Ingediend | 11 februari 2022 |
---|---|
Beantwoord | 1 maart 2022 (na 18 dagen) |
Indieners | Agnes Mulder (CDA), Derk Boswijk (CDA) |
Beantwoord door | Christophe van der Maat (staatssecretaris defensie) (VVD) |
Onderwerpen | defensie internationaal |
Bron vraag | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2022Z02609.html |
Bron antwoord | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20212022-1934.html |
Ja.
Ja.
Zoals ik in mijn begeleidende brief aangeef is Defensie gestart met een interne verkenning naar een gezonde, toekomstbestendige en duurzame vastgoedportefeuille, langs de lijnen van concentreren, verduurzamen en vernieuwen. Bij deze verkenning neemt Defensie al haar vastgoed in Nederland onder de loep en kijkt daarbij naar verschillende factoren. Het is dus te kort door de bocht om te stellen dat ik voornemens ben de Johan Willem Frisokazerne te sluiten, maar deze kazerne maakt wel onderdeel uit van deze verkenning. Voor Drenthe kan het concentreren van ons vastgoed betekenen dat Defensie haar aanwezigheid concentreert in Havelte. Het is mijn streven om bij de uiteindelijke keuzes die worden gemaakt de werkgelegenheid in de regio zo veel als mogelijk te behouden. Dit geldt voor alle regio’s waar ons plan uiteindelijk gevolgen zal hebben.
Er is in totaal 15,5 miljoen euro geïnvesteerd in de Johan Willem Frisokazerne, waarvan 4,5 miljoen euro door de Dienst Vervoer en Ondersteuning (DVO) van de Dienst Justitiële Inrichtingen (DJI) en 11 miljoen euro door Defensie. Deze investeringen waren noodzakelijk om aan wettelijke verplichtingen te voldoen en het personeel een veilige werk- en leefomgeving te bieden. Ondanks deze investeringen is de kazerne nog niet voldoende toekomstbestendig en duurzaam.
Zoals ik in mijn begeleidende brief heb gesteld, ben ik voornemens in april een brief te sturen waarin ik de contouren van de huidige verkenning met uw Kamer deel. Verder streef ik ernaar om uw Kamer rond de zomer wederom te informeren met een verdieping hierop. Ik kan nu nog geen inzicht geven in welk vastgoed als gevolg van onze plannen zou moeten worden afgestoten.
Bij de uitwerking van de opgave heeft Defensie oog voor de regionale impact. Dat gebeurt enerzijds door te streven naar het behoud van regionale werkgelegenheid. Anderzijds bieden vrijkomende locaties kansen voor maatschappelijke vraagstukken als woningbouw en verduurzaming. Dit vraagt om een zorgvuldig proces en nauwe afstemming met medeoverheden, op Rijks-, provinciaal- en gemeentelijk niveau. Ik ben me ervan bewust dat toekomstige keuzes desondanks op regionaal niveau impact kunnen hebben. Zoals gesteld bevindt Defensie zich nog in de verkenningsfase en zullen regio’s worden uitgenodigd daarover mee te denken.
Als kabinet kijken wij naar de regionale impact van de keuzes die worden gemaakt. Ik heb in mijn begeleidende brief aangegeven hoe ik het proces op hoofdlijnen voor de komende maanden voor mij zie, in de Kamerbrief die ik u in april zal sturen ga ik hier verder op in.
Defensie bevindt zich nog in de verkenningsfase en er is daarom nog geen analyse van de totale effecten van de diverse ontwikkelingen rond Assen. De regio’s zullen worden uitgenodigd om hierover in gesprek te gaan en mee te denken. Op grond daarvan kan ik met mijn collega’s in het kabinet op zoek gaan naar mogelijke oplossingen.
Defensie bevindt zich nu nog in de verkenningsfase om de opdracht uit het coalitieakkoord uit te voeren. In de verkenning wordt onder meer onderzocht waar Defensie regionaal verder kan concentreren. Het concentreren van eenheden in Havelte is daarbij een optie, mede vanwege de ruimtelijke mogelijkheden, en ook om onze aanwezigheid in Noord-Nederland te behouden. In april wil ik uw Kamer meenemen in de eerste contouren van de interne verkenning.
Het is nog niet mogelijk om rijksbrede perspectieven met de Kamer te delen omdat we dat stadium nog niet hebben bereikt. Ik kan niet vooruitlopen op de inhoud van gesprekken die ik eerst met de regio wil voeren. Daarnaast heb ik de regio opgeroepen met ons mee te denken over wat CVV kan betekenen voor de regio en mee te denken over mogelijkheden.
Defensie zet in op rijksbrede coördinatie waar dat van toepassing is. Voor sommige regio’s zal de concentratie van vastgoed positief zijn en de mate van samenhang met andere opgaven kan per regio verschillen. Daar waar de concentratie gepaard gaat met moeilijke keuzes, vraagt dit om een zorgvuldig proces en nauwe afstemming met medeoverheden. Dat betekent dat we als kabinet in gesprek gaan met de regionale partners over de opgaven die er liggen en samen kijken hoe we regionale belangen kunnen meenemen in de besluitvorming. Dit om als rijksoverheid aanspreekbaar te zijn op eventuele regionale effecten en mogelijke toekomstige kansen op huidige defensie-locaties. We zitten nu in de verkenningsfase om de opdracht van het coalitieakkoord uit te voeren en nodigen de regio’s uit daarover met ons mee te denken.