Ingediend | 22 november 2019 |
---|---|
Beantwoord | 16 december 2019 (na 24 dagen) |
Indieners | Paul Smeulders (GL), Kathalijne Buitenweg (GL), Isabelle Diks (GL) |
Beantwoord door | Ank Bijleveld (minister defensie) (CDA) |
Onderwerpen | openbare orde en veiligheid organisatie en beleid |
Bron vraag | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2019Z23004.html |
Bron antwoord | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20192020-1101.html |
Ja.
Ruim anderhalf jaar geleden is de TIB geïntroduceerd als toetsingscommissie die voorafgaand aan de uitoefening van bijzondere bevoegdheden door de AIVD en MIVD de door de verantwoordelijke Ministers verleende toestemming op rechtmatigheid beoordeelt.
In sommige gevallen is er discussie over de reikwijdte van de toets van de TIB. Bij brief van 2 juli 2019 (Kamerstuk 29 924, nr. 186) informeerde ik uw Kamer meest recentelijk over het samen met mijn collega van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties gevoerde gesprek met de TIB en de CTIVD inzake hun rechtseenheidsbrieven, waarbij ook de strekking van de rechtmatigheidstoets door de TIB aan de orde is gekomen. In het gesprek is vast komen te staan dat de verschillen van inzicht inzake de rechtmatigheidstoets door de TIB in de praktijk overbrugbaar zijn.
De TIB speelt een belangrijke rol in het autorisatieproces met betrekking tot de inzet van bijzondere bevoegdheden door de diensten. Het onafhankelijke en scherpe oordeel komt de kwaliteit van het werk van de diensten ten goede.
In sommige gevallen is er discussie over de reikwijdte van de toets of het toetsingskader van de TIB. De diensten zijn namens mij bijvoorbeeld in gesprek met de TIB over geautomatiseerde data-analyse (GDA) om te komen tot een toepassing van GDA die recht doet aan zowel de strekking van de wet als aan de operationele uitvoeringspraktijk.
Conform de wet is de toets van de TIB een bindende toets op rechtmatigheid, waarbij naar de noodzaak, proportionaliteit, subsidiariteit en gerichtheid van de voorgenomen inzet van een bijzondere bevoegdheid wordt gekeken. Zoals tijdens de parlementaire behandeling van de Wiv 2017 is bevestigd, is de toets van de TIB géén marginale toets. Hierover bestaat geen onduidelijkheid.
Zoals tijdens de parlementaire behandeling van de Wiv 2017 is bevestigd, is de toets van de TIB géén marginale toets. Hierover bestaat geen onduidelijkheid.
De wet biedt de TIB de mogelijkheid om vragen te stellen en om aanvullende informatie te verzoeken wanneer de TIB dit noodzakelijk acht voor een goede uitvoering van haar taak. Het doorvragen bij een door de Minister verleende toestemming voor de inzet van een bijzondere bevoegdheid hoort er bij en gebeurt dan ook met enige regelmaat. Hier kunnen ook vragen bij zitten die zien op de technische aspecten van de inzet van de desbetreffende bijzondere bevoegdheid. De gevraagde informatie wordt dan conform de wettelijke verplichting aan de TIB verstrekt.
De diensten zijn op grond van de Wiv 2017 verplicht om met behulp van bijzondere middelen verworven gegevens zo spoedig mogelijk op relevantie te beoordelen. Voor gegevens die zijn verworven via een hack – de bevoegdheid tot het binnendringen in een geautomatiseerd werk ex artikel 45 van de Wiv 2017 – geldt voor deze relevantiebeoordeling een maximale termijn van één jaar, met een mogelijkheid tot eenmalige verlenging van zes maanden. Bij het uitvoeren van deze relevantiebeoordeling zijn aard, omvang en complexiteit van de verworven gegevens van invloed op de termijn waarbinnen deze toets kan worden uitgevoerd. Dat neemt niet weg dat deze zo snel mogelijk moet plaatsvinden. Dit volgt ook uit de goede taakuitvoering van de diensten, immers de gegevens worden verworven voor actuele onderzoeken en een spoedige evaluatie van de verworven gegevens is van belang om tijdig dreigingen voor de nationale veiligheid te onderkennen.
Op 20 juni jl. is met de TIB en de CTIVD gesproken over de reikwijdte van de rechtmatigheidstoets. In dit gesprek is afgesproken dat, indien de diensten bij het doen van een verzoek om toestemming voor de inzet van een bijzondere bevoegdheid aan de Minister reeds het oogmerk hebben om gegevens te delen met buitenlandse diensten, dit in het verzoek wordt gemeld en – indien de toestemming is verleend – dit door de TIB in de rechtmatigheidstoets kan worden betrokken.
In artikel 36, eerste lid, van de Wiv 2017 is bepaald wat ter toetsing aan de TIB dient te worden voorgelegd en daarmee het object van de rechtmatigheidstoets definieert, namelijk: het aan de toestemming ten grondslag liggende verzoek alsmede het door de Minister genomen besluit. Het gaat hier ingevolge artikel 32, tweede lid, van de wet, waarin de toetsingstaak van de TIB is geregeld, om een toets op rechtmatigheid.
De wet biedt de TIB de mogelijkheid om vragen te stellen en om aanvullende informatie te verzoeken wanneer de TIB dit noodzakelijk acht voor een goede uitvoering van haar taak. De diensten hebben in dit kader ook meerdere keren gesproken met de TIB over GDA.
Zoals al in de antwoorden op bovenstaande vragen is gesteld, heb ik samen met mijn collega van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties met de TIB gesproken over de reikwijdte van de rechtmatigheidstoets. Hierbij is vastgesteld dat de verschillen van inzicht inzake de rechtmatigheidstoets in de praktijk overbrugbaar zijn.
Zoals ik uw Kamer informeerde bij brief van 12 november jl. (Kamerstuk 34 588, nr. M) zal de hele inrichting, de functie en de plek van de TIB in het bestel worden betrokken in de evaluatie van de Wiv 2017 die uiterlijk 1 mei 2020 van start gaat. Dit ook tegen de achtergrond van het vraagstuk van ministeriële verantwoordelijkheid. Ik wil en kan niet vooruitlopen op deze evaluatie.
Ik wacht graag de evaluatie van de Wiv 2017 af waarin de inrichting, functie en plek van de TIB in het bestel zal worden betrokken, een en ander tegen de achtergrond van het vraagstuk van ministeriële verantwoordelijkheid.
Indien de TIB van oordeel is dat een toestemming niet rechtmatig is verleend, geven de diensten uiteraard gevolg aan dit oordeel.
Nee. Deze indruk bestaat ook niet bij de AIVD. De TIB maakt een zelfstandige, onafhankelijke afweging. Uiteraard wil ik een negatief rechtmatigheidsoordeel van de TIB over een door mij verleende toestemming wel zoveel mogelijk vermijden.
De TIB speelt in het stelsel van toetsing en toezicht een belangrijke rol. Het onafhankelijke en scherpe oordeel komt de kwaliteit van het werk van de diensten ten goede. Tegelijkertijd is het goed om te benadrukken dat de rol van de TIB een wezenlijk andere rol is dan die van de CTIVD. De TIB toetst de verleende toestemmingen voor de inzet van bijzondere bevoegdheden in de autorisatiefase, voorafgaand aan de inzet. De CTIVD is belast met toezicht op de uitoefening van de desbetreffende bevoegdheid, zowel tijdens als na afloop hiervan. De bevoegdheden van de CTIVD hebben daarbij naar hun aard een ruimer bereik.
Ja.