Ingediend | 29 november 2018 |
---|---|
Beantwoord | 19 december 2018 (na 20 dagen) |
Indiener | Frank Futselaar |
Beantwoord door | Ingrid van Engelshoven (minister onderwijs, cultuur en wetenschap) (D66) |
Onderwerpen | hoger onderwijs onderwijs en wetenschap |
Bron vraag | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2018Z22499.html |
Bron antwoord | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20182019-997.html |
Ja dat artikel is mij bekend. In de beleidsreactie op de Financiële Staat van het Onderwijs die op 3 december jl. naar uw Kamer is verstuurd, reageer ik op het voornemen van instellingen om op zoek te gaan naar andere financieringsmogelijkheden, zoals die ook in het artikel worden beschreven. Dat universiteiten op zoek gaan naar andere financieringsmogelijkheden voor hun vastgoed en daardoor eerder middelen kunnen investeren in de kwaliteit van onderzoek en onderwijs, vind ik een positieve ontwikkeling.
Dat universiteiten op zoek gaan naar andere financieringsmogelijkheden hoeft niet te betekenen dat zij steeds meer afhankelijk worden van financiële markten. Er is een mengvorm mogelijk van sparen en lenen. Ook kunnen instellingen een aanvraag voor schatkistbankieren indienen. De uiteindelijke afweging die instellingen maken om leningen aan te gaan bij de schatkist of de overheid ligt bij instelling.
Nee die conclusie deel ik niet. Tijdens de begrotingsbehandeling heb ik aangegeven dat er veel wordt geïnvesteerd in het hoger onderwijs. In 2019 gaat het, na aftrek van de doelmatigheidskorting uit het Regeerakkoord en de incidentele korting in de begroting 2019, om een extra investering van € 577 miljoen in onderzoek, studievoorschotmiddelen en halvering collegegeld. Er wordt dus fors geïnvesteerd. Daarnaast hebben de universiteiten in 2017 een gezamenlijk resultaat behaald van € 63,5 miljoen, 1,1% van de totale baten. Dit bedrag kunnen ze weer investeren in de kwaliteit van het onderwijs en onderzoek.
Instellingen hebben destijds bij de overdracht van het economisch eigendom middelen gekregen voor onderhoud en investeringen voor onroerend goed. In 2002 is er ook nog een keer € 40 miljoen toegevoegd aan het budget van universiteiten om middelen te lenen voor investeringen in vastgoed.
Ja, die observatie deel ik. Investeringen in vastgoed komen inderdaad ook ten goede aan de kwaliteit van het onderzoek en onderwijs.
De vastgoedlasten van instellingen zijn opgenomen in de jaarverslagen. Onlangs is door DUO een dashboard gelanceerd waarbij onder andere de lasten van instellingen inzichtelijk zijn gemaakt. https://www.onderwijsincijfers.nl/themas/dashboard-baten-en-lasten-besturen.
Ik heb geen overzicht van de financiële risico’s van afzonderlijke instellingen, aangezien zij een autonoom financieringsbeleid voeren. Geen van de universiteiten waar de Inspectie van het Onderwijs het financiële toezicht op heeft, staat op dit moment onder aangepast financieel toezicht.
Zoals ik al eerder in de beantwoording aangaf, vind ik investeringen in vastgoed, ook investeringen in de kwaliteit van onderzoek en onderwijs. Instellingen maken zelf een afweging als het gaat om investeringen in vastgoed. Door voor deze investeringen meer gebruik te maken van leningen (zoals bijvoorbeeld schatkistleningen tegen een zeer lage rente) kan een deel van het gespaarde kapitaal vrijvallen, omdat minder hoeft te worden gespaard. Het bedrag dat vrijvalt kan (eenmalig) worden aangewend voor versterking van het onderzoek en onderwijs.
In 2009 is het advies van de Commissie Koopmans herzien door de Commissie Don. De Commissie Don heeft in haar rapport aangegeven dat de inzet van vreemd vermogen verantwoord is, indien en voor zover uit de meerjarige begroting blijkt dat de bijbehorende financieringslasten (rente en aflossing) in de exploitatie kunnen worden opgevangen en de instelling voldoende financiële kennis en informatie heeft. Daarnaast heeft OCW in 2002 op basis van het advies van de Commissie Koopmans structureel € 40 miljoen toegevoegd om de financieringslast voor vreemd vermogen op te vangen.