Ingediend | 22 april 2022 |
---|---|
Beantwoord | 1 juni 2022 (na 40 dagen) |
Indiener | Roelof Bisschop (SGP) |
Beantwoord door | Hanke Bruins Slot (minister binnenlandse zaken en koninkrijksrelaties) (CDA) |
Onderwerpen | bestuur organisatie en beleid |
Bron vraag | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2022Z08255.html |
Bron antwoord | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20212022-2937.html |
Ja.
De eed of belofte voor politieke ambtsdragers dient in alle gevallen conform het geldende wettelijke voorschrift te worden uitgesproken. Dat onderstreept zowel het bijzondere karakter als de herkenbaarheid, welke ik beide van belang vind.
De eed of belofte voor politieke ambtsdragers dient in alle gevallen conform het geldende wettelijke voorschrift te worden uitgesproken. Dat de wetgever geen ruimte voor afwijking heeft geboden, is door de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State in genoemde uitspraak bevestigd.
Ik zal hier voortaan de voorzitters en griffiers in de voorlichting bij de verkiezingen op wijzen. Ook zal ik de antwoorden op de onderhavige vragen ter kennis laten brengen aan de koepels en beroepsverenigingen in het decentraal bestuur.
Aangezien de eed of belofte ingevolge artikel 14 Gemeentewet een constitutief vereiste is voor raadsleden om hun functie te kunnen uitoefenen, leidt een gebrek bij het afleggen hiervan ertoe dat de persoon in kwestie niet geldig kan deelnemen aan de beraadslaging en besluitvorming. De beslissing om de eed of belofte opnieuw af te leggen, is uiteindelijk aan de persoon in kwestie, waarbij de burgemeester als voorzitter van de raad de verantwoordelijkheid heeft betrokkene te wijzen op het belang hiervan voor zijn positie als raadslid en de consequenties voor de rechtsgeldigheid van de besluitvorming. Besluitvorming waar de persoon in kwestie aan deelneemt, kan worden voorgedragen voor schorsing en vernietiging of kan ter beoordeling aan de rechter worden voorgelegd.
De desbetreffende gemeenten zijn via de provincie geïnformeerd; de raadsleden in kwestie hebben de eed of belofte inmiddels opnieuw afgelegd, zodat geen verdere interventie vereist is.
Hierbij deel ik u mede dat de aan mij gestelde Kamervragen van het lid Bisschop (SGP) over de berichten «Waarom een moslimpoliticus de eed niet mag wijzigen» en «Eed aan Allah door raadslid niet geldig», ingezonden op 22 april 2022 met kenmerk 2022Z08255, niet binnen de gebruikelijke termijn kunnen worden beantwoord. Voor de beantwoording van de vragen is meer tijd nodig. De reden van het uitstel is dat voor de beantwoording van de gestelde vragen afstemming met decentrale overheden noodzakelijk is. Ik zal u naar verwachting uiterlijk deze maand de antwoorden op de Kamervragen doen toekomen.