding krijgen. Voor de doelgroep van 18 jaar en ouder die agressief en/of gevaarlijk gedrag kunnen vertonen als gevolg van een psychische aandoening en/of een verstandelijke beperking en/of een niet-aangeboren hersenletsel hebben we de levensloopaanpak. De aanpak resulteert in een continue samenwerking en samenhang tussen maatschappelijke ondersteuning, zorg en veiligheid, zodat mensen uit deze doelgroep in zicht blijven en niet meer tussen wal en schip belanden. Uw Kamer wordt daarover geïnformeerd in de voortgangsbrieven over de aanpak voor personen met verward en/of onbegrepen gedrag9.
In de antwoorden hiervoor is beschreven dat we met het dashboard en het bijbehorende LCBB structureel inzicht verkrijgen in de capaciteit, beschikbaarheid en expertise van de beveiligde bedden. Deze inzichten hebben inmiddels al geleid tot realisatie van enkele beveiligde bedden in de langdurige zorg die voor een specifieke Wzd-doelgroep beschikbaar is. Daarnaast brengt elke regio momenteel aan de hand van een inventarisatiemodel in beeld welk cruciaal ggz aanbod er regionaal, bovenregionaal en landelijk beschikbaar is. Met het LCBB ontwikkelen we op dit moment een database over complexe en moeilijk plaatsbare casuïstiek. Ook versterken we de samenwerkingsverbanden in de regio’s met regionale escalatiemogelijkheden. Er is daardoor sneller zicht op oplossingen en knelpunten van complexe problematiek die beveiligde zorg nodig heeft. Barrières tussen de zorg- en justitiële ketens worden in het kader van de evaluatie van artikel 2.3 Wfz door ons gezamenlijk opgepakt. Tenslotte werken we met de Minister van Justitie en Veiligheid ook aan het voorkomen dat personen met verward gedrag in aanraking komen met politie en justitie en tijdig de juiste zorg en/of begeleiding krijgen. Hiermee pogen we mensen passende zorg te bieden en te voorkomen dat zich incidenten voordoen, al is dit gegeven de aard en problematiek van mensen in de forensische zorg nooit volledig uit te sluiten.
De vragen van de leden Van den Hil en Ellian (beiden VVD) over het bericht «Geef crisisdienst direct toegang tot hoger beveiligde bedden» (2023Z07270) kunnen tot mijn spijt niet binnen de gebruikelijke termijn worden beantwoord. De reden van het uitstel is dat afstemming ten behoeve van de beantwoording meer tijd vergt. Ik zal u zo spoedig mogelijk de antwoorden op de Kamervragen doen toekomen.