Ingediend | 23 augustus 2019 |
---|---|
Beantwoord | 11 september 2019 (na 19 dagen) |
Indiener | Renske Leijten |
Beantwoord door | Stef Blok (minister buitenlandse zaken) (VVD) |
Onderwerpen | bestuur organisatie en beleid |
Bron vraag | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2019Z15955.html |
Bron antwoord | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20182019-3944.html |
Het is aan de instellingen om interne afspraken vast te stellen, en toe te zien op de naleving ervan, ten aanzien van verslaglegging van interacties met belangenvertegenwoordigers. De Europese Commissie heeft interne regels vastgesteld inzake het openbaar maken van informatie over bijeenkomsten van leden van de Commissie en leden van hun kabinetten met organisaties of als zelfstandige werkzame personen.2 De openbaar te maken informatie bestaat uit de datum en de plaats van de bijeenkomst, de naam van het lid van de Europese Commissie en/of van het lid van zijn of haar kabinet, de naam van de organisatie of als zelfstandige werkzame persoon en het onderwerp van de bijeenkomst. De secretaris-generaal is geen lid van een kabinet en valt derhalve niet onder dit besluit. Voor zover het kabinet is geïnformeerd zijn er geen regels die voorschrijven dat er formele documentatie wordt bijgehouden van gesprekken tussen de secretaris-generaal van de Europese Commissie en belangenvertegenwoordigers.
Wat het kabinet betreft zijn de benoeming van de heer Selmayr en de mate van transparantie die de heer Selmayr betracht in zijn gesprekken met lobbyisten, twee afzonderlijke zaken.
Het is aan de instellingen om interne afspraken en procedures over verslaglegging van interacties met belangenvertegenwoordigers vast te stellen. Ter waarborging en verbetering van het vertrouwen in de EU-instellingen, beschouwt het kabinet de voortzetting van de triloogonderhandelingen en spoedige implementatie van een interinstitutioneel verplicht lobbyregister als prioriteit en een eerste belangrijke stap.
De heer Selmayr is voorgedragen door de voorzitter van de Europese Commissie, in overeenstemming met de EU-commissaris voor Begroting en Personeelszaken. Het college van commissarissen heeft vervolgens ingestemd met de benoeming. Het Europees parlement heeft de verdragsrechtelijke controlerende taak bij de benoeming van de secretaris-generaal van de Europese Commissie. Het kabinet is niet betrokken bij de benoeming van de secretaris-generaal en kan ook niet in de controlerende rol van het Europees parlement treden.
Nee. De onderhandelingen over een interinstitutioneel verplicht lobbyregister zijn gestaakt mede omdat de Europese Commissie een andere richting voorzag dan de Raad en het Europees parlement. De Europese Commissie heeft aangegeven teleurgesteld te zijn in het ambitieniveau van zowel Raad als het Europees parlement. Het kabinet heeft vanaf het begin van de raadsonderhandelingen een hoog ambitieniveau voor ogen gehad. Waar de Raad lange tijd terughoudend was is het toch gelukt om veel lidstaten bereid te krijgen het register te gebruiken in aanloop en tijdens hun voorzitterschappen.6 Voor Nederland heeft het prioriteit dat het interinstitutioneel verplicht lobbyregister zo snel mogelijk van toepassing is op de Raad. Het kabinet vindt dat toetreding van de Raad tot het register een eerste, belangrijke en noodzakelijke stap vooruit is om de EU transparanter te laten functioneren, en zal zich hier ook in de komende legislatuur hard voor maken.
Wat het kabinet betreft dienen de onderhandelingen over een interinstitutioneel verplicht lobbyregister zo snel mogelijk te worden hervat na de installatie van het nieuwe college van commissarissen. Documentatie van gesprekken valt niet onder de reikwijdte van het huidige commissievoorstel aangezien dit een interne aangelegenheid is van de instellingen. Daarnaast is er voor aanvang van de triloogonderhandelingen een raadsbesluit vastgesteld en is er overeenstemming bereikt over de raadspositie ten aanzien van het voorstel van de Commissie. Het kabinet acht het niet opportuun om op dit moment wijzigingen voor te stellen, aangezien dit enkel tot verdere vertraging zou kunnen leiden. Wat het kabinet betreft is het al een grote stap in de goede richting dat er binnen de Raad overeenstemming is bereikt. Het heeft wat Nederland betreft nu de prioriteit om de gestaakte triloogonderhandelingen binnen de vastgestelde kaders zo snel mogelijk weer te starten en met goed gevolg af te ronden.
Het is aan de Europese Commissie om interne procedureregels op te stellen als het gaat om verslaglegging van gesprekken van medewerkers met belangenvertegenwoordigers. Het is niet aan het kabinet om de Commissie aan te spreken op de inhoud en/of naleving van deze interne procedures en regels.
De Commissie heeft zich in ieder geval gecommitteerd aan het bestaande lobbyregister. Daarnaast heeft de Europese Commissie beloofd om, behoudens uitzonderingen, informatie openbaar te maken over bijeenkomsten die zij en leden van hun kabinet met belangenorganisaties hebben gehouden.8 Dit geldt tevens voor gesprekken van directeuren-generaal van de Commissie met belangenorganisaties.9 Hierbij geldt dat het aan de Commissie is om zorg te dragen voor de correcte uitvoering hiervan. De Commissie heeft zich ervoor ingezet om een interinstitutioneel verplicht lobbyregister tot stand te brengen. Het kabinet beschouwt dit als een eerste stap in de goede richting ter verbetering van de algehele transparantie bij de instellingen.
Ten aanzien van het voorstel van het raadssecretariaat over wetgevende transparantie in de Raad is uit de laatste besprekingen voor het zomerreces gebleken dat veel lidstaten zeer kritisch zijn over de voorgestelde maatregelen en niet hetzelfde ambitieniveau hebben als Nederland. Het kabinet zet zich, in overleg met gelijkgezinde lidstaten, in om toch verdere invulling te geven aan het voorstel. Daarnaast werken we samen met gelijkgezinde lidstaten en het Finse Voorzitterschap aan de follow-up van het non-paper van afgelopen juni. Verder ben ik zeer verheugd dat België en Luxemburg recentelijk het transparantie non-paper hebben ondertekend. Mijn hoop is dat we de groep van gelijkgezinde lidstaten de komende maanden verder kunnen uitbreiden. Tevens verwijs ik naar de technische briefing die 3 juni jl. heeft plaatsgevonden op de Nederlandse Permanente Vertegenwoordiging in Brussel.