Ingediend | 16 juni 2020 |
---|---|
Beantwoord | 7 juli 2020 (na 21 dagen) |
Indiener | Frank Futselaar |
Beantwoord door | Ingrid van Engelshoven (minister onderwijs, cultuur en wetenschap) (D66) |
Onderwerpen | beroepsonderwijs hoger onderwijs onderwijs en wetenschap |
Bron vraag | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2020Z11193.html |
Bron antwoord | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20192020-3452.html |
De COVID-19-crisis heeft grote gevolgen voor het hele onderwijs, van de voorschool tot de universiteit. Onderwijsinstellingen hebben het onderwijs in de afgelopen maanden anders ingericht en op afstand georganiseerd. Mbo-instellingen, hogescholen en universiteiten zijn sinds 15 juni gedeeltelijk weer gestart met het verzorgen van onderwijs op locatie.
Door alle betrokkenen in alle sectoren is de afgelopen periode keihard gewerkt aan het mogelijk maken van het onderwijs op afstand. Ik ben trots op wat er door het onderwijsveld onder zulke moeilijke omstandigheden in korte tijd is bereikt. Ondanks deze grote inspanningen is het onvermijdelijk gebleken dat sommige studenten studievertraging oplopen.
Ik ga ervan uit dat individuele opleidingen zelf monitoren welke mate van studievertraging en uitval plaatsvindt. Daarnaast besteedt de jaarlijkse monitor beleidsmaatregelen hoger onderwijs aandacht aan de cijfers over uitval en aan de studievoortgang in de beleving van studenten. De eerstvolgende monitor verwacht ik u dit jaar na de zomer toe te sturen. Daarin zullen de gevolgen van corona nog niet zichtbaar zijn. Ik zal deze wel gaan betrekken in de monitor beleidsmaatregelen. De benodigde gegevens komen beschikbaar na afloop van het betreffende studiejaar. Als de inschrijvingscijfers over het nieuwe studiejaar 2020–2021 definitief zijn kan uitval in 2019–2020 inzichtelijk gemaakt worden. Kanttekening daarbij is dat het niet goed mogelijk zal zijn onderscheid te maken tussen uitval door de coronacrisis of uitval door andere redenen. Ook de studentbeleving van 2019–2020 komt in de loop van 2020–2021 beschikbaar. Ik verwacht op uitval, studievoortgang en corona, vergeleken met de periode vóór corona, in te kunnen gaan in de Monitor beleidsmaatregelen hoger onderwijs die in 2021 verschijnt.
Met ingang van het nieuwe studiejaar wordt het mbo, hbo en wo verder opengesteld voor onderwijsactiviteiten op de locatie van de mbo-instellingen, hogescholen en universiteiten. Sinds 15 juni was dit al het geval voor praktijkonderwijs, toetsing en begeleiding van kwetsbare studenten, maar na de zomervakantie mag de instelling aanvullend daarop zelf weer keuzes maken over onderwijsactiviteiten op locatie. Uiteraard met inachtneming van de RIVM richtlijnen waaronder het bewaren van de 1,5 meter afstand tot elkaar. Om studenten op verantwoorde wijze naar de onderwijsinstellingen te kunnen laten komen en met het openbaar vervoer te laten reizen hebben koepelorganisaties, vervoerdersorganisaties, IenW en OCW nieuwe afspraken gemaakt over het OV-gebruik. De gezamenlijke ambitie is zoveel mogelijk mensen veilig te kunnen vervoeren naar de onderwijsinstellingen met het OV. De afspraken vervangen de eerdere afspraken over het tijdsvenster van 11–15 uur. De nieuwe afspraken geven meer ruimte. Er is afgesproken om begin- en eindtijden van onderwijsactiviteiten te spreiden en het onderwijs zo te organiseren dat studenten niet of nauwelijks in de spits hoeven te reizen. Studenten wordt geen toegang tot de spits ontzegd en het studentenreisproduct wordt niet beperkt. Het uitgangspunt is regionale afspraken op basis van een landelijk model, zodat goed rekening kan worden gehouden met specifieke omstandigheden en mogelijkheden.
Hoeveel studenten daadwerkelijk studievertraging hebben opgelopen en hoe groot hun studievertraging is, is op dit moment niet te zeggen. Ik kan dan ook niet aangeven hoeveel studenten studievertraging oplopen en buiten de eerder gepresenteerde compensatieregeling vallen. In elk geval vallen studenten die niet in de afrondende fase van hun hbo-bachelor of wo-masteropleiding zitten, buiten de eerder gecommuniceerde compensatieregeling.
In uitvoering van de motie Jetten/Heerma zijn de financiële gevolgen van de maatregelen als gevolg van COVID-19 voor studenten in kaart gebracht:
Studenten in eerdere fases van de studie hebben meer ruimte voor het inhalen van eventuele studievertraging, daarom ben ik niet voornemens om ook deze studenten toe te voegen aan de compensatieregeling.
De ruimte die er is gekomen voor tentaminering, examinering en praktijkonderwijs zorgt er voor dat ook deze studenten hun onderwijsactiviteiten kunnen voltooien, zodat verdere vertraging wordt voorkomen.
Het voorkomen van studievertraging en uitval vraagt om creatieve oplossingen in het geven van afstandsonderwijs, betrokkenheid bij de student, aandacht voor studentenwelzijn, een goede samenwerking tussen onderwijssectoren en anders werken dan we normaal gewend zijn. Hogeronderwijsinstellingen en iedereen die daarbinnen aan het werk is, doen nu alles wat in hun macht ligt om die inspanningen te leveren en uitval en studievertraging zoveel mogelijk te beperken. OCW ondersteunt hen om dit zo goed mogelijk te kunnen doen. OCW biedt bijvoorbeeld financiële ondersteuning aan het Versnellingsplan onderwijsinnovatie met ICT. Dit versnellingsplan speelt met de Vraagbaak Online Onderwijs een belangrijke rol in de uitwisseling van kennis over goed online onderwijs dat studievertraging en uitval kan voorkomen. Andere manieren waarop OCW ondersteuning biedt, zijn het wegnemen van belemmeringen in wet- en regelgeving (zoals in de toelating van studenten die nog niet aan alle instroomeisen voldoen), het maken van afspraken met toezichthouders over handhaving, het faciliteren van kennisuitwisseling middels de werkgroep Studentenwelzijn en het meedenken in oplossingen.
Afspraken hierover staan opgenomen in het, ook aan uw Kamer toegezonden, Servicedocument Hoger Onderwijs, waarmee wordt beoogd om instellingen handreikingen en ruimte te bieden in deze tijd van crisis. Op basis van signalen en behoeften van instellingen, studenten, onderwijsvakbonden en andere betrokkenen op landelijk niveau, is dit document in de afgelopen weken steeds weer geactualiseerd en zijn er waar nodig nieuwe afspraken gemaakt.