Ingediend | 5 oktober 2022 |
---|---|
Beantwoord | 9 november 2022 (na 35 dagen) |
Indiener | Leonie Vestering (PvdD) |
Beantwoord door | Piet Adema (minister landbouw, natuur en voedselkwaliteit) (CU) |
Onderwerpen | dieren landbouw |
Bron vraag | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2022Z18575.html |
Bron antwoord | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20222023-688.html |
Ik vind dat dieren meer zijn dan een object of eigendom, het zijn levende wezens met een eigen waarde, los van de (gebruiks)waarde die de mens er aan toekent. Deze intrinsieke waarde van dieren is vastgelegd in de Wet dieren en vormt dan ook het uitgangspunt van mijn beleid. We dienen met respect met ze om te gaan, ze goed te behandelen en goede huisvesting en verzorging te bieden, van fok tot slacht.
Opinies over wat een goede en verantwoorde manier is om met dieren om te gaan en waarvoor of waarom dieren gehouden mogen worden verschillen. In Nederland en Europa hebben we afgesproken dat dieren gehouden mogen worden voor productie. In de afgelopen decennia is mede op basis van maatschappelijke en politiek opvattingen over het omgaan met dieren en op basis van beschikbare wetenschappelijke kennis, een regelgevend kader tot stand gekomen. De (Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA) ziet toe op de naleving daarvan. Maar het denken over dieren verandert en er komt steeds meer wetenschappelijke kennis beschikbaar over gedrag, emoties, welzijn en gezondheid van dieren. Dat leidt tot een politieke en maatschappelijke wens om nog eens goed te kijken naar hoe we dieren mogen houden. En dat wordt ook gedaan, denk hierbij aan de herziening van de EU-regelgeving op dierenwelzijn en het convenant «dierwaardige veehouderij». Daarnaast hebben veehouders afgelopen jaren, samen met dierenwelzijnsorganisaties, al stevige stappen gezet richting beter dierenwelzijn.
Zie mijn antwoord op vraag 1.
Ja.
In veel lidstaten, waaronder Nederland, is het couperen van varkensstaarten op de meeste zeugenbedrijven nog de praktijk. Dit is niet wenselijk. Op grond van richtlijn 2008/120/EG van de Raad van 18 december 2008 tot vaststelling van minimumnormen ter bescherming van varkens mag couperen alleen plaatsvinden als er sprake is van (bijt)schade aan staarten en/of oren, en de houder vooraf maatregelen heeft genomen om het risico op staartbijten te verminderen. In samenwerking met de NVWA beziet het Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit hoe de open geformuleerde elementen uit dit verbod op het routinematig couperen nader ingevuld kan worden, zodanig dat dit verbod beter handhaafbaar wordt. Daarnaast zet ik me in het kader van het convenant dierwaardige veehouderij in om ingrepen, waaronder het couperen, uit te faseren.
Ja, het klopt dat een varken een zindelijk dier is. Daarom is het van belang dat er een aparte ruimte is in het hok waar de varkens kunnen urineren en mesten. Voor de hygiëne en daarmee de diergezondheid is het daarbij van belang dat de mest in deze ruimte makkelijk kan worden afgevoerd. De ligplaats van de dieren dient zo veel mogelijk schoon te zijn. Als een hok besmeurd is met uitwerpselen kan de oorzaak liggen in onder andere een ontoereikend stalklimaat.
Ik vind het belangrijk dat varkens gezond zijn. Een dier dat lijdt aan een long- of borstvliesontsteking heeft hier last van. Long- en borstvliesontstekingen zijn vaak bedrijfsgebonden aandoeningen die kunnen ontstaan door veel verschillende factoren. De directe leefomgeving van het varken kan één van die factoren zijn. Aan deze leefomgeving zijn wettelijke voorwaarden verbonden, zoals dat de luchtcirculatie, het stofgehalte van de lucht, de temperatuur, de relatieve luchtvochtigheid en de gasconcentraties in de omgeving van het dier niet schadelijk mogen zijn voor het dier (Besluit houders van dieren, art. 2.5, lid 4). Het is de verantwoordelijkheid van de varkenshouder dat hieraan wordt voldaan. De NVWA houdt hier toezicht op.
Ja, daar ben ik me van bewust. in het Besluit houders van dieren is geen verplichting opgenomen ten aanzien van daglicht; wel is er een norm opgenomen ten aanzien van het aantal uur per dag dat er (kunst)licht is in de stal. Via de Maatlat Duurzame Veehouderij (MDV) ondersteunt de overheid houders die een nieuwe stal bouwen op voorwaarde dat deze stal aan een aantal (welzijns)eisen voldoet. Een houder die onder andere investeert in daglicht in de stallen, kan in aanmerking komen voor het MDV-certificaat.
Er is veel bekend over gedrag en gedragsbehoeftes van varkens. Momenteel laat ik mede naar aanleiding van de motie Van der Plas c.s. (Kamerstuk 28 286, nr. 1192) de wetenschappelijke kennis in kaart brengen van gedragsbehoeftes van verschillende landbouwhuisdieren.
Varkens zullen een stal prefereren waarin ze hun gedragsbehoeftes kunnen uiten. De minimum beschikbare oppervlakte om te bewegen, rusten, exploreren etc., is een van de criteria waar rekening mee dient te worden gehouden bij het ontwerp van een dergelijke stal.
Naast het (NVWA) toezicht op naleving van de normen in de regelgeving op het gebied van dierenwelzijn en diergezondheid, zal ik mij met name inzetten op het volgende:
Ja, op grond van de Wet dieren dient de overheid bij het stellen van regels bij of krachtens die wet en bij het nemen van op die regels gebaseerde besluiten het belang van het dier expliciet mee te wegen, onverminderd andere gerechtvaardigde belangen. Ik betrek daarbij ook beloftes van mijn voorgangers voor zover deze passend zijn binnen het huidige kabinetsbeleid.
De vragen van lid Vestering (PvdD) over de eenden (kenmerk 2022Z18573), kippen (kenmerk 2022Z18574), varkens (kenmerk 2022Z18575), geiten (kenmerk 2022Z18577), runderen (kenmerk 2022Z18578), schapen (kenmerk 2022Z18586), konijnen (kenmerk 2022Z18587) en stalbranden (kenmerk 2022Z18596) kunnen niet binnen de gebruikelijke termijn worden beantwoord. De reden voor uitstel is dat het gaat om een grote hoeveelheid vragen die gelijktijdig worden gesteld. Dit doet een stevig beroep op de beschikbare menskracht binnen mijn departement en op mij. Om de vragen zorgvuldig te beantwoorden en af te stemmen is tijd nodig. Uiteraard zal ik mijn best doen de antwoorden zo spoedig mogelijk naar uw Kamer te sturen.