Ingediend | 21 juni 2019 |
---|---|
Beantwoord | 23 september 2019 (na 94 dagen) |
Indiener | John Kerstens (PvdA) |
Beantwoord door | Hugo de Jonge (viceminister-president , minister volksgezondheid, welzijn en sport) (CDA) |
Onderwerpen | criminaliteit openbare orde en veiligheid organisatie en beleid zorg en gezondheid |
Bron vraag | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2019Z12963.html |
Bron antwoord | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20192020-82.html |
Ja.
Geld voor de zorg moet besteed worden aan zorg en aan niets anders. Fraude dupeert patiënten, verzekerden en de belastingbetaler en zet de solidariteit en betaalbaarheid van het stelsel onder druk. In de door u aangehaalde situatie gaat het om een zorgbureau dat leningen verstrekt.
Het wetsvoorstel Bevorderen samenwerking en rechtmatige zorg heeft tot doel fraude in de zorg in het algemeen te bestrijden. Het wetsvoorstel zorgt ervoor dat verschillende partijen, waaronder toezichthouders, opsporingsdiensten, zorgverzekeraars en gemeenten, signalen over fraude beter uit gaan wisselen, zodat deze partijen vanuit hun eigen rol en verantwoordelijkheid fraude beter kunnen opsporen en aanpakken. Wanneer deze partijen elk individuele signalen over een bepaalde zorgaanbieder hebben die op zichzelf niet de conclusie kunnen dragen dat sprake is van fraude, dan kan binnen het Informatieknooppunt Zorgfraude (IKZ), waar al deze signalen bij elkaar komen, duidelijk worden dat er toch meer aan de hand is bij een zorgaanbieder. Een specifiek signaal over het verstrekken van leningen met zorggeld zou ook bij het IKZ onderzocht kunnen worden. Alle signalen bij elkaar kunnen leiden tot een beter en concreter beeld dat aanleiding geeft tot gericht vervolgonderzoek naar fraude. Fraude in de zorg kan hierdoor eerder worden opgespoord en beter worden aangepakt.
Het wetsvoorstel maakt daarnaast mogelijk dat zorgverzekeraars, zorgkantoren en gemeenten gegevens over zorgaanbieders die opzettelijk de fout ingaan met zorggeld op een centrale plek registreren, in een zogenoemd waarschuwingsregister. Genoemde instanties kunnen dit register onder andere raadplegen voordat zij een contract afsluiten. Dit helpt om te voorkomen dat frauderende zorgaanbieders actief worden in een andere gemeente of in een ander zorgdomein, daar opnieuw contracten afsluiten en zo door kunnen gaan met hun kwalijke praktijken.
In de Kamerbrief van 18 juni 20192 heb ik aangegeven het onwenselijk te vinden wanneer leningen worden verstrekt, wanneer dit niet bijdraagt aan de maatschappelijke doelstelling van de zorgaanbieder. Indien door een zorgaanbieder een lening wordt verstrekt die niet in het belang van de maatschappelijke doelstelling van de zorgaanbieder is, is mogelijk sprake van belangenverstrengeling. Zoals in de brief van 9 juli 20193 is aangekondigd, werk ik aan maatregelen omtrent versterking van het interne en externe toezicht op integere en professionele bedrijfsvoering waardoor belangenverstrengeling wordt voorkomen en transparantie over de bedrijfsvoering wordt vergroot. Daarmee wordt ook het verstrekken van leningen tegengegaan die niet bijdragen aan de maatschappelijke doelstelling van de zorgaanbieder.
Ja.
Zie antwoord vraag 4.
Gemeenten zijn verantwoordelijk voor de rechtmatige uitvoering van de Wmo 2015 en de Jeugdwet. Het is dan ook aan hen of zij cijfers over onrechtmatigheden registreren en/of publiceren.
Gemeenten zijn vanaf 1 januari 2015 zelf verantwoordelijk voor de rechtmatige uitvoering van de Wmo 2015 en Jeugdwet. Om gemeenten te ondersteunen bij de rechtmatige uitvoering van de Wmo 2015 en Jeugdwet voert de VNG sinds september 2015 – op verzoek van – en met subsidie vanuit het Ministerie van VWS een ondersteuningsprogramma ten behoeve van gemeenten uit.