Kamervraag 2020Z25616

Het bericht ‘Brandbom bij Syrisch gezin in Heerlen: burenruzie of racisme’

Ingediend 21 december 2020
Beantwoord 25 januari 2021 (na 35 dagen)
Indiener Tunahan Kuzu (DENK)
Beantwoord door Ferdinand Grapperhaus (minister justitie en veiligheid) (CDA), Ankie Broekers-Knol (staatssecretaris justitie en veiligheid) (VVD), Kajsa Ollongren (viceminister-president , minister binnenlandse zaken en koninkrijksrelaties) (D66)
Onderwerpen criminaliteit openbare orde en veiligheid
Bron vraag https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2020Z25616.html
Bron antwoord https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20202021-1443.html
1. De Limburger, 12 december 2020, «Brandbom bij Syrisch gezin in Heerle…
2. Rb. Limburg 12 november 2020, ECLI:NL:RBLIM:2020:8547
  • Vraag 1
    Bent u bekend met het bericht «Brandbom bij Syrisch gezin in Heerlen: burenruzie of racisme» en de situatie rondom het Syrische gezin dat maandenlang bedreigd, geïntimideerd en gewelddadig wordt aangevallen door bewoners uit de eigen buurt?1

    Ja.

  • Vraag 2
    Heeft u kennisgenomen van de beelden van de bedreiging, intimidatie en geweld jegens het vluchtelingengezin, die circuleren op verschillende sociale media kanalen? Zo ja, wat vindt u daarvan?

    In het algemeen wil ik benadrukken dat intimidatie, geweld en bedreiging niet thuishoren in onze samenleving. Politie en het OM hebben onderzoek ingesteld naar de incidenten. Lopende dit onderzoek wil ik niet inhoudelijk ingaan op deze specifieke casus en de eventuele incidenten. Het gezin in kwestie betreft heeft niet de vluchtelingenstatus maar het betreft statushouders.

  • Vraag 3
    Kunt u toezeggen dat u alles in het werk zal stellen om de veiligheid van het Syrische vluchtelingengezin en andere betrokkenen te garanderen?

    De verantwoordelijkheid voor de veiligheid van haar burgers ligt primair bij de lokale overheid. Met alle ketenpartners (gemeente, politie, OM, Veiligheidshuis, woningcorporaties) wordt er volop ingezet om de leefbaarheid voor en veiligheid van betrokkenen en omwonenden zo goed mogelijk te kunnen waarborgen. Daarnaast wordt er gezocht naar nieuwe (structurele) huisvesting voor beide gezinnen. Zij zijn momenteel ondergebracht in tijdelijke huisvesting elders in het land.

  • Vraag 4
    Deelt u de mening dat alle vormen van bedreiging, intimidatie en geweld jegens vluchtelingen te allen tijde onacceptabel zijn? Zo nee, waarom niet?
  • Vraag 5
    Deelt u de mening dat het in deze kwestie niet gaat om een burenruzie, gezien de ernst van de situatie?
  • Vraag 6
    Uit welke hoek waren de bedreigingen, intimidatie en geweld jegens het vluchtelingengezin volgens u afkomstig?
  • Vraag 7
    Loopt er inmiddels een strafrechtelijk onderzoek naar de bedreigingen, intimidatie en geweld jegens het Syrische gezin? Zo ja, hoe ziet dit onderzoek er uit? Zo nee, waarom niet?
  • Vraag 8
    Heeft u contact gehad met de personen in kwestie en het bevoegd gezag om uw steun te betuigen en mogelijk ondersteuning te leveren waar nodig? Zo nee, waarom niet?

    Vanuit de lokale organisaties is er intensief contact met beide gezinnen en wordt de nodige ondersteuning aangeboden.

  • Vraag 9
    Op welke manier ondersteunt u de initiatieven of organisaties die zich reeds inzetten voor een sociaal veilig klimaat in de eigen omgeving en de veiligheid en bescherming van vluchtelingen?

    De lokale leefbaarheid en veiligheid is primair een verantwoordelijkheid van het lokale bestuur. De gemeenten hebben daarom de regierol in vergelijkbare kwesties.
    Het lokale bestuur verantwoordt zich over zijn handelen aan de gemeenteraad.

  • Vraag 10
    Hoe vaak hebben vluchtelingen in de afgelopen twaalf maanden te maken gehad met ernstige bedreigingen, intimidatie en geweld? Hoe vaak hebben deze bedreigingen, intimidatie en geweld jegens vluchtelingen geleid tot een strafrechtelijk onderzoek?

    Deze informatie kan niet uit de registratiesystemen van de politie worden verkregen. De politie registreert geen afkomst of migratiestatus.

  • Vraag 11
    Deelt u de mening dat een goede afstemming en samenwerking tussen de betrokken overheidsinstanties en de burger essentieel zijn, zodat bij dergelijke gebeurtenissen snel ingegrepen kan worden?

    In Heerlen werken de betrokken partijen aan oplossingen voor deze casus die ten goede komen aan betreffende gezinnen en de getroffen buurtbewoners om zowel de rust en veiligheid in de buurt terug te brengen als de rust veiligheid van beide gezinnen.

  • Vraag 12
    Op welke manier gaat u de lopende aandacht en initiatieven voor de veiligheid en bescherming van vluchtelingen ondersteunen? Op welke manier gaat u voorkomen dat situaties zoals die in Heerlen zich niet meer voordoen, zodat de veiligheid van vluchtelingen gegarandeerd kan worden?

    Zie antwoord vraag 11.

  • Vraag 13
    Bent u van mening dat de overheidsinstanties voldoende mogelijkheden bieden om de veiligheid van vluchtelingen te waarborgen? Zo ja, bent u bereid deze mogelijkheden te vergroten met extra middelen en ondersteuning? Zo nee, waarom niet?

    Zie antwoord vraag 11.

  • Vraag 14
    Deelt u de mening dat er passende en sensitieve hulp en zorg moeten worden aangeboden aan het vluchtelingengezin in kwestie, gezien de emotionele schade die de maandenlange bedreigingen en intimidatie hebben opgeleverd? Zo ja, bent u bereid dit te doen voor alle vluchtelingen in dergelijke situaties? Zo nee, waarom niet?

    Zie antwoord vraag 3.

  • Vraag 15
    Bent u bekend met de rol van de woningcorporatie Vincio Wonen (voorheen: De Voorzorg) in deze kwestie? Zo ja, hoe zou u deze omschrijven?

    Ja. Vincio Wonen is de verhuurder van de woningen die het hier betreft. Woningcorporaties zijn medeverantwoordelijk voor het bieden van kwalitatief goede huisvesting aan statushouders in een prettige woonomgeving. Vincio Wonen is uit dien hoofde al langere tijd intensief betrokken bij het vinden van oplossingen voor de onderhavige problematiek.
    Vanuit haar rol als verhuurder heeft Vincio Wonen deelgenomen aan gesprekken met politie en andere betrokken partijen. Toen de meldingen en incidenten in aantal en ernst toenamen, is in samenspraak met het gezin door Vincio Wonen naar een andere woonruimte gezocht. Deze is ook gevonden, maar uiteindelijk is op basis van verschillende overwegingen door het gezin besloten hier geen gebruik van te maken.

  • Vraag 16
    Bent u bekend met het externe onderzoek naar woningstichting De Voorzorg in 2018, waaruit is gebleken dat de woningstichting jarenlang kandidaat-huurders zou hebben geweerd op basis van ras, uiterlijke kenmerken, (lichaams)geur, medicijngebruik, seksuele geaardheid, strafrechtelijk verleden, godsdienst en levensovertuiging en zich daarmee schuldig heeft gemaakt aan discriminatie en racisme?

    Ja, de toenmalige woningstichting De Voorzorg – de rechtsvoorganger van Vincio Wonen – gaf een onafhankelijk onderzoeksbureau in 2018 opdracht tot het doen van onderzoek naar mogelijke discriminatie. Het onderzoeksbureau constateerde dat De Voorzorg bij de toewijzing van huurwoningen gegevens van aspirant huurders had laten meewegen zoals ras, godsdienst, gezondheid en medicijngebruik en lichaamsgeur.
    Op basis van dit externe onderzoek werd geconcludeerd dat De Voorzorg zich in de periode 2013 – 2016 schuldig maakte aan discriminatie. De Voorzorg heeft in 2018, na het aantreden van de huidige directeur, hier zelf melding van gemaakt bij het Openbaar Ministerie. Dit gebeurde in nauw overleg met de Autoriteit woningcorporaties (Aw). De Aw was betrokken bij het duiden van mogelijk strafbaar handelen en het doen van aangifte bij het OM. In 2018 is een strafrechtelijk onderzoek ingesteld door het OM naar De Voorzorg. Die zaak is in 2019 geseponeerd wegens gebrek aan bewijs.

  • Vraag 17
    Deelt u de mening dat het ontoelaatbaar en als zeer schokkend wordt ervaren wanneer een woningcorporatie zich schuldig maakt aan discriminatie en racisme? Zo ja, waarom zijn er geen verdere maatregelen getroffen in de zaak van woningstichting De Voorzorg? Zo nee, waarom niet?

    Ja, het is absoluut ontoelaatbaar wanneer een woningcorporatie zich schuldig maakt aan discriminatie. Er zijn na het onderzoek van 2018 maatregelen genomen, onder leiding van een nieuw bestuur en Raad van Commissarissen, om discriminatie bij woningtoewijzing te voorkomen, onder andere door de procedures aan te passen en te verscherpen.

  • Vraag 18
    Bent u bekend met de uitspraak van de rechtbank betreffende het kortgeding om het Syrische gezin eerder uit de woning over te plaatsen?2

    Ja.

  • Vraag 19
    Is de samenwerking tussen de betrokken instanties na de uitspraak van de rechter geïntensiveerd? Zo ja, op welke manier? Zo nee, waarom niet?

    Er was al langere tijd sprake van een intensieve samenwerking tussen de instanties. Ook na de uitspraak is deze samenwerking voortgezet. De gemeente Heerlen is op dit moment in gesprek met andere gemeenten en corporaties voor nieuwe structurele huisvesting.

  • Vraag 20
    Bent u bereid opnieuw onderzoek te doen naar de woningcorporatie Vincio Wonen, naar aanleiding van de ernstige nalatigheid binnen deze kwestie? Zo nee, waarom niet?

    Het incident dat in het aangehaalde krantenbericht is beschreven is voor Vincio Wonen aanleiding om nader onderzoek te (laten) doen naar uitingen op social media, om met zekerheid uit te kunnen sluiten dat Vincio, of individuele medewerkers van Vincio, zich in deze kwestie discriminerend heeft/hebben uitgelaten of op enige andere wijze discriminerend heeft/hebben gehandeld. Dit is een lopend onderzoek. De Aw houdt toezicht op de uitkomsten en (vervolg)acties van de corporatie. De Aw kijkt of corporaties goed bestuurd worden en integer handelen.

  • Vraag 21
    Bent u bekend met de rol van de gemeente Heerlen in deze kwestie? Zo ja, hoe zou u deze omschrijven?

    De lokale leefbaarheid en veiligheid is primair een verantwoordelijkheid van het lokale bestuur. De gemeente Heerlen heeft in deze kwestie daarom de regie genomen. Het Veiligheidshuis Parkstad Limburg begeleidt het proces in operationele zin. Vanuit de gemeente en andere instanties werd er sinds langere tijd hulp en ondersteuning geboden aan beide gezinnen. Veiligheid voor betrokkenen stond hierbij voorop. In dat kader zijn er vele gesprekken met betrokkenen gevoerd en aanvullende maatregelen genomen, waaronder tijdelijk cameratoezicht. Nadat de kwestie landelijk in de media werd gebracht, kon de veiligheid voor betrokkenen en de buurt niet meer worden gegarandeerd. Beide gezinnen zijn vervolgens ondergebracht in tijdelijke huisvesting elders in het land. Tevens is er geïnvesteerd om de leefbaarheid en veiligheid in de buurt te herstellen. Het lokale bestuur verantwoordt zich over zijn handelen aan de gemeenteraad. Dit is een democratisch verantwoordingsproces waar ik niet in wil en kan treden.

  • Vraag 22
    Deelt u de mening dat de gemeente Heerlen zich onvoldoende heeft ingezet om haar eigen inwoners te beschermen en de veiligheid te waarborgen binnen de eigen gemeente? Zo nee, waarom niet?

    Zie antwoord vraag 21.

  • Vraag 23
    Waarom heeft de gemeente Heerlen geen gehoor gegeven aan de meerdere personen en instanties die de gemeente herhaaldelijk hebben geprobeerd te informeren over deze kwestie?

    Zie antwoord vraag 21.

  • Vraag 24
    Kunt u de reactie van de woordvoerder van de gemeente Heerlen toelichten, waarin hij spreekt over «dingen die aan de beide zijden zijn gedaan, die de relatie onderling niet ten goede komen»?

    Hiervoor verwijs ik naar de gemeente Heerlen.

  • Vraag 25
    Bent u bekend met de rol van de politie Heerlen in deze kwestie? Zo ja, hoe zou u deze omschrijven?

    De politie heeft onder regie van de gemeente en in samenspraak met de andere instanties gezocht naar de meest effectieve interventie. In eerste instantie is geprobeerd het conflict op te lossen en te bemiddelen tussen betrokkenen. In dat kader hebben er gesprekken plaatsgevonden met de politie, Vincio Wonen, andere betrokken (zorg)partijen en de buurtbewoners. Dit heeft niet het gewenste effect gehad. In tussentijd heeft de politie en specifiek de wijkagent met ketenpartners gezocht naar een passende en duurzame oplossing voor de betrokken partijen.

  • Vraag 26
    Waarom zijn de meerdere aangiften, gedaan door het vluchtelingengezin bij de politie, gekenmerkt als «incidenten»? Deelt u de mening dat opeenvolgende bedreigingen, intimidaties en geweldplegingen geen incidenten meer zijn? Zo ja, waarom is er dan niet ingegrepen? Zo nee, waarom niet?

    Zie antwoord vraag 25.

  • Vraag 27
    Kunt u het gezamenlijk bericht van de gemeente Heerlen en de politie Heerlen toelichten, specifiek waar er wordt gesproken over de «eenzijdige berichtgeving»?

    Zie antwoord vraag 24.

  • Vraag 28
    Deelt u de mening dat de samenwerking tussen de verschillende instanties in deze kwestie ernstig is mislukt en als gevolg daarvan heeft geleid tot falend beleid om de eigen inwoners te beschermen? Zo nee, waarom niet?

    Zie antwoord vraag 21.

  • Vraag 29
    Bent u bereid een onderzoek in te stellen naar de bedreigingen, intimidatie en geweld die het vluchtelingengezin heeft moeten ondervinden en naar de rol van de betrokken instanties binnen deze kwestie? Zo nee, waarom niet?

    Zie antwoord vraag 21.

  • Mededeling - 11 januari 2021

    Hierbij deel ik u mede namens de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid dat de schriftelijke vragen van het lid Kuzu (DENK), van uw Kamer aan de Minister van Justitie en Veiligheid over het bericht «Brandbom bij Syrisch gezin in Heerlen: burenruzie of racisme». (ingezonden 21 december 2020) niet binnen de gebruikelijke termijn kunnen worden beantwoord, aangezien nog niet alle benodigde informatie is ontvangen. Ik streef ernaar de vragen zo spoedig mogelijk te beantwoorden.


Kamervraag document nummer: kv-tk-2020Z25616
Volledige titel: Het bericht ‘Brandbom bij Syrisch gezin in Heerlen: burenruzie of racisme’
Kamerantwoord document nummer: ah-tk-20202021-1443
Volledige titel: Antwoord op vragen van het lid Kuzu over het bericht ‘Brandbom bij Syrisch gezin in Heerlen: burenruzie of racisme’