Kamervraag 2020Z23471

De verdubbeling van het aantal meldingen van discriminatie op universiteiten

Ingediend 2 december 2020
Beantwoord 20 januari 2021 (na 49 dagen)
Indiener Kirsten van den Hul (PvdA)
Beantwoord door Ingrid van Engelshoven (minister onderwijs, cultuur en wetenschap) (D66)
Onderwerpen hoger onderwijs onderwijs en wetenschap recht staatsrecht
Bron vraag https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2020Z23471.html
Bron antwoord https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20202021-1390.html
  • Vraag 1
    Heeft u kennisgenomen van het feit dat het aantal meldingen van discriminatie is verdubbeld sinds 2017?1

    Ja.

  • Vraag 2
    Heeft u contact gehad met organisaties van universiteiten en hogescholen naar aanleiding van dit bericht? Zo ja, welk inzicht konden zij geven in de oorzaak van deze toename in meldingen? Zo nee, bent u bereid dat te doen?

    De VSNU heeft aangegeven dat de toename te verklaren is doordat universiteiten hier in afgelopen jaren meer aandacht aan hebben gegeven. Universiteiten hebben geïnvesteerd in informatiecampagnes, meer vertrouwenspersonen en het benoemen van diversiteitsmedewerkers. Dit heeft er ook voor gezorgd dat studenten de meldpunten beter weten te vinden en daardoor vaker melding maken. Bij de Vereniging Hogescholen bestaat eenzelfde beeld als het gaat om de toegenomen aandacht voor dit onderwerp in relatie tot het aantal meldingen: er is op de hogescholen structureel meer aandacht voor discriminatie, onder andere door middel van debat en campagnes.

  • Vraag 3
    Heeft u contact gehad met studentenorganisaties naar aanleiding van dit nieuws? Zo nee, bent u bereid met hen te bespreken welke signalen zij ontvangen die mogelijk deze toename verklaren? Bent u tevens bereid om mogelijke voorstellen van hun kant ter oplossing van dit hardnekkige en verwerpelijke probleem ter overweging te nemen? Zo ja, wilt u de Kamer informeren over de oplossingen die zij aandragen en rapporteren waarom u van plan bent deze wel of niet over te nemen?

    Ja, ik heb contact gezocht met de studentenorganisaties over dit nieuws. Ik ga op korte termijn in gesprek met alle betrokkenen, inclusief de studentenorganisaties, over de aanpak van (stage)discriminatie in het hoger onderwijs. Ik zal uw Kamer op een later moment informeren over de voorgestelde oplossingen.

  • Vraag 4
    Kunt u nader ingaan op welke manier discriminatie in het onderwijs wordt tegengegaan? Welk flankerend beleid is hiervoor, naast uw nationale actieplan voor diversiteit en inclusie in het hoger onderwijs?

    Iedereen verdient een inclusieve leeromgeving die de veiligheid geeft om jezelf te zijn en zorg biedt als zich desondanks incidenten voordoen. De aanpak van discriminatie in het onderwijs is erop gericht elke school en instelling inclusiever te maken en te voorkomen dat discriminatie zich voordoet. In de Kamerbrief van 15 juni jl. inzake racisme en discriminatie ben ik uitgebreid ingegaan op de Kabinetsaanpak rond discriminatie, waaronder het beleid voor het (hoger) onderwijs.2 Zoals uit het nationale actieplan blijkt, werken de universiteiten daarnaast in vele opzichten aan het realiseren van diversiteit in het onderwijs en het inclusief maken van dat onderwijs. Dit flankerend beleid bestaat onder andere uit informatiecampagnes, bijeenkomsten, en het aanstellen van meer vertrouwenspersonen en diversiteitsmedewerkers. Ook de hogescholen zijn hier mee bezig. Vooropgesteld staat dat discriminatie op welke grond dan ook niet gewenst en niet geoorloofd is. Gezien de diverse samenstelling van hogescholen, elk met hun eigen signatuur, karakter en cultuur, geven hogescholen zelf vorm aan hun antidiscriminatiebeleid, zodat daarmee zo goed mogelijk aansluiting wordt gevonden bij de karakteristiek van de hogeschool.

  • Vraag 5
    Gaat u additionele maatregelen nemen naar aan leiding van deze zorgelijke cijfers? Zo ja, welke? Zo nee, waarom niet?

    Er wordt veel georganiseerd om de problematiek bespreekbaar te maken, adequaat aan te pakken en ook de slachtoffers te helpen. Ook wordt gewerkt aan betere informatievoorziening rondom het melden van discriminatie en ander ongewenst gedrag. In aanvulling op de huidige hulpstructuur is in de cao Nederlandse universiteiten afgesproken dat iedere universiteit een ombudsfunctionaris krijgt. Ik ga met de Vereniging Hogescholen in gesprek om te bezien of de ombudsfunctie voor hen ook een gewenste aanvulling op de zorg- en hulpstructuur is. Een nationaal meldpunt ligt op dit moment niet voor de hand, omdat de universiteiten eerst de kans moeten krijgen om de ombudsfunctie op een goede manier in te bedden. Gezien het belang van dit onderwerp blijf ik mij er samen met het veld voor inzetten.

  • Vraag 6
    Zijn deze cijfers aanleiding het instellen van een onafhankelijk en nationaal meldpunt voor grensoverschrijdend gedrag te heroverwegen? Zo nee, is deze explosie van het aantal meldingen van discriminatie een eerste piketpaal in de aanloop naar een heroverweging van een mogelijk nationaal en onafhankelijk meldpunt?

    Zie antwoord vraag 5.

  • Mededeling - 16 december 2020

    Op 2 december 2020 heeft het lid Van den Hul (PvdA) schriftelijke vragen gesteld over de verdubbeling van het aantal meldingen van discriminatie op universiteiten. Tot mijn spijt is beantwoording binnen de gestelde termijn niet mogelijk. Ik zal de vragen zo snel mogelijk beantwoorden.


Kamervraag document nummer: kv-tk-2020Z23471
Volledige titel: De verdubbeling van het aantal meldingen van discriminatie op universiteiten
Kamerantwoord document nummer: ah-tk-20202021-1390
Volledige titel: Antwoord op vragen van het lid Van den Hul over de verdubbeling van het aantal meldingen van discriminatie op universiteiten