Kamervraag 2019Z26165

Het onderzoek naar de nevenfuncties van professor Kochenov van de Rijksuniversiteit Groningen

Ingediend 23 december 2019
Beantwoord 21 januari 2020 (na 29 dagen)
Indieners Pieter Omtzigt (CDA), Harry van der Molen (CDA)
Beantwoord door Ingrid van Engelshoven (minister onderwijs, cultuur en wetenschap) (D66), Stef Blok (minister buitenlandse zaken) (VVD)
Onderwerpen onderwijs en wetenschap organisatie en beleid
Bron vraag https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2019Z26165.html
Bron antwoord https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20192020-1446.html
  • Vraag 1
    Herinnert u de Kamervragen die u eerder beantwoord heeft over de (huidige en eerdere) nevenfuncties van professor Kochenov, zoals zijn advieswerk voor de regering van Malta, het feit dat hij lid was van de regeringsdelegatie van Malta bij de Europese Commissie, lid van de non-executive advisory board van Henly & Partners, voorzitter van de Investment Migration Council in Geneve en directeur van de investment migration council Ltd. in Valetta, Malta?1

    Ja.

  • Vraag 2
    Klopt het dat de Rijksuniversiteit Groningen hierna een extern onderzoek zou laten doen?

    Ja.

  • Vraag 3
    Kunt u aangeven of en wanneer dat onderzoek nu eindelijk gestart is en wie het uitvoert?

    In antwoorden op vragen van de leden Futselaar en Leijten heb ik aangegeven dat er extern onafhankelijk onderzoek is gestart door de Rijksuniversiteit Groningen (RUG).2 Ook heb ik bij de beantwoording van deze vragen aangegeven dat ik van de
    RUG heb begrepen dat medio oktober 2019 een onafhankelijke externe voorzitter is aangesteld en een adviesbureau is aangezocht om het onderzoek te doen.

  • Vraag 4
    Kunt u aangeven wat de onderzoeksvraag is van het onderzoek en of die onderzoeksvraag in ieder geval meeneemt of voldaan is aan de Nederlandse Gedragscode Wetenschapsbeoefening (2014) voor de relevante periode, aan de Nederlandse gedragscode wetenschappelijke integriteit (2018) en aan de sectorale regeling nevenwerkzaamheden aan universiteiten?

    Bij de beantwoording van deze vragen wordt meegenomen of voldaan is aan de Nederlandse Gedragscode Wetenschapsbeoefening (2014) voor de relevante periode, aan de Nederlandse gedragscode wetenschappelijke integriteit (2018) en aan de sectorale regeling nevenwerkzaamheden aan universiteiten.

  • Vraag 5
    Heeft de Inspectie van het Onderwijs de resultaten van het onderzoek al ontvangen en u al geadviseerd? Wat was dat advies?

    Nee. Het onderzoek is nog niet afgerond en derhalve heeft de Inspectie van het Onderwijs de resultaten nog niet ontvangen.

  • Vraag 6
    Neemt u het advies over en welke acties onderneemt u naar aanleiding van het advies?

    In mijn eerder aangehaalde antwoorden op de vragen van de leden Futselaar en Leijten heb ik aangegeven dat onderhavige casus een serieuze aangelegenheid is waarbij zorgvuldigheid voorop staat. Na oplevering van het onderzoeksrapport zal de RUG zich moeten verhouden tot de onderzoeksresultaten en passende maatregelen nemen. Van de RUG heb ik begrepen dat de universiteit de heer Kochenov te verstaan heeft gegeven zijn activiteiten met betrekking tot Malta op te schorten gedurende het onderzoek. Ik wacht de uitkomsten van het onderzoek en het oordeel van de inspectie over dit onderzoek en de maatregelen van de RUG af.

  • Vraag 7
    Indien de Inspectie van het Onderwijs het onderzoek nog niet ontvangen heeft, is er dan een deadline waarvoor het onderzoek klaar moet zijn?

    Van de RUG heb ik begrepen dat de oplevering van het onderzoeksrapport is voorzien in het eerste kwartaal van dit jaar. Ik informeer uw Kamer zo spoedig mogelijk per brief over het onderzoeksrapport en het oordeel van de inspectie over dit onderzoek en de maatregelen van de RUG.

  • Vraag 8
    Wilt u bevorderen dat de conclusies van het onderzoek openbaar worden? En wilt u het rapport aan de Tweede Kamer doen toekomen?

    De RUG heeft aangegeven dat het rapport van het onderzoek openbaar gemaakt wordt. De verspreiding en mate van openbaarheid is de verantwoordelijkheid van de RUG. Ik zeg u toe een afschrift van een door de RUG openbaar gemaakt rapport aan uw Kamer toe te zenden.

  • Vraag 9
    Heeft u zich al een mening gevormd over het feit dat professor Kochenov voorkwam in de Paradise Papers?

    Zoals ik heb aangegeven in mijn antwoorden op vragen van de leden Omtzigt, Van Toorenburg en Van der Molen3 kan het voorkomen van een naam van een medewerker van de universiteit in documenten zoals de Panamapapers of Paradispapers een signaal zijn om eventueel nader onderzoek te doen. In de beantwoording van uw eerdere vragen is aangegeven dat de RUG het voorkomen van de naam van de heer Kochenov in de Paradise Papers meeneemt in haar onderzoek. Zoals ook bij het antwoord op vraag 6 aangegeven wacht ik de uitkomsten van het onderzoek en het oordeel van de inspectie over dit onderzoek af.

  • Vraag 10
    Kunt u deze vragen één voor één en binnen drie weken beantwoorden?

    In verband met de feestdagen vindt de beantwoording enkele dagen later plaats dan verzocht.


Kamervraag document nummer: kv-tk-2019Z26165
Volledige titel: Het onderzoek naar de nevenfuncties van professor Kochenov van de Rijksuniversiteit Groningen
Kamerantwoord document nummer: ah-tk-20192020-1446
Volledige titel: Antwoord op vragen van de leden Omtzigt en Van der Molen over het onderzoek naar de nevenfuncties van professor Kochenov van de Rijksuniversiteit Groningen