Ingediend | 14 april 2021 |
---|---|
Beantwoord | 4 juni 2021 (na 51 dagen) |
Indiener | Sylvana Simons (BIJ1) |
Beantwoord door | Mark Rutte (minister-president , minister algemene zaken) (VVD) |
Onderwerpen | criminaliteit openbare orde en veiligheid |
Bron vraag | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2021Z05957.html |
Bron antwoord | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20202021-3034.html |
Ja.
Ja.
Het Kabinet begrijpt heel goed dat de weduwe en de andere nabestaanden van de heer Soumokil informatie willen over zijn laatste rustplaats, ook voor de verwerking van hun verlies. Het Ministerie van Buitenlandse Zaken heeft de kwestie sinds de toezegging in 2010 meerdere keren aangekaart bij de Indonesische autoriteiten. Dit gebeurde voor het laatst in 2015, toen het ministerie middels een brief aan de Indonesische ambassade in Den Haag om aandacht vroeg voor het verzoek van de weduwe van de heer Soumokil om meer details over de locatie van het graf. Op deze brief is geen reactie ontvangen. Ook eerdere pogingen resulteerden niet in meer duidelijkheid over de omstandigheden van de dood van de heer Soumokil en de locatie van het graf. Daarom acht ik het niet kansrijk om de kwestie nogmaals aan de orde te stellen.
Zie antwoord vraag 3.
Zie antwoord vraag 3.
De bewuste vlag is niet in eigendom van de Staat. Bijgevolg kan de Staat niet besluiten over teruggave. Daar komt bij dat de vlag is ingezet als symbool tijdens een gewelddadige gijzelingsactie en dat Nederland de «Republiek der Zuid-Molukken» niet erkent. Hierom zal het kabinet ook niet bemiddelen in deze kwestie.
Zie antwoord vraag 6.
De territoriale integriteit van Indonesië staat voor het Kabinet niet ter discussie. Het Koninkrijk der Nederlanden erkent de «Republiek der Zuid-Molukken» niet. Een gesprek tussen mij en de heer Wattilete is derhalve niet aan de orde.