Kamervraag 2022Z18578

Hoe we een wereld van verschil kunnen maken voor de ruim twee miljoen koeien, stieren en kalfjes die jaarlijks worden geslacht in de veehouderij

Ingediend 5 oktober 2022
Beantwoord 9 november 2022 (na 35 dagen)
Indiener Leonie Vestering (PvdD)
Beantwoord door Piet Adema (minister landbouw, natuur en voedselkwaliteit) (CU)
Onderwerpen dieren landbouw
Bron vraag https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2022Z18578.html
Bron antwoord https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20222023-686.html
  • Vraag 1
    Wat ging er door u heen toen u hoorde dat er op dit moment ruim 3,8 miljoen runderen, waaronder meer dan een miljoen kalfjes in de vleeskalverhouderij, opgesloten zitten in Nederlandse stallen?1

    Ik vind dat dieren meer zijn dan een object of eigendom, het zijn levende wezens met een eigen waarde, los van de (gebruiks)waarde die de mens er aan toekent. Deze intrinsieke waarde van dieren is vastgelegd in de Wet dieren en vormt dan ook het uitgangspunt van mijn beleid. We dienen met respect met ze om te gaan, ze goed te behandelen en goede huisvesting en verzorging te bieden, van fok tot slacht.
    Opinies over wat een goede en verantwoorde manier is om met dieren om te gaan en waarvoor of waarom dieren gehouden mogen worden verschillen. In Nederland en Europa hebben we afgesproken dat dieren gehouden mogen worden voor productie. In de afgelopen decennia is mede op basis van maatschappelijke en politiek opvattingen over het omgaan met dieren en op basis van beschikbare wetenschappelijke kennis, een regelgevend kader tot stand gekomen. De (Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA) ziet toe op de naleving daarvan. Maar het denken over dieren verandert en er komt steeds meer wetenschappelijke kennis beschikbaar over gedrag, emoties, welzijn en gezondheid van dieren. Dat leidt tot een politieke en maatschappelijke wens om nog eens goed te kijken naar hoe we dieren mogen houden. En dat wordt ook gedaan, denk hierbij aan de herziening van de EU-regelgeving op dierenwelzijn en het convenant «dierwaardige veehouderij». Daarnaast hebben veehouders afgelopen jaren, samen met dierenwelzijnsorganisaties, al stevige stappen gezet richting beter dierenwelzijn.

  • Vraag 2
    Wat ging er door u heen toen u hoorde dat er jaarlijks ruim 1,5 miljoen kalfjes en 544.000 volwassen runderen worden geslacht in de Nederlandse slachthuizen?2

    Zie het antwoord op vraag 1.

  • Vraag 3
    Realiseerde u zich al voordat u aan deze baan begon dat kalfjes in de melkveehouderij direct bij hun moeder worden weggehaald, omdat de melk naar de zuivelfabriek gaat?

    Ja, daar was ik mij van bewust.

  • Vraag 4
    Wat vindt u ervan dat een koe inmiddels 35.000 liter melk moet produceren in haar leven, 28 liter per dag, wat zo’n aanslag vormt op haar lichaam dat jaarlijks één op de vijf koeien kreupel is, één op de vier koeien pijnlijke ontstekingen in haar uier heeft en één op de twee koeien wonden en/of ontstekingen aan haar klauwen heeft?

    Ik vind het belangrijk dat koeien gezond zijn. Door de sector wordt veel aandacht geschonken aan het verbeteren van de diergezondheid en het dierenwelzijn, het is één van de vier hoofdthema’s van de Duurzame Zuivelketen en via private keurmerken wordt er extra voor beloond (zoals via On the way to Planet Proof, via Beter voor Koe, Boer en Natuur en Caring Dairy). Er is onder andere op sectorniveau integraal ten doel gesteld om de levensduur van melkvee te verhogen. Daarnaast wordt in de sector gewerkt met de KoeMonitor, Welzijnsmonitor en KalfOK om diergezondheid en dierenwelzijn van kalf en koe te verbeteren en is een verantwoord gebruik van diergeneesmiddelen speerpunt. In de genoemde keurmerken en programma’s worden specifieke eisen gesteld aan diergezondheid, waaronder op gebied van klauwgezondheid. Hierbij aangesloten melkveehouders wordt gestimuleerd om extra nascholingscursussen, waaronder op het gebied van klauwverzorging, te volgen.
    Er is overigens een stijging te zien in de levensduur van melkvee in Nederland: voor het jaar 2022 is de levensduur van melkkoeien gestegen tot 2.233 levensdagen bij afvoer, ten opzichte van 2.025 dagen in 2018. Met de andere opgaven op het gebied van diergezondheid en dierenwelzijn kan een verhoging van de levensduur van koeien alleen bereikt worden als dieren daadwerkelijk gezond blijven.

  • Vraag 5
    Wat vindt u ervan dat meer dan de helft van de kalfjes in de vleeskalverhouderij lijdt aan longaandoeningen, zoals longontsteking en borstvliesontsteking?

    Ik vind het belangrijk dat kalveren gezond zijn. Mijn voorganger heeft u in april dit jaar geïnformeerd over (ook positieve) ontwikkelingen in de kalverketen (Kamerstuk 29 683, nr. 1236). De kalversterfte en het antibioticumgebruik in de kalversector zijn gedaald en de melkvee- en kalversector hebben overeenstemming bereikt over de bestrijding van IBR en BVD. Daarnaast bereidt de sector zich voor op het verplaatsen van kalveren vanaf vier in plaats van twee weken wat mogelijk positieve gevolgen zal hebben op de kalvergezondheid. Zoals u weet is het overleg wat moeten leiden naar een convenant dierwaardige veehouderij recent gestart. Een van de principes binnen een dierwaardige veehouderij is een goede diergezondheid. Dat is van groot belang voor het dier, de veehouder en de maatschappij.
    Met de samenwerkingsregeling pilots gezonde kalverketen (Kamerstuk 29 683, nr. 1236) wil ik systeeminnovatie en vernieuwing stimuleren en onderzoeken in welke mate een systeemverandering kan bijdragen aan een integrale oplossing van diergezondheids- en welzijnsproblemen. Als dergelijke aanpassingen effectief, haalbaar, betaalbaar en schaalbaar zijn, kunnen deze in de toekomst mogelijk een aanvulling vormen op managementmaatregelen.

  • Vraag 6
    Wist u dat koeien sociale kuddedieren zijn, eigen voorkeuren hebben en onderlinge vriendschappen opbouwen? Wist u dat de leiders in de kudde geen dominante, maar sociale, onafhankelijke individuen zijn?

    Er is veel bekend over gedrag en gedragsbehoeftes van koeien. Momenteel laat ik mede naar aanleiding van de motie Van der Plas c.s. (Kamerstuk 28 286, nr. 1192) de wetenschappelijke kennis in kaart brengen van gedragsbehoeftes van verschillende landbouwhuisdieren.

  • Vraag 7
    Denkt u dat kalfjes, als ze mochten kiezen, zouden kiezen voor een leven in de Nederlandse veehouderij met gemiddeld 1,5 tot 1,8m2 bewegingsruimte? Denkt u dat als kalfjes mochten kiezen, ze liever bij hun moeder zouden blijven, en andersom?

    Melkkoeien en kalveren zullen een stal en houderij prefereren waarin ze hun gedragsbehoeftes kunnen uiten, waaronder maternaal gedrag en zooggedrag. De minimum beschikbare oppervlakte om te bewegen en te rusten, is een van de criteria waar rekening mee dient te worden gehouden bij de ontwerp van een dergelijke stal.
    Mijn voorganger heeft uw Kamer in 2018 geïnformeerd over de beleidslijn ten aanzien van de leeftijd waarbij het kalf van de koe wordt gescheiden (Kamerstuk 28 286, nr. 942). Het is aan de melkveehouder om de afweging te maken hoe lang het kalf bij de koe wordt gehouden. Om melkveehouders te faciliteren die overwegen het kalf voor bepaalde tijd bij de koe te houden hebben de Dierenbescherming, Wageningen UR, het Louis Bolk Instituut en de sector met financiële ondersteuning van de overheid een sectorbrede inventarisatie uitgevoerd over de kennis en ervaring rond het houden van kalveren bij de koe. De resultaten van deze verkenning zijn in 2018 gepubliceerd in de uitgebreide brochure «Verkenning kalf bij de koe».

  • Vraag 8
    Wat gaat u voor al deze dieren doen, als nieuwe Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, waarin u expliciet de verantwoordelijkheid draagt voor dierenwelzijn en diergezondheid?

    Naast het (NVWA-)toezicht op naleving van de normen in de regelgeving op het gebeid van dierenwelzijn en diergezondheid, zal ik mij met name inzetten op het volgende:

  • Vraag 9
    Bent u bereid om bij ieder besluit dat u neemt de belangen van deze dieren zorgvuldig af te wegen en te verantwoorden, waarbij u rekening houdt met de in de Wet dieren opgenomen en erkende intrinsieke waarde van dieren en de vele beloften die door uw voorgangers zijn gedaan?

    Ja, op grond van de Wet dieren dient de overheid bij het stellen van regels bij of krachtens die wet en bij het nemen van op die regels gebaseerde besluiten het belang van het dier expliciet mee te wegen, onverminderd andere gerechtvaardigde belangen. Ik betrek daarbij ook beloftes van mijn voorgangers voor zover deze passend zijn binnen het huidige kabinetsbeleid.

  • Mededeling - 21 oktober 2022

    De vragen van lid Vestering (PvdD) over de eenden (kenmerk 2022Z18573), kippen (kenmerk 2022Z18574), varkens (kenmerk 2022Z18575), geiten (kenmerk 2022Z18577), runderen (kenmerk 2022Z18578), schapen (kenmerk 2022Z18586), konijnen (kenmerk 2022Z18587) en stalbranden (kenmerk 2022Z18596) kunnen niet binnen de gebruikelijke termijn worden beantwoord. De reden voor uitstel is dat het gaat om een grote hoeveelheid vragen die gelijktijdig worden gesteld. Dit doet een stevig beroep op de beschikbare menskracht binnen mijn departement en op mij. Om de vragen zorgvuldig te beantwoorden en af te stemmen is tijd nodig. Uiteraard zal ik mijn best doen de antwoorden zo spoedig mogelijk naar uw Kamer te sturen.


Kamervraag document nummer: kv-tk-2022Z18578
Volledige titel: Hoe we een wereld van verschil kunnen maken voor de ruim twee miljoen koeien, stieren en kalfjes die jaarlijks worden geslacht in de veehouderij
Kamerantwoord document nummer: ah-tk-20222023-686
Volledige titel: Antwoord op vragen van het lid Vestering over hoe we een wereld van verschil kunnen maken voor de ruim twee miljoen koeien, stieren en kalfjes die jaarlijks worden geslacht in de veehouderij