Ingediend | 2 juli 2021 |
---|---|
Beantwoord | 20 augustus 2021 (na 49 dagen) |
Indieners | Peter Kwint , Lisa Westerveld (GL) |
Beantwoord door | Arie Slob (minister onderwijs, cultuur en wetenschap) (CU) |
Onderwerpen | gezin en kinderen onderwijs en wetenschap organisatie en beleid sociale zekerheid |
Bron vraag | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2021Z12515.html |
Bron antwoord | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20202021-3770.html |
De rechter heeft uitgesproken dat de casus bij de betreffende school gaat over toezicht tijdens de middagpauze zoals bedoeld in artikel 45 Wet op het primair onderwijs (WPO) en niet om de vrijwillige ouderbijdrage als bedoeld in artikel 41a van de WPO. Ik respecteer de uitspraak van de rechter. De uitspraak ondersteunt de beleidslijn van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap.
Artikel 45 van de WPO bepaalt dat het bevoegd gezag zorg draagt voor een voorziening voor leerlingen om de middagpauze onder toezicht door te brengen, indien ouders hierom verzoeken. De kosten die hieruit voortvloeien komen voor rekening van de ouders (artikel 45, eerste lid, onderdeel d WPO). Indien de oudergeleding heeft ingestemd met een verplichte aanwezigheid van leerlingen tijdens de pauze en de lunchpauze is aangemerkt als onderwijstijd, dan is er sprake van een continurooster en kan voor deze tijd geen verplichte geldelijke bijdrage van ouders worden gevraagd. In alle andere gevallen geldt dat ouders gehouden zijn aan het betalen van de kosten van de tussenschoolse opvang als zij daar gebruik van maken.
Zie ook het antwoord op vraag 1. In artikel 45 WPO worden regels gesteld over de tussenschoolse opvang. Als de tussenschoolse opvang niet onder de onderwijstijd valt, kan hiervoor een bijdrage van ouders worden gevraagd. Dit is niet afhankelijk van de personen die de opvang verzorgen. Ten minste de helft van de degenen die met het toezicht op de leerlingen worden belast in de tussentijdse opvang moet scholing op het gebied van overblijven hebben gevolgd. Ook moeten alle personen die toezicht houden op de leerlingen beschikken over een verklaring omtrent het gedrag.
De geschetste situatie in de vraag is volgens de regels niet mogelijk. Er is alleen sprake van een continurooster als leerlingen verplicht zijn om tijdens de lunchpauze op school te blijven. Het is aan de school om te bepalen of zij de leerlingen wil verplichten in de pauze op school te blijven (schooltijd) en of men zodoende de pauze wil laten meetellen als onderwijstijd. In de onderwijswetgeving worden geen voorschriften gegeven voor de indeling van de onderwijstijd en de lengte van pauzetijden.
Indien er sprake is van een continurooster dan mag de school daarvoor geen verplichte bijdrage van de ouders vragen. Indien scholen zich hier niet aan houden, dan kunnen ouders de school of het schoolbestuur daar op aanspreken en eventueel een signaal afgeven bij de Inspectie van het Onderwijs. De Inspectie van het Onderwijs ziet toe op de naleving van de onderwijswet- en regelgeving. De uitspraak van de rechter bevestigt de huidige regels over tussenschoolse opvang.
Ik betreur het dat op de betreffende school onenigheid is ontstaan tussen ouders en het schoolbestuur over de kosten voor de tussenschoolse opvang en dat dit tot een rechtszaak heeft geleid. Uit de ontvangen informatie blijkt dat het bestuur zich gehouden heeft aan de regels omtrent raadpleging van de ouders en instemming van de oudergeleding van de medezeggenschapsraad. Ik zie geen aanleiding om de regels over het al dan niet mogen vragen van een verplichte ouderbijdrage aan te scherpen. De wet en deze uitspraak van de rechter bieden voldoende duidelijkheid.
Ingevolge artikel 13, eerste lid, onder h van de Wet medezeggenschap op scholen (WMS) kan een school alleen met instemming van de oudergeleding van de medezeggenschapsraad beslissen of de lunchtijd onder de onderwijstijd valt of niet. Bovendien moeten ouders worden geraadpleegd voorafgaand aan het nemen van een besluit over het vaststellen van de onderwijstijd (artikel 15, derde lid WMS).
Op de betreffende school heeft de medezeggenschapsraad, waaronder de ouder- en de personeelsgeleding, schriftelijk ingestemd met het gewijzigde rooster en de kosten die samenhangen met de tussenschoolse opvang. Een ouderraadpleging heeft eveneens plaatsgevonden. Voorafgaand aan de invoering van het nieuwe rooster heeft een proefperiode plaatsgevonden waarna een stemming onder ouders en personeel heeft plaatsgevonden. Een grote meerderheid heeft gestemd vóór wijziging van de duur van de pauze en de wijze waarop deze is vormgegeven.
Artikel 45 van de Wet op het primair onderwijs is helder over de vraag wanneer kosten voor het overblijven op school mag worden gevraagd. Ik zie geen aanleiding aanvullende richtlijnen op te stellen.
Nee, de wetswijziging vrijwillige ouderbijdrage die per 1 augustus 2021 is ingegaan geldt niet voor de tussenschoolse opvang, zoals bedoeld in Artikel 45 van de Wet op het primair onderwijs.
Op 2 juli jongsleden hebben de leden Kwint (SP) en Westerveld (GroenLinks) van uw Kamer schriftelijke vragen gesteld over vrijwillige of verplichte ouderbijdrage voor kosten overblijven op school (2021Z12515). Tot mijn spijt is zorgvuldige beantwoording binnen de gestelde termijn niet mogelijk. Ik zal de vragen zo snel mogelijk, maar in ieder geval voor het einde van het zomerreces beantwoorden.