Ingediend | 23 oktober 2019 |
---|---|
Beantwoord | 25 november 2019 (na 33 dagen) |
Indiener | Jasper van Dijk |
Beantwoord door | Tamara van Ark (staatssecretaris sociale zaken en werkgelegenheid) (VVD) |
Onderwerpen | economie markttoezicht ondernemen |
Bron vraag | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2019Z20246.html |
Bron antwoord | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20192020-1238.html |
Het is aan gemeenten, die de eigenaren zijn van de sociale ontwikkelbedrijven, waaronder Soweco, om te bepalen welke rol deze bedrijven in de toekomst kunnen spelen. Gemeenten hebben beleidsvrijheid bij de wijze waarop zij het aan de slag helpen van mensen met een arbeidsbeperking organiseren. Er bestaat niet één model om succesvol te kunnen zijn. Soms zijn keuzes gericht op een verbetering van de bedrijfsvoering en daarmee op het verbeteren van de financiële prestaties, waarbij het gewenste ondersteuningsaanbod beschikbaar blijft. Uiteraard zijn de omstandigheden waaronder de mensen hun werk kunnen verrichten het belangrijkst. Het is belangrijk dat gemeenten zich daar rekenschap van geven.
Meer in het algemeen constateer ik dat sociale ontwikkelbedrijven veel kennis en expertise hebben die goed bruikbaar is om onder andere nieuwe beschut werkplekken te organiseren, of om mensen uit de brede doelgroep van de Participatiewet toe te leiden naar een plek bij een reguliere werkgever.
Elke verandering zorgt voor onzekerheid. Daarom bereiden de gemeenten de transitie zorgvuldig door. De gemeenten hebben aangegeven dat voor de werkenden geldt dat de baan zelf, het salaris en de begeleiding gecontinueerd zullen worden.
De gemeenteraden moeten zich nog uitspreken over het voornemen van de colleges van de zes betrokken gemeenten. In een vervolg, waarbij de organisatie-inrichting besproken wordt, zullen alle partijen, dus ook de ondernemingsraad, binnen hun formele positie betrokken worden, zo blijkt uit navraag bij de betrokken gemeenten.
Ik heb geen oordeel over het functioneren van wethouders in gemeenten, het is aan de gemeenteraad om het college van burgemeester en Wethouders te controleren.
Het voorgenomen besluit van de gemeenten om de uitvoering op een andere wijze vorm te geven betekent niet dat de infrastructuur van Soweco niet behouden kan blijven.
Op 5 december staat een gesprek gepland tussen het ministerie en de betrokken gemeenten.
Soweco voert diensten uit voor de Gemeenschappelijke Regeling als geheel (de Wsw) en voor de individuele gemeenten (onder meer Participatiewet, Wmo). In de statuten is vastgelegd dat unaniem moet worden besloten tot eventuele opheffing van de Gemeenschappelijke Regeling. Elke gemeente kan zelfstandig besluiten of en in welke mate de individuele dienstverlening voortgezet wordt.
Ik deel de mening dat het verstandig is om de bestaande kennis en infrastructuur van de sw-bedrijven in te blijven zetten voor de brede doelgroep van de Participatiewet. Ik ben een verkenning gestart om te bezien op welke wijze op dit moment al dan niet invulling wordt gegeven aan het beschikbaar stellen van detacheringsfaciliteiten in de arbeidsmarktregio’s. De uitkomsten van deze verkenning komen in het voorjaar beschikbaar en bespreek ik met alle betrokken organisaties.
Zie mijn antwoord op vraag 1 en het antwoord op vraag 5.