Ingediend | 18 oktober 2019 |
---|---|
Beantwoord | 14 januari 2020 (na 88 dagen) |
Indiener | Madeleine van Toorenburg (CDA) |
Beantwoord door | Sander Dekker (minister zonder portefeuille justitie en veiligheid) (VVD) |
Onderwerpen | criminaliteit openbare orde en veiligheid recht strafrecht |
Bron vraag | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2019Z20026.html |
Bron antwoord | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20192020-1318.html |
Ja.
Het openbaar ministerie (OM) laat weten dat betrokkene zich aan zijn elektronisch gecontroleerde toezicht onttrok nadat het strafbare feit plaatsvond waarvan hij wordt verdacht.
Het strafrechtelijk onderzoek onder leiding van het OM is nog bezig. Daardoor kan ik uw vragen alleen beantwoorden door, in algemene zin, in te gaan op het detentieverloop. Dit doe ik op basis van door de Dienst Justitiële Inrichtingen (DJI), reclassering en het OM aangereikte informatie.
In 2013 werd betrokkene in Turkije veroordeeld tot een gevangenisstraf voor overtreding van de Opiumwet. De uitvoering van deze straf werd overgedragen aan Nederland op grond van de Wet overdracht tenuitvoerlegging strafvonnissen. Medio 2019 oordeelde DJI dat betrokkene kon deelnemen aan een penitentiair programma. Die beslissing was gebaseerd op positieve adviezen van het OM, de reclassering en de politie. Aan het penitentiair programma werden meerdere voorwaarden verbonden: een meldplicht bij de reclassering, het volgen van een ambulante behandeling, het verrichten van minimaal 26 uur arbeid per week en een locatiegebod met elektronische enkelband. Op 29 september 2019 onttrok betrokkene zich voor het eerst aan zijn elektronisch gecontroleerde toezicht.
Zie antwoord vraag 3.
Zie antwoord vraag 3.
Hoe vaak sprake is van deze specifieke situatie wordt bij eerdergenoemde instanties niet actief, centraal geregistreerd. Op dit moment is geen informatie voorhanden waaruit blijkt dat er de afgelopen jaren enkelbanddragers zijn veroordeeld voor het begaan van een levensdelict.
Hierbij deel ik u mede dat de schriftelijke vragen van het lid Van Toorenburg (CDA) van uw Kamer aan de Minister voor Rechtsbescherming over het bericht «Verdachte moord Bouwlust ontsnapte aan toezicht enkelband» (ingezonden 18 oktober 2019) niet binnen de gebruikelijke termijn kunnen worden beantwoord, aangezien nog niet alle benodigde informatie is ontvangen. Ik streef ernaar de vragen zo spoedig mogelijk te beantwoorden.