Ingediend | 20 november 2020 |
---|---|
Beantwoord | 18 december 2020 (na 28 dagen) |
Indiener | Maarten Groothuizen (D66) |
Beantwoord door | Ferdinand Grapperhaus (minister justitie en veiligheid) (CDA) |
Onderwerpen | criminaliteit openbare orde en veiligheid |
Bron vraag | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2020Z22303.html |
Bron antwoord | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20202021-1184.html |
Ja.
Hierover kan ik u geen mededelingen doen, omdat dit de opsporingsbelangen kan schaden.
Bij brief van 20 november inzake de financiën van het Openbaar Ministerie, informeerde ik uw Kamer reeds over de effecten van de structurele uitbreiding van de zedencapaciteit bij de politie.7 De berekening die ik in de brief toelicht, laat zien dat aan de kant van het OM een (lichte) stijging te zien is van de kosten die de extra werkzaamheden van deze uitbreiding meebrengen. Zoals ik uw Kamer in voornoemde brief heb meegedeeld, zijn die kosten niet apart zichtbaar in de begroting, maar integraal onderdeel van de totale PMJ-raming, zoals die is verwerkt in de budgetten van de individuele organisaties. De PMJ-raming wordt jaarlijks herijkt, waardoor de bovengenoemde effecten dus automatisch worden meegenomen.
Ik heb er, gezien de aard van de vragen, voor gekozen sommige antwoorden te clusteren.
Hierbij deel ik u mede dat de schriftelijke vragen van het lid Groothuizen (D66), van uw Kamer aan de Minister van Justitie en Veiligheid over het bericht «Pedojagers slaan weer toe: hoofd tegen de stoeprand». (ingezonden 20 november 2020) niet binnen de gebruikelijke termijn kunnen worden beantwoord, aangezien nog niet alle benodigde informatie is ontvangen. Ik streef ernaar de vragen zo spoedig mogelijk te beantwoorden.