Kamervraag 2023Z04868

De stijging van het aantal afwijzingen van visumaanvragen van Surinamers

Ingediend 22 maart 2023
Beantwoord 19 april 2023 (na 28 dagen)
Indiener Sylvana Simons (BIJ1)
Beantwoord door Wopke Hoekstra (viceminister-president , minister buitenlandse zaken) (CDA)
Onderwerpen internationaal organisatie en beleid
Bron vraag https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2023Z04868.html
Bron antwoord https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20222023-2379.html
  • Vraag 1
    Kunt u het bericht dat onze partij ter ore is gekomen bevestigen dat, sinds de beoordeling van visumaanvragen voor kort verblijf in Nederland vanuit Suriname niet meer plaatsvindt op de ambassade in Paramaribo maar in Den Haag, het aantal afwijzingen in ongeveer vier jaar tijd is verdriedubbeld van 6% naar 18% van alle aanvragen?

    Het klopt dat het weigeringspercentage van visumaanvragen van Surinamers in de afgelopen jaren is toegenomen.
    2022
    2021
    2020
    2019
    2018
    2017
    17,4%
    19,7%
    17,8%
    9,6%
    8,9%
    5,5%

  • Vraag 2
    Wat is uw reactie en analyse op deze bevinding?

    Het Ministerie van Buitenlandse Zaken heeft het wereldwijde visum-beslisproces sinds 2017 stapsgewijs gecentraliseerd. In dat kader is in september 2017 het visumbeslisproces van de ambassade in Suriname overgeheveld naar de Consulaire Service Organisatie (CSO) in Den Haag. Het weigeringspercentage van visumaanvragen is echter onafhankelijk van de locatie waar de beslissing op de aanvraag wordt genomen (bij de ambassade of bij de CSO). Elke visumaanvraag wordt op zijn eigen merites beoordeeld op basis van de EU-Visumcode door daartoe opgeleide beslismedewerkers met kennis van de lokale context in Suriname. Op aanvragen die aan de Europese vereisten voor visumverlening voldoen, zal in de regel positief worden beslist. Als dat niet het geval is, zal de visumaanvraag moeten worden geweigerd.

  • Vraag 3
    Welke oorzaken liggen ten grondslag aan deze sterke groei van het aantal afwijzingen?

    In de afgelopen jaren is een stijging waarneembaar van het aantal incompleet ingediende visumdossiers. Als gevolg hiervan kan veelal het reisdoel en de terugkeer niet voldoende worden beoordeeld en wordt de visumaanvraag geweigerd. Dit blijkt ook een van de voornaamste redenen voor de weigering van een Schengenvisum.
    Het is belangrijk dat visumaanvragers geïnformeerd worden over de documenten die bij een visumaanvraag moeten worden overlegd. Informatie hierover is voor aanvragers te vinden op de websites van de externe dienstverlener in Suriname (VFS Global) en van Nederland Wereldwijd, evenals in de bevestigingsmail van de afspraak voor het indienen van de visumaanvraag.

  • Vraag 4
    Wat is uw mening over het feit dat sinds de verwerking van visumaanvragen uit Suriname door het private bedrijf VFS Global wordt gedaan, Surinamers 30 Euro extra moeten betalen aan visumleges – voor velen erg veel geld, dat bij afwijzing ook niet teruggestort wordt? Vindt u het eerlijk dat het besluit om de verwerking van aanvragen uit te besteden leidt tot hogere kosten voor de aanvrager?

    Bij het Schengenvisumproces wordt door Nederland, evenals door andere Schengenlanden, wereldwijd samengewerkt met externe dienstverleners. De inzet van een externe dienstverlener (EDV) is inmiddels de norm geworden. De EU-Visumcode biedt daartoe de mogelijkheid. De dienstverlening door externe dienstverleners, tegen betaling van een service fee, wordt door visumaanvragers veelal als positief ervaren. Het ruime aanbod aan EDV-locaties in de wereld bespaart aanvragers tijd en (hogere) reis- en verblijfskosten voor het indienen van een visumaanvraag, omdat men hiervoor niet meer naar een ambassade hoeft te reizen. Daarnaast kan men bij een een externe dienstverlener extra diensten afnemen. Zo is het VFS-kantoor in Suriname tijdens piekperiodes ook op zaterdag geopend, kan er online een afspraak gemaakt worden, zijn er kopieer- en printmogelijkheden en kunnen de beslissingen van de CSO op de aanvragen klantvriendelijk worden geretourneerd per post of koerierdienst.
    De service fee is een vergoeding voor de dienstverleningskosten die door de externe dienstverleners worden gemaakt. Het in rekening brengen van een service fee door de externe dienstverlener is in overeenstemming met art.17 van de Visumcode.
    De service fee voor de externe dienstverlener maakt geen onderdeel uit van de visumleges. Deze laatste is bepaald bij art. 16 van de Visumcode. De service fee wordt niet terugbetaald, ook niet in geval van een visumweigering.

  • Vraag 5
    Hoe gaat u om met spoedaanvragen voor bijvoorbeeld begrafenissen of andere familiale omstandigheden? Kunt u ons cijfers geven over de hoeveelheid spoedaanvragen en het aantal goedgekeurde spoedaanvragen?

    Spoedeisende visumaanvragen worden niet als zodanig geregistreerd. Wel wordt – zoals dat ook het geval was gedurende de Covid-pandemie – voor urgente familieredenen (zoals bij overlijden of het bijwonen van begrafenissen) zoveel mogelijk maatwerk geboden, waardoor aanvragers met voorrang een afspraak kunnen maken en er snel wordt beslist op een dergelijke aanvraag. Hierbij speelt de ambassade een actieve rol.

  • Vraag 6
    Wat is uw reactie op de mogelijkheid dat het grote percentage afwijzingen van visumaanvragen van Surinamers te maken heeft met het feit dat lokaal ambassadepersoneel aanvragen beter in kan schatten vanwege contextuele kennis dan personeel op afstand in Den Haag? Bent u bereid dit verder te onderzoeken? Kunt u uw antwoord toelichten?

    De Nederlandse ambassades en consulaten leveren een belangrijke bijdrage aan het borgen van actuele kennis over de lokale omstandigheden bij de beslismedewerkers bij de CSO. Dit geldt ook voor de ambassade in Paramaribo. Er is geen aanleiding dit verder te onderzoeken. Zie ook het antwoord op de vragen 2 en 3.

  • Vraag 7
    Gaat u onderzoeken in hoeverre institutioneel racisme op het Ministerie van Buitenlandse Zaken de beoordeling van visumaanvragen van Surinamers beïnvloedt, gezien het recente rapport «Racisme bij het Ministerie van Buitenlandse Zaken: een verkennend onderzoek» (december 2022) impliceert dat racistische opvattingen, vooroordelen en vooringenomenheid ook kunnen bestaan bij personeel dat visumaanvragen behandelt? Zo ja, op welke termijn? Zo niet, kunt u uw antwoord toelichten?

    Bij de CSO wordt, ook gezien de grote mate van diversiteit van de medewerkers, veel aandacht besteed aan een veilige werkomgeving waarin geen ruimte is voor discriminatie. Het Racismerapport, diversiteit en inclusiviteit zijn onderwerpen die nadrukkelijk op de agenda staan. In dit kader worden door de CSO ook unconscious bias-workshops georganiseerd.
    Binnen de CSO wordt door verschillende regionale teams beslist. Zij toetsen de aanvragen op basis van objectieve beoordelingscriteria, die vastgelegd zijn in de EU-Visumcode, en op basis van lokale informatie die binnen de regionale teams voorhanden is. Er zijn voldoende waarborgen in het proces die vooringenomenheid of vooroordelen uitsluiten.

  • Vraag 8
    Kunt u toelichten in hoeverre er sprake is van een ontwikkeling waarbij ambassades de behandeling en beoordeling van visumaanvragen uitbesteden? Is hier sprake van groei, en kunt u toelichten wat de redenen zijn voor ambassades om de beoordeling van visumaanvragen in Den Haag te laten doen?

    Het Ministerie van Buitenlandse Zaken heeft het visumbeslisproces sinds 2017 stapsgewijs gecentraliseerd (in overeenstemming met de mogelijkheden die de EU-Visumcode hiertoe biedt). Dit betreft geen uitbesteding naar externe partijen maar overheveling naar het Ministerie van Buitenlandse Zaken in Den Haag. De beslissingen op visumaanvragen worden niet meer genomen door de posten, maar centraal door de beslismedewerkers bij de CSO in Den Haag in samenwerking met andere ketenpartners. Daarbij wordt ervoor zorg gedragen dat actuele lokale informatie over de context waarin de aanvraag is gedaan voldoende is gewaarborgd voor een gedegen informatiepositie van de beslismedewerkers bij de CSO. Het voordeel van centraal beslissen op visumaanvragen is naast harmonisatie van het visumproces en de CSO als kenniscentrum, een objectievere beoordeling van de visumaanvragen door een gescheiden front- en back-office. Het enige wat is uitbesteed is de inname van de aanvraag (zie antwoord op vraag 4).

  • Vraag 9
    Is een vergelijkbare groei in afwijzingen te zien bij visumaanvragen uit andere landen waarbij, net als bij Suriname, de beoordeling van aanvragen plaatsvindt in Den Haag en niet op de ambassade van het desbetreffende land? Kunt u deze toelichten? Kunt u hierbij specifiek ingaan op landen wiens inwoners vaak een nauwe familieband hebben in Nederland, zoals Turkije, Marokko en Indonesië?

    De toe- of afname van afwijzingen varieert per land. Uit onderstaande tabel blijkt dat het weigeringspercentage van Indonesië en Turkije een stijging vertoont. Voor Marokko vertoont het weigeringspercentage vanaf 2020 een daling.
    Land
    2022
    2021
    2020
    2019
    2018
    2017
    Marokko
    25,3%
    22,5%
    37,4%
    33,8%
    29,6%
    22,4%
    Indonesië
    7,5%
    6,3%
    3,2%
    2,4%
    2,9%
    1,7%
    Turkije
    18,5%
    19,1%
    18,9%
    15,8%
    11,9%
    8,9%

  • Vraag 10
    Welke mogelijkheden ziet u om visumaanvragen weer te behandelen in het land waarin de aanvraag is gedaan? Kunt u uw antwoord toelichten, inclusief op welke termijn dit weer mogelijk is?

    Het weer behandelen van visumaanvragen door de ambassades is niet aan de orde. Zie verder het antwoord op vraag 8.

  • Vraag 11
    Welke mogelijkheden ziet u om de kosten voor visumaanvragen voor de aanvrager weer terug te brengen door de verwerking hiervan niet uit te besteden aan commerciële bedrijven?

    Met het centraliseren van het visumbeslisproces naar de CSO in Den Haag en het wereldwijd uitbesteden van de inname van aanvragen aan externe dienstverleners, is de rol van de posten en daarmee de personele capaciteit van de ambassades in het visumproces beperkter geworden. Het beëindigen van de inzet van externe dienstverleners zou resulteren in een aanzienlijke vermindering van de dienstverlening aan visumplichtige burgers. Zo zou het aantal visumaanvragen dat kan worden ingenomen via de ambassades lager zijn dan wanneer gebruik wordt gemaakt van een externe dienstverlener. Daarnaast zouden aanvragers weer (verder) moeten reizen om de visumaanvraag in te dienen bij de ambassades en daarvoor hogere kosten voor reis en verblijf moeten betalen. Zie ook het antwoord op vraag 4.


Kamervraag document nummer: kv-tk-2023Z04868
Volledige titel: De stijging van het aantal afwijzingen van visumaanvragen van Surinamers
Kamerantwoord document nummer: ah-tk-20222023-2379
Volledige titel: Antwoord op vragen van het lid Sylvana Simons over de stijging van het aantal afwijzingen van visumaanvragen van Surinamers