Ingediend | 17 februari 2023 |
---|---|
Beantwoord | 16 maart 2023 (na 27 dagen) |
Indiener | Wybren van Haga (BVNL) |
Beantwoord door | Kuipers |
Onderwerpen | organisatie en beleid zorg en gezondheid |
Bron vraag | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2023Z02918.html |
Bron antwoord | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20222023-1871.html |
Nee. Deze centra gaan niet gesloten worden. Alleen de interventies bij kinderen met een aangeboren hartafwijking en bij volwassenen met een complexe aangeboren hartafwijking worden geconcentreerd bij het Erasmus MC en UMC Groningen. Alle andere zorg, ook voor hartpatiënten en patiënten met aangeboren hartafwijkingen, blijft beschikbaar bij de huidige ziekenhuizen.
Overigens betreft dit een voornemen. Pas na de fase van de zienswijzen wordt een definitief besluit genomen.
Goede zorg moet inderdaad gekoesterd worden. Volgens patiëntenorganisaties en de beroepsgroepen van artsen en chirurgen die bij deze interventies betrokken zijn, is concentratie van deze interventies juist nodig om de kwaliteit en continuïteit van zorg ook in de toekomst te borgen. Kinderen die geboren worden met een aangeboren hartafwijking zijn vanaf het begin kwetsbaar en verdienen de allerbest mogelijke zorg. Het veld komt er zelf niet uit waar de interventies geconcentreerd moeten worden, ook niet na de impactanalyse van de NZa. Daarom hebben de patiëntenorganisaties, juist om deze goede zorg te koesteren, bij mij aangedrongen op snelle besluitvorming.
Omdat volgens de beroepsgroep, patiëntenorganisaties, IGJ, NZa en umc’s zelf3, concentratie van deze interventies noodzakelijk is voor de kwaliteit en continuïteit van zorg, wil ik deze interventies in de toekomst niet in op vier locaties laten uitvoeren. Om vermijdbare risico’s te verminderen en de kwaliteit verder te verbeteren en om de werkdruk bij de betrokken artsen te verminderen is concentratie noodzakelijk.
Na het besluit van de voormalig Minister van VWS heeft de NZa op mijn verzoek een impactanalyse uitgevoerd.4 Daaruit kwam voort dat toegankelijkheid en regionale spreiding een belangrijk aandachtspunt was bij de concentratie van deze interventies. Voor uitgebreidere toelichting over mijn afweging verwijs ik naar mijn brief aan uw Kamer van 16 januari 2023 en de bijgevoegde adviesaanvraag aan de NFU en naar mijn brief over mijn voorgenomen besluit met bijlagen van 13 februari 2023.5
De impactanalyse heeft in kaart gebracht wat de impact is van concentratie voor de verschillende centra. Daaruit bleek dat elk centrum gevolgen ondervindt wanneer het deze interventies moeten loslaten. Nu een voorgenomen besluit is genomen kan concreet het gesprek worden gevoerd met de betreffende umc’s hoe mitigerende maatregelen deze gevolgen in goede banen kunnen leiden.
Omdat het alleen om concentratie van de hoog specialistische operaties gaat, hoeven de patiënten en hun ouders maar korte tijd in het interventiecentrum te verblijven en kunnen zij voor de nazorg weer terug naar hun eigen ziekenhuis in de eigen omgeving. Vaak gaat het om planbare operaties. De concentratie van deze interventies heeft als doel de kwaliteit van de interventies te verbeteren en de risico’s voor de patiënten te verminderen. Patiëntenorganisaties hebben daarop aangedrongen. Meer dan 80% van de patiënten geeft aan verder te willen reizen als dat nodig is voor een betere kwaliteit van de operatie.6
De vragen van het lid Van Haga (Groep Van Haga) over het sluiten van kinderhartcentra in Utrecht en Leiden (2023Z02918) kunnen tot mijn spijt niet binnen de gebruikelijke termijn worden beantwoord. De reden van het uitstel is dat de afstemming ten behoeve van de beantwoording meer tijd vergt. Ik zal u zo spoedig mogelijk de antwoorden op de Kamervragen doen toekomen.